Vlnr: Derrick Bell, Ron DeSantis, Donald Trump, Kimberlé Crenshaw Beeld: David Shankbone, Office of Governor Ron DeSantis, Gage Skidmore, Mohamed Badarne

Wat is ‘Critical Race Theory’ (en hoe misbruiken conser­vatieve Ameri­kanen het)?

In de strijd om het Republikeinse presidentskandidaatschap zal de term weer regelmatig vallen: Critical Race Theory (CRT). Deze theorie, die verklaart hoe ‘kleurenblinde’ regelgeving kan leiden tot racisme, is een van de nieuwste spookbeelden van uiterst rechtse Amerikanen, die alles wat ze niet zint eronder scharen. Wat houdt de theorie wél in?

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Van het begrip Critical Race Theory (CRT) had je tot een paar jaar geleden waarschijnlijk nog nooit gehoord. Buiten de academische wereld kenden weinigen deze methode om te onderzoeken hoe institutioneel racisme het leven van individuele burgers beïnvloedt. Maar de afgelopen jaren werd de term misbruikt om het streven naar diversiteit en gelijkheid in een kwaad daglicht te zetten. Of, zoals een belangrijke adviseur van de mogelijke presidentskandidaat Ron DeSantis het zegt: ‘We herdefiniëren het begrip CRT opzettelijk’, zodat alles wat de kiezers lezen over gelijkheid en diversiteit eronder valt en een negatief gevoel oplevert.

 

Sinds in 2021 de toenmalige Amerikaanse President Trump ertegen ten strijde trok, verklaarden de Republikeinen ‘de oorlog’ aan CRT, vooral in schoolverband. Tot op de dag van vandaag lopen in de Verenigde Staten rechtszaken tegen CRT, worden wetten voorgesteld om thema’s rond diversiteit en gelijkheid te verbannen in klaslokalen en dienen ouders klachten erover in bij schoolbesturen. Wat is CRT precies en waar komt de ophef vandaan?

 

Tweet dit

Critical Race Theory onderzoekt hoe ‘kleurenblinde’ wetgeving tot institutioneel racisme kan leiden

Tweet dit

 

Toen Derrick Bell in 1957 afstudeerde in de rechten, leek de strijd om gelijke burgerrechten voor Zwarte1 Amerikanen gestreden, vertelde de inmiddels overleden Bell in een interview in 1994. Dat zei tenminste een federale rechter destijds tegen hem: de Amerikaanse rassensegregatiewetten waren immers verworpen en voor de wet waren alle burgers gelijk. Maar Bell, een Zwarte mensenrechtenactivist die hoogleraar rechten werd, merkte dat er nog altijd structureel werd gediscrimineerd in Amerika; racisme was ook op onzichtbare manieren in de wet verankerd. Samen met andere wetenschappers legde hij de grondslag voor wat later de Critical Race Theory zou worden genoemd: een methode om te analyseren hoe wetten bijdragen aan economische, sociale en politieke achterstelling – en bevoordeling – van mensen op basis van huidskleur. Met andere woorden: hoe ogenschijnlijk ‘kleurenblinde’ regelgeving toch bijdraagt aan institutioneel racisme.

 

Klinkt theoretisch, maar is goed uit te leggen aan de hand van twee voorbeelden. Eerste voorbeeld: in de jaren 30 wezen Amerikaanse ambtenaren woongebieden aan als risicovol voor investeringen. De grenzen die zij daarbij trokken lagen vrijwel altijd rondom Zwarte woonwijken. Banken weigerden zaken te doen in die gebieden, waardoor Zwarte mensen in de VS decennialang geen hypotheek konden krijgen. Tweede voorbeeld: in de Amerikaanse wet tegen drugsmisbruik uit 1984 zijn de straffen voor het bezit van crack-cocaïne veel hoger dan die voor witte cocaïne. De eerste wordt met name in Zwarte kringen gebruikt, de tweede vooral in witte. Binnen vier jaar waren de straffen voor Zwarte overtreders van de drugswet 50 procent hoger dan die voor witte overtreders.

 

Maatschappelijk ingebed racisme

 

Onderzoekers uit allerlei vakgebieden, niet alleen rechtswetenschappen, maar ook in de sociologie, psychologie en economie, ontwikkelden in de jaren zeventig en tachtig het wetenschappelijk raamwerk om dit soort maatschappelijk ingebed racisme te identificeren. Het was mensenrechtenadvocaat en hoogleraar Kimberlé Crenshaw die er in de jaren tachtig de naam Critical Race Theory aan gaf. CRT en antiracisme gaan volgens haar hand in hand, omdat je alleen iets tegen discriminatie kunt doen als je de patronen ervan herkent. In een radio-interview in 2022 met de Amerikaanse publieke omroep legt ze het belang uit van CRT: “’Kleurenblindheid’ is geen realiteit in de Amerikaanse samenleving. Om te kunnen overleven moet je je ervan bewust zijn op welke manier ras een rol speelt op het werk, in de winkel, op school en overal waar je bent.”

 

Kimberlé Crenshaw introduceerde ook het begrip ‘intersectionaliteit’, het idee dat de maatschappij op verschillende facetten van identiteit discrimineert – bijvoorbeeld op gender, etniciteit, klasse, seksuele voorkeur en religie – en dat mensen meerdere van die elementen in zich kunnen herbergen. Als Zwarte vrouw ervaart zij dat aan den lijve. Dit uit het feminisme afkomstige begrip is ook belangrijk voor de analyse van institutioneel racisme, waarbij de impact van structurele discriminatie kan variëren van persoon tot persoon.

 

De kerngedachte van CRT is dat ras een ‘sociale constructie’ is, en geen biologisch feit. Mensen met een gedeelde afkomst hebben weliswaar sommige fysieke kenmerken gemeen, zoals haar- of huidskleur of lichaamsbouw, maar daarop gebaseerde ideeën van ras hebben geen enkele wetenschappelijke grond. Dat schreef het juristenechtpaar Richard Delgado en Jean Stefancic, twee andere grondleggers van de CRT. Ook biologen en genetische wetenschappers zijn het daarover tegenwoordig grotendeels eens. De genoemde uiterlijke kenmerken zijn maar zo’n minuscuul deel van de genen die een mens vormen, dat het onzinnig is daarop noties van onderscheid tussen verschillende mensen te baseren. Een maatschappij die ervoor kiest dat raciale onderscheid toch te maken, en die rassen vervolgens bepaalde eigenschappen toeschrijft, maakt zich schuldig aan racisme. Dat is dus waar CRT-onderzoekers zich mee bezighouden.

 

Tweet dit

De kruistocht tegen CRT leidde tot wijdverbreide censuur, boekverboden en radeloze docenten

Tweet dit

 

Wat heeft dit academische kader te maken met de Critical Race Theory in klaslokalen die inmiddels in zestien van de vijftig Amerikaanse deelstaten verboden is, en waarvan in nog eens twintig deelstaten een verbod wordt overwogen? Bijzonder weinig. Sterker nog: er is nauwelijks bewijs dat de theorie daadwerkelijk wordt onderwezen in Amerikaanse klaslokalen. Republikeinen kaapten, vervormden en karikaturiseerden het begrip CRT in een populistische cultuuroorlog. In het Republikeinse woordenboek werd CRT een synoniem voor alle lessen waarin aandacht wordt besteed aan diversiteit, inclusie en racisme. Maar ook gesprekken in de klas over onderwerpen zoals Black Lives Matter, het slavernijverleden, gender en de lhbti+-gemeenschap worden eronder geschaard.

 

Sindsdien namen met name deelstaten waar de Republikeinen het voor het zeggen hebben verregaande wettelijke maatregelen om CRT te verbieden. Gevolg van deze kruistocht is wijdverbreide censuur, boekverboden en radeloze docenten. De vage bewoordingen van de wetgeving maken het mogelijk van alles eronder te scharen wat conservatieven niet zint, inclusief rekenvoorbeelden waarbij de directeur van een fabriek zwart is en de werknemers onder wie de arbeidsuren verdeeld moeten worden wit. Leraren in staten waar dergelijke verboden zijn ingevoerd, zijn nu niet zelden bang om bepaalde onderwerpen diepgaand te bespreken in de klas, omdat zij vrezen voor hun baan. En in Florida, waar op sommige scholen de hele bieb voor de zekerheid maar werd leeggehaald, moet nu onderwezen worden dat tot slaaf gemaakte mensen ook heus wel nuttige vaardigheden leerden in slavernij.

 

CRT in Europa

 

Alle aandacht aan de overkant van de Atlantische Oceaan ten spijt, zijn in Europa de ideeën achter CRT lang onderbelicht gebleven. Pas de laatste decennia groeit onder juridische wetenschappers het besef dat het denkraam uit de Verenigde Staten ook toepasbaar is in Europa, waar institutioneel racisme en discriminatie evengoed bestaan. Rechtenprofessor Mathias Möschel aan de Central European University in Budapest deed daartoe een voorzet in een artikel in 2011. Hij toont aan dat de Europese weerzin om racisme te benoemen en zelfs te doen alsof het niet bestaat het moeilijker maakt op te komen voor de rechten van mensen die toch al maatschappelijk worden gemarginaliseerd. Bovendien beschermt die houding ‘de belangen en vooroordelen van de meerderheid’, aldus de wetenschapper.

 

In Nederland is de invloed van CRT vooralsnog vooral zichtbaar bij andere onderzoeksterreinen, zoals culturele antropologie en genderstudies. Goed ontvangen wordt de methode zelden. Toen Philomena Essed in 1984 in haar boek Alledaags racisme de ervaringen van Zwarte vrouwen optekende, was het land te klein. ‘Nagenoeg onvoorstelbaar’, noemde de NRC-recensent het dat er in Nederland politiefunctionarissen zouden zijn die discrimineerden. Essed vertrok naar de VS waar ze hoogleraar in Critical Race, Gender and Leadership Studies werd.

 

Ook Gloria Wekker kun je een Nederlandse representant van CRT noemen. Toen in 2016 haar boek Witte onschuld, Paradoxen van kolonialisme en ras verscheen, waren de reacties al even defensief. De inmiddels emeritus hoogleraar genderstudies in Utrecht geeft daar in een interview met De Groene Amsterdammer in 2019 een verklaring voor: ‘Onze analyse botst met het diep verankerde zelfbeeld dat racisme op de een of andere miraculeuze wijze aan Nederland voorbij is gegaan.’

 

Inmiddels omarmen wetenschappers CRT veelal als waardevol instrument bij de analyse van de positie van minderheden in de samenleving. Zo schrijft onderwijskundige Fatma Zehra Çolak, nu onderzoekster aan de Universiteit Utrecht: ‘Totdat ik CRT begon te lezen, besefte ik niet dat al deze verschillende aspecten van de ervaringen van studenten van Turkse afkomst met elkaar verbonden zijn en deel uitmaken van een structuur die hen systematisch berooft van kansen en voordelen.’ En zij is niet de enige, blijkt uit een snelle blik in de online scriptiebibliotheken van Nederlandse universiteiten: sinds 2010 groeit het aantal werkstukken dat Critical Race Theory noemt exponentieel.

  1. De auteur schrijft Zwart met een hoofdletter om aan te geven dat Zwart niet enkel naar een huidskleur, maar ook naar een cultuur en een gedeelde geschiedenis verwijst. ↩︎

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons