Geboortebeperking: moeders rijker, kinderen vaker naar school

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Krijgen moeders in Afrika te snel kinderen achter elkaar, dan werken ze minder betaald en hun kinderen gaan minder vaak naar school. Campagnes over voorbehoedsmiddelen zijn zinvol.

Family planningVrouwen in Afrika die kort achter elkaar kinderen krijgen hebben minder vaak betaald werk en hun kinderen gaan minder vaak, of zelfs helemaal niet naar school. Meer voorlichting over voorbehoedsmiddelen kan dit tij keren.

Dat stelt Abiba Longwe-Ngwira in haar proefschrift Family planning, fertility reduction and economic development in Africa, waarop ze 23 oktober aan de Radboud Universiteit Nijmegen promoveerde. Daarin onderzocht ze de gevolgen van family planning voor Afrikaanse moeders en kinderen, hun huishoudens, en de regio’s waarin ze wonen. Ze gebruikte daarvoor de Database Developing World, waarin gegevens over onder andere leefomstandigheden, onderwijs en werk uit meer dan honderd ontwikkelingslanden zijn opgenomen. In deelonderzoeken vergeleek Longwe gegevens over moeders en kinderen in 250 regio’s in 26 Afrikaanse landen met elkaar.

Zij ontdekte dat Afrikaanse vrouwen die geen toegang hebben tot voorbehoedsmiddelen – en daardoor hun kinderen korter na elkaar krijgen dan ze zouden willen – minder betaald werken. Vooral vrouwen in steden en hoger opgeleide vrouwen hebben last van die korte geboorte-interval. Op kantoor is het immers lastiger om een baby bij je te houden, iets wat vrouwen op het platteland gemakkelijker doen: dan gaat de baby gewoon op de rug mee. Bovendien wonen vrouwen in steden minder vaak in een extended family, en zonder inwonende familieleden kunnen kinderen minder gemakkelijk worden opgevangen.

Vrouwen die snel achter elkaar kinderen krijgen zijn niet alleen economisch zwakker, hun kinderen hebben ook een grotere kans om niet naar school te gaan. Deze gevolgen van een kort geboorte-interval voor de onderwijsdeelname in Afrika zijn nog weinig onderzocht. Tot nu toe was er vooral aandacht voor de gevolgen voor de gezondheid van moeder en kind.

Dit alles benadrukt weer eens het belang van voorbehoedsmiddelen, en op dat punt is Longwe’s onderzoek hoopgevend. Dat maakt immers duidelijk dat informatiecampagnes over family planning effect hebben. Neemt de kennis over voorbehoedsmiddelen in een regio toe, dan stijgt ook de acceptatie en het gebruik ervan, waardoor het aantal geboorten daalt. Dat leidt weer toe een hogere onderwijsdeelname van kinderen en toenemende welvaart van huishoudens.

Deze trends zijn overigens sterker in regio’s met een hoger onderwijsniveau. Meer informatie over en toegang tot voorbehoedmiddelen kan een positieve ontwikkeling in werking stellen. Een daling van het aantal kinderen en een verlenging van de geboorte-intervallen zorgen ervoor dat meer kinderen naar school gaan, waardoor het onderwijsniveau in de regio stijgt en toekomstige generaties nog beter in staat zijn hun geboorten te plannen. Dat vrouwen die toegang hebben tot voorbehoedsmiddelen ook meer kunnen werken, kan een extra impuls aan de ontwikkeling van Afrikaanse regio’s geven, aldus Longwe.

Abiba Longwe (1976) is afkomstig uit Karonga, Malawi. Zij studeerde in Malawi, Gent, Berlijn, Nijmegen en werkt momenteel voor het UK Department of International Development (DFID) in Malawi.

 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons