Partnerbericht

Rapport mogelijke effecten van bestrijdingsmiddelen op weidevogels is online

Hoge concentraties van bestrijdingsmiddelen in mest en bodem op veeteeltbedrijven zijn mogelijk een belangrijke oorzaak van de dramatische achteruitgang van veel weidevogelsoorten. Zelfs op biologische bedrijven zijn de gemeten concentraties hoger dan verwacht. De gevonden bestrijdingsmiddelen komen de veehouderijbedrijven binnen via aangekocht krachtvoer en stro.

Dit blijkt uit onderzoeksgegevens in het vandaag gepubliceerde rapport “Een onderzoek naar mogelijke relaties tussen de afname van weidevogels en de aanwezigheid van bestrijdingsmiddelen op veehouderijbedrijven in Gelderland.”

 

Op 24 veehouderijbedrijven en één boomkwekerij in weidevogelgebieden in Gelderland (15 gangbare en 9 biologische) werden in krachtvoer, mest en bodem een groot aantal bestrijdingsmiddelen en anti-parasitaire geneesmiddelen gemeten. In de genomen monsters werden 134 verschillende insecticiden, fungiciden, herbiciden en biociden gevonden in concentraties waarbij aanzienlijke effecten op de insectenfauna kunnen worden verwacht.

De bestrijdingsmiddelen komen de bedrijven binnen via aangekocht krachtvoer, via stro en via stoffen die voor de bestrijding van plaaginsecten in stallen en mestkelders worden gebruikt. Met de mest worden deze giftige stoffen over het land uitgereden.

In dit onderzoek werd aangetoond dat er een significante samenhang is tussen de inname van insecticiden via het veevoer en het aantal insecten in de mest in het grasland. Insecten zijn meestal veel gevoeliger voor insecticiden, dan zoogdieren zoals de mens. De hoeveelheid insecten in het grasland heeft een doorslaggevend effect op de overleving van kuikens van grutto, kievit en tureluur.

Tellingen van weidevogels tussen 1998 tot 2018 hebben laten zien dat op alle onderzochte bedrijven het aantal weidevogels dramatisch is afgenomen.  Het gemiddelde aantal getelde broedvogels per gemiddeld bedrijf is afgenomen van 69 in de periode 1998-2007 naar 22 in de periode 2008-2018.

Er worden jaarlijks door de overheid vele miljoenen geïnvesteerd in de bescherming van weidevogels. Dit is weggegooid geld, wanneer hoge concentraties van extreem giftige bestrijdingsmiddelen in bodem en gras de overleving van weidevogelkuikens ernstig beperken.

Het heeft dan ook de hoogste urgentie een landelijk onderzoek uit te voeren naar de aanwezigheid en herkomst van insecticiden en andere bestrijdingsmiddelen in voer, mest en bodem. Verder dienen de effecten van deze stoffen op de insectenfauna en weidevogelpopulaties in detail te worden ontrafeld. Tot het moment dat die effecten duidelijk zijn, dient het voorzorgsprincipe te worden gehanteerd.

Zes gerenommeerde Nederlandse wetenschappers hebben in de voor hun relevante delen van het 170 pagina´s omvattend rapport de twee auteurs bijgestaan bij de juiste verwerking en weergave van de resultaten. Het onderzoek is uitgevoerd door adviesbureau Buijs Agro-Services en WECF in Nederland met financiële steun van de provincie Gelderland.