Liberia: wordt het nu dan wel de voetbalheld?

Bij de verkiezingen in Liberia op 10 oktober wist geen kandidaat de meerderheid van de stemmen te krijgen. Correspondent Bram Posthumus verkent vanuit Monrovia de opties voor de tweede ronde in november.

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Jerome Korkoya, de voorzitter van Liberia’s Nationale Verkiezingscomissie (National Elections Commission, ofwel NEC) kon het niet duidelijker zeggen: “Alleen wij geven de uitslag. Alstublieft, breng niets naar buiten dat wij niet geverifieerd hebben.” Wat was er aan de hand? Nog geen zes uur na het sluiten van de stemlokalen begonnen er op Twitter – waar anders? – berichten te circuleren dat George Weah, de voetbalheld en presidentskandidaat, had gewonnen. Een oude vriend, Arsenal-trainer Arsène Wenger, trapte erin en moest zijn felicitatie daarna bliksemsnel intrekken.

‘Iedereen wil hier president worden’ is een populaire slogan en dus hadden Liberianen bij de eerste ronde de keus tussen maar liefst twintig kandidaten, bijna allemaal kansloos. Statistisch was het vrijwel onmogelijk dat iemand 50% plus een beetje kon halen en dus kon winnen. En toch vroeg de NEC of dat getwitter alstublieft kon ophouden. De reden: angst voor verkiezingsgeweld.

 

Micky Oldfield werkt voor een club jongeren met de welluidende naam ‘Beweging voor Sociale en Intellectuele Vrijheid’. Zijn sympathie ligt bij Weah, maar die Twitter-aankondigingen? “Nee, dat vond ik erg teleurstellend. We hebben zelfs leidende figuren in de partij die hun mond voorbijpraten. Dat is gevaarlijk: mensen hier geloven letterlijk wat een politicus vertelt. Dus wat gebeurt er als de partij van Weah zegt dat hij gewonnen heeft en de NEC verklaart iets anders? Dan krijg je rellen.” De dag voor de verkiezingen waren ze er in het Weah-kamp inderdaad al van overtuigd dat hun man het in één klap zou redden.

Maar afgelopen zondagmiddag verklaarde de NEC dat er wel degelijk een tweede ronde komt. De grondwet zegt dat dat de eerste dinsdag van november moet zijn: de zevende dus. George Weah ligt met bijna 40% van de stemmen ver voor op zijn tegenstander, Joseph Boakai. Eén van de redenen daarvoor zou de raadselachtige houding van president Ellen Johnson-Sirleaf kunnen zijn. Bij de lancering van de campagne van haar getrouwe luitenant (Boakai was toch twaalf jaar haar vice-president) bleef ze weg. Ze heeft bovendien gezegd dat het tijd wordt voor een nieuwe generatie. Boakai is 72. Die dus niet. Maar wie bedoelde ze dan wel?

Dus wat gebeurt er als de partij van Weah zegt dat hij gewonnen heeft en de NEC verklaart iets anders?

Boakai staat er dus een beetje alleen voor en het is bovendien onbekend hoeveel geld hij uit te delen heeft. Want ondanks alle mooie teksten van het dozijn observatiemissies die in Liberia rondbanjeren (‘eerlijk’ – ‘transparant’ – ‘geloofwaardig’) worden stemmen hier nog altijd gekocht: met rijst, met kleren en met geld. Weah heeft steun van de forse aanhang van ex-president en veroordeelde oorlogsmisdadiger Charles Taylor, een hyperactieve Liberiaanse diaspora (vooral in de Verenigde Staten) en geld. Hij zou het zomaar kunnen redden in november.

Oldfield’s gevreesde rellen zijn vooralsnog uitgebleven. Gelukkig. Maar lang niet iedereen is er even gerust op. Zoals bij iedere verkiezing in Liberia houdt vredesbeweging Women of Liberia Mass Action for Peace hun dag- en nachtwake langs de kant van de drukke Tubman Boulevard, de hoofdader van Monrovia die genoemd is naar Liberia’s langst regerende staatshoofd William Tubman (hij was van 1944 tot zijn dood in 1971 aan de macht). Vredesveterane Delphine Morris zegt er dit van: “Normaal gesproken zijn verkiezingen in Liberia altijd rustig. Het gedoe begint altijd als de uitslagen binnenkomen. Dan roepen de verliezers dat er gesjoemeld is en dat is het moment dat dingen uit de hand kunnen lopen.” Het spook van de burgeroorlog, nog maar veertien jaar geleden beëindigd, waart nog altijd rond. “We moeten Liberia niet opnieuw vernielen,” verklaart Morris. “Laten we lessen trekken uit ons bitter verleden en die ervaring nooit meer overdoen.”

Dan roepen de verliezers dat er gesjoemeld is en dat is het moment dat dingen uit de hand kunnen lopen

Bij Johnson-Sirleaf’s herverkiezing in 2011 vielen er doden tijdens hevige rellen voor het hoofdkwartier van Weah’s partij Congress for Democratic Change (CDC) in Monrovia. Tot nu toe is er niets ernstigs gebeurd en de hoop is dat dat zo blijft. Maar Liberia loopt wel het risico dat Taylor via zijn invloedrijke ex-echtgenote Jewel – en Weah’s running mate – opnieuw de touwtjes in handen krijgt. En wat doet de rest van de wereld dan? “De internationale gemeenschap zal voorkomen dat Weah president wordt.” Alfred, die zonder werk zit en van ellende maar een illegale taxidienst is begonnen met zijn eigen brakke auto, is ervan overtuigd. Maar hij weet ook niet hoe dat precies in zijn werk zal gaan. Fake news en complottheorieën. Het lijkt Amerika wel. En dat is Liberia natuurlijk ook een beetje.

Wie is wie?

Joseph Nyumah Boakai: landbouw en olie

Boakai komt uit het hoge noorden van Liberia, bij de grens met Guinee en Sierra Leone. Hij studeerde in Liberia, Sierra Leone en de Verenigde Staten en maakte daarna carrière in de wereld van de landbouw. Hij was minister van Landbouw onder president Samuel Doe en daarna manager van de Liberian Petroleum Refinery Company. De oorlogsjaren bracht hij voor een deel buiten Liberia door, als consultant voor de Wereldbank. Daarnaast had hij een eigen bedrijf dat landbouwmachines leverde. Als uitstekende netwerker zit hij in besturen van een half dozijn religieuze en sociale organisaties. Een gewaardeerd lid van de Liberiaanse elite. Maar: geen kruimel van het charisma van zijn voorgangster.

George Oppong Manneh Weah: voetbal en onderwijs

Liberia, Frankrijk, Italië en Engeland. Weah heeft op vele grasvelden zijn voetbalgenie kunnen laten zien. In 1995 riep de wereldvoetbalbond FIFA hem uit tot Speler van het Jaar en tijdens de burgeroorlog speelde hij een opmerkelijke rol door het nationale elftal uit zijn eigen zak te betalen. Onderwijs is altijd een obsessie geweest: het kostte hem de presidentiële race tegen Johnson-Sirleaf in 2005. Ook zijn achtergrond (geboren in een stervensarme buurt in Monrovia) speelde mee. Na zijn nederlaag stortte hij zich op zijn eigen opleiding en haalde een MBA op een Amerikaanse universiteit. Hij is populair bij een deel van de jeugd en de armere lagen van de bevolking, maar niet iedereen is overtuigd van zijn capaciteiten.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons