Beeld: Jani Yu
Opinie

‘Ook Indo-Europese Neder­landers moeten doorwerking kolo­nialisme erkennen’

Tijdens een viering van de Indonesische onafhankelijkheid zag schrijver Reza Kartosen-Wong veel bezoekers van Indonesische komaf, maar weinig van Indo-Europese. Terwijl juist zij volgens hem kritischer zouden moeten zijn op het kolonialisme. ‘Veel Indo-Europese Nederlanders spreken neerbuigend over Indonesiërs, terwijl dat ook hun voorouders zijn.’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Vorige week was het tachtig jaar geleden dat Indonesië zich onafhankelijk verklaarde van koloniale bezetter Nederland. Dat historische moment, op 17 augustus 1945, werd op enkele plekken in Nederland gevierd. In Den Haag, de stad die bekend staat om het grote aantal inwoners van Indo-Europese komaf en de koloniale bijnaam ‘Weduwe van Indië’ draagt, bezocht ik een viering. Daar trof ik, zoals verwacht, veel bezoekers van Indonesische komaf, maar helaas weinig mensen met een Indo-Europese – een gemengd Indonesische en Nederlandse/Europese – achtergrond. Terwijl die er vanwege hun deels Indonesische komaf en hun Indonesische voorouders ook bij hadden moeten zijn.

 

Een schril contrast met de jaarlijkse Nationale Herdenking 15 augustus 1945, twee dagen eerder. Daar was binnen de grote Indo-Europese gemeenschap in Nederland wél veel animo voor. Op die dag herdachten veel Indo-Europese Nederlanders dat de Tweede Wereldoorlog tachtig jaar geleden eindigde met de capitulatie van Japan. Zij of hun (groot)ouders leden onder de brute Japanse bezetting van het huidige Indonesië, vaak in de beruchte Japanse kampen of daarbuiten, als ‘buitenkampers’. Japan was in oorlog met landen als Nederland en Groot-Brittannië en beschouwde Indo-Europeanen vanwege hun deels Nederlandse of anderszins Europese achtergrond als vijanden. Begrijpelijk dus dat Indo-Europese Nederlanders vorige week in groten getale naar een van de zogenoemde ‘Indiëherdenkingen’ in het land trokken. 

 

Oorlogsleed 

Het is an sich een goede zaak dat er de laatste jaren steeds meer aandacht is voor de herdenking op 15 augustus. Ons idee van de Tweede Wereldoorlog wordt immers al 80 jaar gedomineerd door verhalen over de gebeurtenissen die zich in Nederland en de rest van Europa afspeelden. De herdenking op 15 augustus leert Nederlanders dat de oorlog ook in Azië woedde en voor het Koninkrijk der Nederlanden pas echt voorbij was toen de Japanners zich overgaven – en dus níet op 5 mei 1945. Daarmee gaat de herdenking in tegen de standaard eurocentrische kijk op de Tweede Wereldoorlog. 

 

Deel dit

De herdenkingen op 15 augustus hebben echter ook een problematisch, koloniaal karakter

Voor Indo-Europeanen zijn deze herdenkingen daarom extra betekenisvol. Het zijn culturele ruimtes waarbinnen hun oorlogsleed eindelijk wordt gezien en erkend. Daarbuiten negeerde en bagatelliseerde de Nederlandse samenleving hun leed decennialang; er was alleen begrip voor slachtoffers van de Duitse bezetting. Bovendien belichten de herdenkingen ook een andere genegeerde geschiedenis: de gewelddadige periode van 1945 tot 1949 die uitbrak ná het einde van de Tweede Wereldoorlog, toen Indonesië zich onafhankelijk verklaarde en duizenden Indo-Europeanen werden gedood door Indonesische bendes. 

 

Koloniaal karakter 

De herdenkingen op 15 augustus hebben echter ook een problematisch, koloniaal karakter. Onder de slachtoffers van de Japanse bezetting die worden herdacht zijn veel soldaten die in het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL) dienden. Maar het KNIL was zelf een koloniaal bezettingsleger dat de oorspronkelijke Indonesische bevolking op wrede wijze terroriseerde – ver voor en na de Tweede Wereldoorlog, van 1814 tot en met 1949. Ook wordt tijdens de herdenkingen een Japans vijandbeeld gecultiveerd op basis van oriëntalistische ideeën en nemen organisatoren en sprekers geregeld racistische termen als ‘de Jap’ en ‘jappenkamp’ in de mond, zoals toenmalig minister-president Mark Rutte deed in zijn speech tijdens de Nationale Herdenking in 2020. 

 

Wat opvalt is dat tijdens herdenkingen op 15 augustus niet zelden sprake is van racistische, anti-Indonesische sentimenten. Zo werden in toespraken Indonesiërs gedemoniseerd en afgeschilderd als beestachtige primitievelingen die een gevaar vormden voor witte Nederlandse en Indo-Europese burgers – over het nietsontziende Nederlandse geweld wordt zelden gerept. Deze verbeeldingen van Indonesiërs kunnen ook op instemming van Indo-Europese Nederlanders rekenen. 

 

Deel dit

De ene herdenking is de andere niet

Overigens is de ene herdenking de andere niet. Zo biedt de landelijke herdenking in Den Haag de laatste jaren meer ruimte aan andere ervaringen en perspectieven dan die van witte en Indo-Europese Nederlanders. En tijdens de Dekoloniale Indonesië Nederland Herdenking in Amsterdam, die bewust op 16 augustus plaatsvindt, is al helemaal geen plek voor koloniale en racistische toespraken. Hier ligt de nadruk op het creëren van verbinding tussen de verschillende etnische en culturele groepen door elkaars pijn te zien en te erkennen. Maar de herdenking op de Dam, georganiseerd door Indisch Platform 2.0, staat dan weer bekend om het normaliseren van kolonialisme en het eren van plegers van oorlogsmisdaden zoals kapitein Westerling. 

 

Koloniale identiteitscrisis 

Dat er veel Indo-Europese Nederlanders zijn die nog steeds op neerbuigende en soms ronduit racistische wijze spreken over Indonesiërs, is bizar als je je bedenkt dat zij óók afstammen van Indonesische voorouders. Maar het is een gevolg en voortzetting van het racisme dat de samenleving in Indonesië segregeerde tijdens de Nederlandse koloniale bezetting.  

 

Bovenaan de raciale orde stonden de witte Europeanen en onderaan de oorspronkelijke Indonesiërs. Indo-Europeanen zaten daar vanwege hun gemengde komaf tussenin. Dat betekende ook dat zij over het algemeen meer aanzien, rechten en privileges hadden dan de oorspronkelijke Indonesiërs; zij waren Europeser en dus ‘beter’. Velen distantieerden zich van hun Indonesische achtergrond, die werd uitgewist. Hun Nederlandse achtergrond benadrukten ze juist. Dat leidde tot een koloniale identiteitscrisis die gepaard ging met minachting voor Indonesiërs en in feite zelfhaat. 

 

Mee naar Nederland 

Die geïnternaliseerde raciale hiërarchie, de koloniale identiteitscrisis en de minachting voor Indonesiërs namen Indo-Europeanen na hun gedwongen vertrek uit Indonesië mee naar Nederland. Hier worden die gevoed door allerlei films, boeken en andere media en cultuur waarin het aloude vijandbeeld van de barbaarse Indonesiër figureert. Zelfs nog in de recente documentaire Klanken van oorsprong (2018), maar ook in het koloniale pamflet Tempo doeloe (2018) van Kester Freriks, waarin het kolonialisme wordt goedgepraat en verheerlijkt. Zo wordt ook het idee in stand gehouden dat die tempo doeloe of ‘goede oude tijd’ Indo-Europeanen is afgenomen door de Indonesiërs met hun onafhankelijkheid. 

 

Deel dit

De vooroorlogse idylle was altijd een leugen

Maar die tempo doeloe heeft nooit bestaan. De vooroorlogse idylle was altijd een leugen, gebouwd op onderdrukking en uitbuiting van Indonesiërs. En hoewel Indo-Europeanen het over het algemeen beter hadden dan Indonesiërs, werden ook zij onderdrukt door het koloniale regime. Ze waren tweederangsburgers die ten opzichte van witte Europeanen werden achtergesteld en gediscrimineerd. Hun Indonesische identiteit was hen afgenomen. Of Indo-Europese Nederlanders dat nu wel of niet erkennen: ook zij zijn, net als mensen van Indonesische afkomst, nazaten van slachtoffers van Nederlands kolonialisme. Ook zij worden nog steeds onderdrukt door koloniale structuren. 

 

Indo-Europese Nederlanders zouden mede vanwege hun grote aantal een belangrijke rol kunnen spelen in het afbreken van de diepgewortelde koloniale structuren en ideologieën die de Nederlandse samenleving beheersen. Maar dan zullen ze hun Indonesische wortels moeten omarmen en zich moeten verzoenen met hun Indonesische voorouders. Het herdenken van Indonesisch verzet tegen de Nederlandse koloniale bezetter en het vieren van de bevrijding daarvan op 17 augustus, horen daarbij. 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons