Achtergrond

Christenen in Pakistan lijden door ‘blasfemiewet’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

We spreken af in het kantoor van advocaat Sardar Mushtaq Gill. Het is de dag na de gruwelijke dood van het echtpaar Shahzad Masih en Shama Bibi. Ouders van drie kleine kinderen waaronder een baby. Ongeletterde arbeiders werkzaam in een steenfabriek buiten de stad Lahore op het platteland. Shama zou zelfs zwanger zijn geweest van haar vierde kind.

Gill is erg geëmotioneerd als hij de gebeurtenissen op een rijtje zet.

“Blasfemie!”, schreeuwde de man tegen iedereen

Het begon afgelopen zondag met de dood van de 80-jarige Nazar Masih, vader van Shahzad. Hij stierf een natuurlijke dood. Het dorp kwam toen nog in vrede bijeen voor de uitvaart. Ondertussen ruimde Shama het huis van haar schoonvader op. Wat niet meer bruikbaar was, zoals oude kranten en papieren, verzamelde ze en stak ze buiten in brand. Er was niets aan de hand tot een man afkomstig uit een ander dorp de brandstapel zag en het gerucht verspreidde dat Shama een contract waarin stond dat ze nog een schuld aan de fabriekseigenaar moest terug betalen in brand had gestoken. Toen begonnen de problemen.

“Blasfemie!”, schreeuwde deze man tegen iedereen, vertelt advocaat Gill. Maar er was helemaal geen sprake van godslastering. En wat deze zogenaamde schuldbekentenis betrof: Shama kon niet lezen. Ze wist niet wat ze in brand stak.

Onderbuik gevoelens
“De buitenstaander speelde in op onderbuik gevoelens die in Pakistan leven”, legt advocaat Gill uit. De man van buiten het dorp was een moslim. Het echtpaar Shahzad en Shama behoren tot de christelijke minderheid. Steeds vaker beschuldigen met name moslims christenen van blasfemie, godslastering. Daar staat in Pakistan de doodstraf op.

Feodale landheren roepen ‘blasfemie’ als ze hun christelijke arbeiders van grond willen verjagen, zodat zij die kunnen inpikken

Maar de wet die ooit door dictator Zia Ul Hag in de jaren zeventig werd ingevoerd, wordt vooral misbruikt door bijvoorbeeld moslims die zich van hun christelijke buren willen ontdoen. Niet omdat ze christelijk zijn, maar omdat ze ooit over iets kleins een ruzie hadden. Feodale landheren roepen ‘blasfemie’ als ze hun christelijke arbeiders van grond willen verjagen, zodat zij die kunnen inpikken. De blasfemiewet wordt te pas en te onpas gebruikt en misbruikt. De beschuldigingen beginnen compleet uit de hand te lopen. Maar geen politicus durft zijn handen er nog aan te branden sinds een gouverneur en een minister door radicale moslims werden vermoord.

[[{“fid”:”31955″,”view_mode”:”file_styles_artikel_halve_breedte”,”fields”:{“format”:”file_styles_artikel_halve_breedte”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:”Christelijk echtpaar vermoord in Pakistan vanwege ‘blasfemie'”,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:”Christelijk echtpaar vermoord in Pakistan vanwege ‘blasfemie'”},”type”:”media”,”link_text”:null,”attributes”:{“class”:”styles file-styles artikel_halve_breedte media-element file-file-styles-artikel-halve-breedte”,”id”:”styles-4-0″}}]]

Het christelijke echtpaar Shahzad en Shama dat in brand werd gestoken en vermoord.

Gill gaat verder met zijn verhaal. De details worden steeds gruwelijker. Nadat de buitenstaander de zogenaamde schuldbekentenis op de brandstapel had zien liggen, schakelde hij de eigenaar van de steenfabriek in. Die snelde ogenblikkelijk met zijn beveiligers toe. Niet om het echtpaar te redden. Hij sloot ze op in de fabriek. Hij was bang dat ze op de vlucht zouden slaan en hij naar zijn centen kon fluiten. Ik vraag me af hoe hoog de schuld zou zijn geweest. Deze mensen verdienen niet meer dan een dollar per dag. Ze lenen geld in de zomer van hun baas. Dan ligt door de hitte de fabriek stil en hebben ze wat nodig voor hun dagelijks onderhoud. Dus wat zal het zijn geweest? Vijftien euro?

In een land waar je je als vrouw zelfs in je slaapkamer niet bloot aan je man mag laten zien, trekken dezelfde mannen wel in het publiek al de kleren van het lijf van een andere vrouw

Ondertussen was het gewraakte woord ‘blasfemie’ gevallen en liepen in allerlei dorpen rond de fabriek de emoties op. De politie was ook ingeschakeld om het echtpaar te arresteren. Maar er was geen doorkomen meer aan. De groep boze moslims werd steeds groter. Ze bestormden het kot waarin het echtpaar Shahzad en Shama door de eigenaar van de fabriek werd vastgehouden. Ze sloegen hen met stokken, trokken de kleren van hun lijf en lieten ze naakt over het fabrieksterrein marcheren. Toen ze door alle wonden op hun benen en lijf niet meer konden lopen, staken de belagers Shahzad en Shama in brand. De politie keek toe. Na afloop zeiden agenten voor de camera dat ze hun best hadden gedaan, maar Shahzad en Shama niet meer konden redden.

Misselijk word ik van het verhaal. In een land waar je je als vrouw zelfs in je slaapkamer niet bloot aan je man mag laten zien, trekken dezelfde mannen wel in het publiek al de kleren van het lijf van een andere vrouw. Wat hadden deze mensen gedaan dat ze zo vernederd moest worden en zo ernstig, beestachtig mishandeld en uiteindelijk levend in brand werden gestoken? Is deze lynchpartij volgens de letter van de Koran?

Zwak begaafd
De gevallen van deze zogenaamde blasfemiezaken stapelen zich op. Wie herinnert zich nog het meisje Rimsha Masih? Ze zou volgens een radicale geestelijke ook een deel van de Koran in brand hebben gestoken. Het meisje was zwak begaafd en werd zelfs in een politiecel opgesloten. Tijdens de rechtszaak bleek dat de geestelijke zelf de Koran had verbrand. De wijk waarin Rismha woonde was een christelijke wijk die vlak tegen een moslimbuurt aan lag. De radicale geestelijke wilde gewoon dat deze mensen ophoepelden en verzon deze gemene list.

Advocaat Gill staat in Pakistan bekend als een mensenrechtenadvocaat die veel blasfemieslachtoffers verdedigt. Maar gemakkelijk is het niet. Hij wordt regelmatig met de dood bedreigd. Onlangs werd zijn huis in brand gestoken.

De politici regeren niet
Hij heeft opnieuw de hoogste kerkelijke leider van Pakistan ingeschakeld met het verzoek de president te benaderen. Er moet een einde komen aan deze wet die tot meer intolerantie leidt. Maar in Pakistan zijn het niet de politici die regeren, de radicale maulana’s – geestelijken – hebben het hier voor het zeggen. Dat weet iedereen. Dus houdt de president zijn mond, zwijgt al jaren het parlement en zijn het vooral de luidsprekers van deze radicalen die de haat verspreiden.

Vanochtend drink ik een kop koffie met mijn vriendin Maria. We praten over deze walgelijke dood. “Het echtpaar had geen schuld. De eigenaar van de fabriek moest deze arbeiders nog 40 dollar terugbetalen”, weet mijn vriendin te vertellen. Zijn bodyguards zijn gearresteerd. Hij loopt vrij rond.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons