Achtergrond

Waarom Venezuela op ontploffen staat

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Olie is de spil van Venezuela, zowel in economisch als politiek opzicht vervult het zwarte goedje een absolute hoofdrol. Zo is 95 procent van alle inkomsten uit de export voor rekening van de volledig genationaliseerde olie-industrie. Met de dollars die staatsoliebedrijf PDVSA verdient aan de verkoop van olie financiert de socialistische regering zijn wijdverbreide sociale programma’s, de zogenaamde misiones, subsidieert het zaken als benzine, dat daardoor in Venezuela slechts twee dollarcent per liter kost, en bekostigt het de import van allerlei buitenlandse producten. Nu die binnenkomende stroom dollars zienderogen vermindert door de lage olieprijs, breken jaren van slecht doordacht overheidsbeleid Venezuela binnenkort op.

Strijd tegen het kapitalisme
“Het daadwerkelijke probleem van ons land ligt bij het destructieve beleid van de huidige regering tegen alles dat kapitalistisch is”, zegt Werner Corrales-Leal (73), voormalig minister van Handel en Ontwikkeling van Venezuela. Volgens Corrales hebben de chavistas – de socialisten die sinds Hugo Chávez in 1999 president werd aan de macht zijn – alle capaciteiten van het land om zichzelf te bedruipen stelselmatig vernietigd. Nicolás Maduro, de gewezen opvolger van de in 2013 overleden Chávez, zet sinds zijn aantreden in dat jaar het overheidsbeleid ongewijzigd voort.

In Venezuela verdwijnt het oliegeld in een bodemloze put

In het geval van de oliesector is die capaciteitsvernietiging in 2002 begonnen. In reactie op een grote anti-regerings staking bij oliebedrijf PDVSA ontsloeg de toenmalige president Cávez bijna de helft van het personeel. Om zich te verzekeren van de steun van het staatsoliebedrijf vulde hij de vrijgekomen functies op met partijgetrouwen, die ontbrak het in veel gevallen echter aan de technische kennis om het oliebedrijf naar behoren draaiende te houden. Door het gebrek aan geschoold personeel en uitblijvende investeringen viel de olieproductie sindsdien terug van drieënhalf miljoen vaten olie per dag in 2002, naar 2,1 miljoen vaten vandaag.

Februari 2014: grootschalige protesten tegen de overheid hielden Venezuela in hun greep

 

Ondernemers zijn a priori al een vijand van de staat

Bodemloze put
Van het oliegeld dat nog binnenkomt eist de regering een groot deel op om zijn sociale programma’s en overheidssubsidies mee te bekostigen, vertelt journalist en Latijns-Amerikaexpert Edwin Koopman. “In Venezuela verdwijnt het oliegeld in een bodemloze put. De veelbelovende sociale programma’s doen in veel gevallen niets constructiefs voor het land. Mensen krijgen hun geld vaak handje contantje zonder te controleren of ze ermee doen waarvoor het bedoeld is. Je kunt bijvoorbeeld een studiebeurs ontvangen zonder dat je ook maar staat ingeschreven aan de universiteit, niemand die dat controleert. Hetzelfde geldt voor kinderbijslag en pensioenen.”

Het Venezolaanse oliegeld wordt in veel gevallen dus niet gebruikt om de bevolking te leren ‘hengelen’, maar om te voorzien in de spreekwoordelijke vis. Met minder beschikbare oliedollars is er minder vis beschikbaar, en wordt duidelijk dat de Venezolaanse bevolking niet heeft geleerd de eigen broek op te houden. Wie in Venezuela eigenhandig aan de slag wil om waarde te creëren heeft het namelijk moeilijk, ondernemerschap wordt in lijn met de idealen van het chavismo sterk aan banden gelegd. “Ondernemers zijn a priori al een vijand van de staat”, zegt Koopman. “Ze zouden namelijk in de eerste instantie aan zichzelf denken, en dus niet aan de gemeenschap.”

Als de regering je melkveehouderij in beslag neemt weet je zeker dat de laatste koe binnen een maand geslacht is

Ineenstortende industrieën
In de praktijk betekent dat dat de regering voor veel producten een maximumprijs heeft vastgesteld. Zo mag een pak melk maximaal 30 dollarcent kosten in de supermarkt, een prijs die het voor veel melkproducenten onmogelijk maakt om winst te maken of ook maar quitte te spelen. Venezuela kampt namelijk met een chronisch hoge inflatie, en de wettelijk vastgestelde verkoopprijs wordt daar onvoldoende aan aangepast. “Als zo’n melkveehouder zijn melk daarom verkoopt aan een andere partij die bereid is er een hoger bedrag voor te betalen dan de supermarkt, bijvoorbeeld een kaasfabriek, riskeert hij een inbeslagname van zijn bedrijf door de overheid. En als de regering van Maduro je melkveehouderij eenmaal heeft genationaliseerd weet je zeker dat de laatste koe binnen een maand geslacht is en het bedrijf wordt opgedoekt. Ze hebben écht geen idee hoe je een bedrijf runt.”

Venezolanen protesteerden tegen de overheid in 2013

“Alleen al in de voedselindustrie zijn 5000 bedrijven door de overheid onteigend om vervolgens gesloten te worden. Door dit nationaliseringsbeleid storten binnenlandse industrieën ineen en bedenken buitenlandse investeerders zich wel twee keer voordat ze geld steken in Venezolaanse vestigingen”, zegt voormalig politicus Corrales. Veel industrieën zijn daardoor ineengestort, het land kan de meest basale zaken ondertussen niet meer zelf produceren.

“Een paar maanden geleden zaten we nog zonder mineraalwater”, vertelt Gonzalez van onderzoeksbureau Consultores 21. “Fabrieken konden geen plastic flessen meer produceren door een gebrek aan grondstoffen.” Belangrijker dan plastic flessen: de voedselvoorziening. Ook die stagneert, Venezuela voorziet zelf nog maar in 25 procent van zijn voedselbehoefte. Daarnaast moeten zaken als medicijnen, wc-papier, deodorant, tandpasta en andere basisproducten steeds vaker worden geïmporteerd vanuit het buitenland.

Humanitaire crisis
Met name die groeiende afhankelijkheid van import vormt een groot probleem. Om goederen te kunnen importeren heeft Venezuela namelijk Amerikaanse dollars nodig, en die komen bijna exclusief het land binnen via de olie-export van het door de staat gerunde PDVSA. Nu de olieprijs laag is bestaat het risico dat de overheid te weinig dollars overhoudt om te blijven importeren. “In het meest ongunstige scenario zijn er binnen enkele maanden geen dollars meer over om levensmiddelen vanuit het buitenland in te voeren”, zegt Gerardo Gonzalez (43), professor aan de universiteit van Caracas en onderzoeker bij politiek researchbureau Consultores 21. “Nu heeft de overheid nog dollars op voorraad maar over een paar maanden zijn die reserves op, dan gaan we voelen wat de werkelijke gevolgen van de lage olieprijs zijn.”

Dat moment breekt volgens Corrales aan vlak na de zomer. “In oktober van dit jaar moet de overheid zeven miljard aan buitenlandse schuld afbetalen, maar ik betwijfel of het gaat lukken om zoveel dollars bij elkaar te krijgen. Lukt dat niet, dan zal het voor de regering van Maduro bijna onmogelijk worden om nog ergens een lening los te peuteren en raakt het geld op. Dan hebben we te maken met een humanitaire crisis, want de voedselvoorraden van Venezuela zijn voldoende om het zes weken uit te zingen.”

De toekomst van Venezuela ziet er dus weinig rooskleurig uit: dreigende voedseltekorten en een overheid die geen reddingsplan heeft. Gonzalez: “In zijn meest recente speech voor het congres zei president Maduro dat ‘god zal voorzien’ in een oplossing voor de economische problemen van ons land. Hij heeft gewoon geen idee wat hem te doen staat.”

Het volk zal niet verhongeren, ze zullen sterven door kogels

Geen reddingsplan
“Alleen een grote ommekeer in het overheidsbeleid kan het tij nog keren”, aldus Gonzalez, de onderzoeker en professor uit Caracas. De regering zou de vele genationaliseerde bedrijven weer terug moeten geven aan de oorspronkelijke eigenaars en met soepelere regelgeving opnieuw buitenlandse investeerders aantrekken. Maar het is onwaarschijnlijk dat dat gebeurt. Corrales: “Dat vrijemarktdenken druist in tegen het socialistische gedachtengoed van Maduro en zijn chavistas. Van de oppositie hoeft het land voorlopig ook weinig te verwachten: Maduro zal de macht nooit aan ze overdragen.”

Volgens oud-minister Corrales zal de bevolking massaal in opstand komen als de tekorten aan levensmiddelen groeien door een aanhoudend lage olieprijs. “De bevolking van Venezuela zal niet verhongeren, ze zullen door kogels sterven als ze de straat opgaan. Mijn grote angst is dat er rond augustus een massale sociale explosie plaatsvindt. En er is geen leiderfiguur die die vrijkomende energie in goede banen zal kunnen leiden.”

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons