De krater die door de mijnbouw van Cerrejón is geslagen in het landschap van La Guajira. Beeld: Ynske Boersma
Achtergrond

Op hete kolen

Bijna de helft van de Nederlandse steenkool komt uit Colombia. In 2014 sloot onze overheid een overeenkomst om misstanden in de steenkoolketen aan te pakken. Het heeft de omwonenden van de mijnen niet geholpen.

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Zware wolken hangen boven het Wayuu­ reservaat Provincial, in het Noord­-Colom­biaanse departement La Guajira. Onder voortdurend geronk hevelen graafmachines bergen steenkool over op immense laad­ wagens. Het ruikt er naar zwavel. “Soms krijg ik geen adem. Dan brengen ze me naar het ziekenhuis, dat vind ik niet leuk”, zegt de 13­-jarige Miladis. Ze vervolgt: “Veel andere kinderen zijn ook ziek. Dat komt door Cerrejón, zeggen ze.”

Het meisje is hier opgegroeid. Ze doelt op de grootste steen­ koolmijn van Latijns-­Amerika, die even verderop is gevestigd. Honderdduizend ton steenkool haalt de vijfde grootste steenkool­ producent Cerrejón hier dagelijks uit de grond. Nederland impor­teert tot 40 procent van zijn steenkool uit Colombia, waarvan een groot deel afkomstig is van Cerrejón. Het bedrijf is gedeeld eigen­dom van mijnbouwgiganten Anglo-­American, BHP en Glencore.

Cerrejón heeft 68 duizend hectare grond in concessie voor mijnbouw in La Guajira, ongelukkig genoeg precies in het vrucht­baarste gedeelte van de verder zo droge provincie. De meeste bewoners van de ongeveer honderd gemeenschappen (zo’n 34 duizend mensen) die rondom de mijn leven, zijn de Wayuu, de grootste – oorspronkelijke – bevolkingsgroep van Colombia. Een kleiner deel is van Afro­-Colombiaanse afkomst. De bewoners zijn arm en vaak ongeletterd. De afgelopen dertig jaar zag de bevolking van het reservaat Provincial de mijn dichterbij komen, en kijkt nu uit op die gigantische krater waar het werk dag en nacht doorgaat. Veel bewoners lijden aan long­ en huidziekten als gevolg van de vervuiling van de lucht, de rivier en de grond. Puur door de steen­koolwinning, zeggen ze.

Cerrejón moet verantwoordelijkheid nemen voor de schade die ze aanrichten

Benauwd

“Toen ze zeven was kreeg Miladis een luchtwegaandoening”, vertelt haar moeder Marylin Uriana. “Sindsdien is ze benauwd. De dokter zegt dat ze astma heeft, maar ze kunnen niets voor haar doen.” Meestal geeft hij moeder een strip ibuprofen mee. In het ziekenhuis in het nabijgelegen stadje Barrancas vertelt arts Ricardo Romero dat 48 procent van zijn patiënten acute ademhalingsproblemen heeft. “Wij zijn hier niet ingesteld op complexe ziekten”, zegt hij, “daarvoor moet je naar de grote stad, uren reizen hiervandaan.”

Verschillende Provincialbewoners dienden een aanklacht in tegen Cerrejón. Ze beriepen zich op het recht op een gezonde leefomgeving. Zoals in de zaak van de vierjarige Moisés, zoon van Luz Angela Uriana, clangenoot van Marylin. Het jongetje kreeg ademhalingsproblemen toen hij acht maanden oud was. “De kinderarts zegt dat Moisés alleen beter wordt als we verhuizen, maar waar moeten we heen? Dit is onze grond, waar we al eeuwen wonen. Cerrejón moet verantwoordelijkheid nemen voor de schade die ze aanrichten”, zegt Uriana. De rechter gaf haar gelijk en oordeelde dat het bedrijf de zorg voor Moisés moest vergoeden en dat de overheid de luchtvervuiling in het gebied moest onder­zoeken. In een andere uitspraak, uit 2013, verordonneerde de rechter dat het bedrijf de internationale normen voor uitstoot van fijnstof dient aan te houden, in plaats van de veel lagere Colombiaanse normen die gelden voor mijnbouwbedrijven.

Tot op de dag van vandaag, vijf jaar na de uitspraak, weigert Cerrejón aan die laatste eis gehoor te geven. De zorg voor Moisés vergoeden ze inmiddels wel – al moest dat opnieuw worden afgedwongen bij de rechter.

Trucks brengen de bewoners van La Guajira drinkwater tegen betaling.Beeld: Ynske Boersma

Luchtkwaliteit

Victor Garrido, manager sociale zaken van Cerrejón, zegt dat de longaandoeningen ‘een ingebeeld probleem’ zijn. “De impact op luchtkwaliteit is niet significant”, zegt Garrido. “De lucht in Provincial is niet slechter dan in Bogota.” (De hoofdstad met meer dan acht miljoen inwoners, red.). Uit een onderzoek van de Colombiaanse Sinú Universiteit blijkt echter dat de lucht, maar ook het bloed van de bewoners van Provincial, hoge concentraties zwavel en zware metalen bevatten. Die cijfers zijn vergeleken met een controlegroep die buiten het mijngebied leeft. Ook ontdekten de onderzoekers DNA-­schade in de cellen van Provincial­ bewoners, wat onder meer de longziekten en de huidproblemen zou kunnen verklaren.

Steenkoolconvenant & BetterCoal

In 2014 tekenden minister Ploumen voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en vijf Nederlandse energiebedrijven het Steenkoolconvenant, voor maatschappelijk verantwoord ondernemen binnen de steenkoolketen. De uitvoering ervan ligt grotendeels bij BetterCoal. Dit samenwerkingsverband van Europese energiebedrijven is mede opgericht door het Zweedse Vattenfall (moederbedrijf van Nuon) en controleert mijnbouwbedrijven.

Uit het voortgangsrapport van de overheid (najaar 2017) valt niet op te maken of het convenant ook tot verbetering van de mensenrechtensituatie heeft geleid. Van de beloofde inspecties van mijnen door BetterCoal kwam vooralsnog weinig terecht. In 2016 werd één Colombiaanse mijn geïnspecteerd. Dit jaar is El Cerrejón aan de beurt. Alleen leden van BetterCoal kunnen rapporten inzien, en bij misstanden staat het de energiebedrijven vrij daar consequenties aan te verbinden. In reactie op misstanden in de mijnen van La Guajira en Cesar dreigt Vattenfall met een import- stop als de mensenrechtensituatie daar niet verbetert.

Eind juli 2018 kondigde BetterCoal aan de onderzoeksmethode aan te scherpen, en dat bedrijven die geen verbetering laten zien uit het samenwerkingsverband gezet kunnen worden. Transparant is de nieuwe opzet nog steeds niet: inspectierapporten worden niet openbaar gemaakt.

Dezelfde zware metalen zijn aanwezig in de watervoorziening van de gemeenschappen, bleek uit proeven van Indepaz, een onderzoeksinstituut uit Bogota. Indepaz nam op verschillende locaties monsters uit de Ranchería, de rivier die de mijn door­ kruist, en het water in putten. De Ranchería is de belangrijkste rivier van La Guajira, en de enige watervoorziening voor zo’n
55 duizend bewoners. De rivier is inmiddels zo vervuild dat die niet meer in drink­ of badwater kan voorzien. Toch blijven de bewoners het rivierwater gebruiken, bij gebrek aan andere waterbronnen – met huid­ en darmproblemen tot gevolg.

Volgens Cerrejón is die vervuiling te wijten aan andere oorza­ ken, zoals de industriële landbouw stroomopwaarts, die het water vervuilt met pesticiden. Volgens de monsters van Indepaz gaat het gehalte aan zware metalen echter omhoog op de punten waar de steenkoolproducent afvalwater in de rivier loost. Deze metalen komen door de mijnbouwactiviteiten in het milieu terecht. “De waarden die we aantroffen, zijn zelfs niet te verenigen met de Colombiaanse standaard voor een gezond milieu. Het probleem is dat in Colombia de wetten voor mijnbouw boven die van het milieu gaan”, zegt Golda Fuentes, onderzoeker van Indepaz.

Vier gemeenschappen zijn onder dwang verhuisd

Voorzorgsbeginsel

Mijnbouw wordt in Colombia beschouwd als een publiek (eco­nomisch) belang. Dat is belangrijker dan het milieu. Ook het voorzorgsbeginsel (waarbij de bewijslast bij de voorstanders ligt, red.) wordt doorgaans niet toegepast: de omwonenden moeten zelf aantonen dat de mijnbouwbedrijven hen schade toebrengen. Ook meent Cerréjon dat ze zich niet aan internationaal geldende standaarden voor uitstoot kunnen houden vanwege het stof van de onverharde wegen, de houtvuren waarop bewoners koken en overgewaaid Saharazand die luchtvervuiling veroorzaken.

Het bedrijf regeert met harde hand. Vier gemeenschappen zijn onder dwang van Cerréjon en met inzet van het leger verhuisd, waarvan één vijftien jaar later nog altijd op compensatie wacht. Slechts één gemeenschap verhuisde in 2013 vrijwillig, omdat hun oude woonplaats Tamaquito onleefbaar was geworden. Cerrejón presenteert de verplaatsing als een succesverhaal. Het bedrijf bouwde stenen huizen voor de 42 families, ter vervanging van de woningen van modder en hout waarin de Wayuu traditioneel leven. “Zo zijn wij van Cerrejón”, aldus een vertegenwoordiger bij de oplevering.

De praktijk blijkt weerbarstiger. De eerste levensbehoefte ontbreekt: water. De dichtstbijzijnde rivier ligt nu op vier kilo­ meter afstand en de waterput die Cerrejón heeft aangelegd, is te vervuild voor consumptie en valt regelmatig droog. De grond van de nieuwe woonplaats is zo dor dat er niets te verbouwen valt. “Nu hebben we huizen van steen, maar we gaan er langzaam in dood”, zegt volksvertegenwoordiger Jair Fuentes Epiayu. Op de kurkdroge grond scharrelen magere honden, de enige begroeiing die schaduw geeft, zijn een paar kleine bomen. “Vroeger gaf de natuur ons te eten. We konden vissen in de rivier, op onze grond liepen de dieren en we verbouwden er ons eten. Nu moeten we alles kopen, tot water aan toe.”

Verschillende gemeenschappen zijn inmiddels in een juridische strijd verwikkeld met Cerrejón. Ze eisen dat het bedrijf stopt met vervuilen, maar ook dat de directie hen raadpleegt over uitbreidingsplannen, zoals de Colombiaanse wet voorschrijft. Zo legde de rechter de werkzaamheden voor het omleggen van een beek stil omdat Cerrejón had nagelaten de betrokkenen te informeren.

Na gedwongen verhuizing wonen veel mensen in minder vruchtbare en dorre gebieden.Beeld: Ynske Boersma

Doodsbedreiging

Volksvertegenwoordigers die in opstand komen tegen het bedrijf, worden bedreigd. Sommigen zagen zich genoodzaakt La Guajira te verlaten. Jakeline Romero Epiayu bleef. Ze is woordvoerder van protestorganisatie Fuerza de Mujeres Wayuu. Haar organisatie staat gemeenschappen bij in hun strijd tegen Cerrejón en brengt misstanden naar buiten via contacten met organisaties in binnen­ en buitenland. “Eerst werden we alleen in de gaten gehouden”, zegt Epiayu in haar woning in Barrancas. “Daarna kregen we telefoontjes en sms’jes met doodsbedreigingen. Toen kwamen types op bezoek die me verzochten me nergens mee te bemoeien.” Hard bewijs leveren dat Cerrejón achter die bedreigingen zit, kan ze niet. Maar sinds ze eind 2016 met de dood is bedreigd, gaat ze louter nog met twee bewakers de straat op, in haar jeep. Die beveiligers en de auto kreeg ze van overheidswege toegewezen.

Klimaatverzet onder Trump

CO2

Hoe gaat de zware industrie de klimaatdoelen halen?

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons