‘Niets doen is ook een optie’, zo onderwees hoogleraar bestuurskunde Paul Frissen mij op de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur. Een wijze les, die Frissen beschreef in De Fatale Staat, waarin hij de wellicht typisch Nederlandse dwang tot regulering uiteenzette, en ons onvermogen om de tragiek van het leven te aanvaarden. Want waarom kunnen we maar niet accepteren dat de wereld fundamentele tekortkomingen kent?
Kosten tot in de miljarden
Maar wanneer we overwegen niets te doen aan klimaatverandering, komen we al snel tot de conclusie dat dit geen optie is. Het wetenschappelijke tijdschrift Nature publiceerde onlangs een studie waarin beraamd wordt wat de kosten zijn als we niets doen aan de opwarming van de aarde. De onderzoekers becijferen dat de zogenaamde sociale kosten kunnen oplopen tot meer dan 350 euro per ton CO2, kosten die met name zullen voorkomen in landen met de hoogste koolstofdioxide-uitstoot, zoals de Verenigde Staten en China.
“Onderzoekers becijferen dat de zogenaamde sociale kosten kunnen oplopen tot wel meer dan 35 euro per ton CO2
Ook Nederland zal hier niet aan ontkomen. Om het in een context te zetten: afgelopen jaar stootte ons land volgens het CBS 163.000.000 ton CO2 uit.
Dat de kosten oplopen als er geen actie wordt genomen, is overigens niet nieuw. Al in 2006 kwam de Britse onderzoeker Nicholas Stern met een invloedrijk rapport, waarin hij de kosten van niets doen berekende op ten minste 5 procent van het BNP, in de slechtste gevallen oplopend tot 20 procent: bijna 75 euro per ton CO2. Sterns belangrijkste conclusie was dat de baten om in actie te komen groter zijn naarmate we sneller handelen. Latere studies varieerden hierop met andere cijfers (meestal hogere kosten voor niets doen en hogere baten van snellere actie) en beter uitgewerkte voorbeelden.
Het inzicht dat nietsdoen tegen klimaatverandering meestal duurder is dan wél actie ondernemen, vindt steeds meer zijn weg naar onze bestuurders en besluitvormers. Zo bepleitte directieleid Job Swank bij De Nederlandsche Bank (DNB) eerder deze week in dagblad NRC dat ‘een belasting van 50 euro per ton CO2 geen grote gevolgen heeft voor de Nederlandse economie als geheel. Als de opbrengst van circa 8 miljard euro via de inkomstenbelasting wordt teruggesluisd, zorgt dat zelfs voor een extra economische groei van 0,5 procent en daalt de werkloosheid licht’. Swank zegt bovendien: “Logisch als er een discussie met de industrie ontstaat, maar ik zou het niet verstandig vinden als er een taboe komt op het extra beprijzen van CO2, zelfs als dat alleen door Nederland gebeurt. Door deze belasting pak je het probleem bij de bron aan, bij de vervuiler.”

‘Al een tijdje in oorlog’
Met de strijd tegen de opwarming van de aarde zijn we als het ware in oorlog. Maar met het voorkomen van een oorlog, val je niet in de prijzen. Win je een oorlog, dan ben je een held. Wanneer we de tijdbalk van klimaatverandering er bij pakken, bijvoorbeeld de zogenaamde hockeystickgrafiek van de Amerikaanse wetenschapper Michael Mann, dan moeten we concluderen dat we al een tijdje in oorlog zijn, en dat de doortastende klimaatactie van DNB-directielid Swank niet meer dan logisch is.
Over een maand reis ik naar het Poolse Katowice, waar verder onderhandeld wordt over de uitwerking van het Akkoord van Parijs en hoe we de klimaatdoelen moeten halen. Verschillende belangrijke onderwerpen staan op de agenda: hoe klimaatambities te verhogen, klimaatfinanciering te genereren, en het meten (en onderling vergelijken) van de effecten van dit klimaatbeleid. Nederland zal stevig inzetten op een positief resultaat, waarbij ik Frissens advies ditmaal in de wind ga slaan: niets doen is geen optie.