Traditionele mannelijkheid op de schop

Homofobie en seksuele grensoverschrijding bestrijden is onmogelijk zonder het heersende beperkende beeld van mannelijkheid bij te stellen.

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Wie als man niet vooral stoer, dominant, seksueel en vastberaden is, wijkt af van de maatschappelijke mannelijkheidsnorm. Niet alleen doet die norm geen recht aan de realiteit van heel veel mannen; het beperkende beeld van wat een man is en hoe die zich zou moeten gedragen, werkt homofobie en seksuele grensoverschrijding in de hand.

Genoeg reden om traditionele mannelijkheid los te laten dus, dacht ook theatermaker Rikkert van Huisstede, die afgelopen weekend met zijn voorstelling Boys Won’t Be Boys een eervolle vermelding kreeg op het Amsterdam Fringe Festival. Van Huisstede zelf ziet zijn voorstelling als de start van een bredere beweging met dezelfde naam—een beweging waarin ruimte wordt gezocht (en gevonden) voor mannen om mens te zijn, los van de sociale druk en maatschappelijke verwachtingen die samenhangen met het beperkte en beperkende manbeeld dat mannen van jongs af aan meekrijgen.

Inmiddels hebben ruim vijfhonderd mensen zich bij de ‘beweging’ Boys Won’t Be Boys aangesloten op Facebook. “De enorme belangstelling en de hoeveelheid reacties geven me hoop. Zoveel mensen, onder wie veel heteromannen, voelen zich niet thuis bij traditionele mannelijkheid”, zegt Van Huisstede, die niets liever wil dan dat zijn ideeën ook buiten de muren van theaterzalen treden.

Zoveel mensen, onder wie veel heteromannen, voelen zich niet thuis bij traditionele mannelijkheid

Want dat is hoog nodig. Mannen en mannelijkheid betrekken bij het tegengaan van grensoverschrijding is essentieel in het #MeToo-tijdperk, waarin seksuele grensoverschrijding meer en meer aan de oppervlakte verschijnt en bespreekbaar wordt. En alternatieven voor stereotype mannelijkheid zijn onmisbaar zolang homofobie (of breder: queerfobie) nog steeds niet tot het verleden behoort.
Beeld: Chris Rijksen

De angst om af te wijken

“Ben je homo ofzo?”, hoorde ik twee weken geleden een student (m) naar een van zijn vrienden (m) roepen, nadat die had laten blijken geen seksuele interesse te hebben in een andere student (v). Helaas geen uitzondering, dacht ik. De angst om voor homo te worden aangezien is springlevend onder jongens en mannen. Hetzelfde geldt voor de vrees om te vrouwelijk over te komen. Eerder schreef ik al hoe ik dit zelf ervoer toen ik jonger was — hoe de angst om af te wijken van de machonorm mijn gedrag en mijn gevoel beïnvloedde. Het weglachen van seksistische en objectiverende opmerkingen van vrienden, de druk om vrouwen te ‘scoren’ tijdens een avondje stappen, en het constant op m’n hoede zijn om niet te veel ‘vrouwelijke’ trekjes te tonen: lange tijd domineerden deze zaken hoe ik mijn identiteit als man vormgaf.

En na vijfentwintig jaar ‘man-zijn’ heb ik gemerkt dat ik verre van de enige man ben voor wie dit opgaat.

Homofobie als middel voor mannelijkheid

Er zit geen grote stap tussen de angst om af te wijken van de dominante mannelijkheidsnorm en homofobie. Sterker nog: homofobie wordt onder mannen niet zelden gebruikt als middel om de eigen mannelijkheid te bewijzen. Angst is zwakte, zwakte is vrouwelijk, vrouwelijk is gay. De angst om te worden gezien als gay wordt gemaskeerd door de grenzen van mannelijkheid en heteroseksualiteit strikt te bewaken. Als de ander vrouwelijker of meer gay is dan ik, ben ik veilig. Dan hoor ik ‘erbij’. Alleen: wáárbij precies? Bij alle andere jongens en mannen die het verschrikkelijk vinden om voor homo te worden aangezien? Bij de groep van stoere, sterke mannen die alleen al bij de gedachte dat ze door anderen als verwijfd worden bestempeld het angstzweet op hun voorhoofd hebben staan?

Aziz Ansari en de norm van seksueel pushen

Bij die groep wil ik helemaal niet horen. En gelukkig zijn er veel meer mannen die dat niet willen, zoals Boys Won’t Be Boys prachtig laat zien. In de voorstelling wordt nauwelijks gesproken over homofobie en over seksueel geweld, maar toch gáát de show er wel over. In plaats van de maatschappelijke boodschap er dik bovenop te leggen en alles expliciet te  benoemen, laten de diverse bijdragen in de show zien wat er allemaal al wel kan. Een aseksuele man die kwetsbaar spreekt en zingt over daten en liefde, een bijna-vader die zingt over de emotionele kant van de relatie met zijn eigen vader en een vastgoedmanager in rode laklaarzen en bijpassende tutu zijn daar slechts enkele voorbeelden van. De ruimte om ‘af te wijken’ bestaat dus; we moeten ‘m alleen durven en willen opzoeken. Van Huisstede, in korte rode jurk op het podium, ziet het als zijn missie om die ruimte te vergroten.
Beeld: Chris Rijksen

Grenzeloos

En het vergroten van die ruimte is nodig in een samenleving waarin jongens en mannen continu hetzelfde beperkende beeld van mannelijkheid krijgen voorgeschoteld. Want wat leren we de kinderen die we bij hun geboorte het label ‘jongens’ hebben gegeven? Welke boodschap geven we hen bewust en onbewust mee?

Dat is er vooral een van kracht, van vastberadenheid, van grenzeloosheid. De mogelijkheden zijn eindeloos: als jongen mag, nee moet je dromen van een grootse toekomst waarin je alles kunt worden wat je wilt (behalve dan misschien balletdanser). In allerlei aspecten van het leven—op school, op het werk, in relaties—leren we jongens dat ze hun ambities mogen najagen en hun doel voor ogen moeten houden. ‘Keep your eye on the prize, no matter what.’ En dat dan het liefst ongehinderd door enige emotie.

En hoewel dat gelukkig langzaam aan het veranderen is, hebben we de kinderen die we meisjes noemen lange tijd iets anders geleerd: wees op je hoede, gedraag je netjes, wacht op de prins op het witte paard, nee is nee, en stel je niet te bazig of dominant op. Het is ‘dream big’ voor hem, ‘be cute’ voor haar.

De optelsom is niet ingewikkeld: een diep geïnternaliseerde angst om als homo en vrouwelijk te worden gezien, plus de levensles dat er voor jongens geen grenzen zijn aan wat ze kunnen bereiken, vormt een giftige mix die het overschrijden van grenzen — meestal bij vrouwen — stimuleert.

 

Het vormt een giftige mix die het overschrijden van grenzen – meestal bij vrouwen – stimuleert

Want hoe kunnen we verwachten dat iemand zijn eigen grenzen kan aangeven en naar die van anderen kan en durft te vragen, als hij daar nooit iets over heeft geleerd? En hoe kunnen we geloven dat mannen probleemloos gelijkwaardige romantische en seksuele relaties kunnen aangaan zolang gevoeligheid en kwetsbaarheid als tekenen van zwakte worden gezien, waarvoor mannen elkaar bovendien straffen met discriminatie en uitsluiting?
Beeld: Chris Rijksen

Meer dan een performance

Het antwoord is dat we dat ook niet zomaar kunnen geloven of verwachten. Dat we ons op z’n minst zouden moeten realiseren dat alles waarmee we het traditionele mannelijkheidsbeeld versterken, invloed heeft op hoe jongens en mannen ‘leren’ wat man-zijn betekent. Dat inzicht biedt gelukkig ook hoop: we kunnen onszelf, onze kinderen en elkaar namelijk iets anders leren. We kunnen leren dat diversiteit onder mannen niet een utopisch ideaalbeeld is, maar een realiteit. En dat we vandaag nog—met of zonder jurk—kunnen beginnen met het invullen van de ruimte die er is.

Van Huisstede: “In de theaterwereld wordt soms gezegd: ‘wat een prachtige performance’. Maar ik wil nu juist dat deze show méér is dan dat. Mogen wij alsjeblieft gewoon zo zijn?

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons