Partnerbericht

Kennis delen redt baby’s

Bevallen in Oeganda brengt risico’s met zich mee. Door de burgeroorlog zijn veel medische specialisten het land ontvlucht en zijn de voorraden uitgeput. VSO werkt mee aan de opbouw van het zorgstelsel. Bijvoorbeeld in het regionale ziekenhuis in Gulu. In samenwerking met VSO heeft het ziekenhuis een nieuwe, goed uitgeruste, Neonatale Intensive Care Unit (NICU) geopend. Kinderverpleegkundige Gerieke Zandberg ondersteunt het lokale personeel op deze afdeling. Dankzij haar deskundigheid en de NICU is Jonathan, het zoontje van Barbara, nog in leven. Barbara vertelt:

‘Alles verliep normaal tijdens mijn zwangerschap totdat ik zes maanden zwanger was. Ik voelde dat ik veel vruchtwater verloor. Ik nam een bad maar het bleef maar stromen. Mijn schoonmoeder zei dat ik naar een dokter moest. Samen met mijn man Emmy haastte ik me naar het ziekenhuis. Daar werden we meteen doorgestuurd voor een scan. Ik moest in het ziekenhuis blijven en een week later beviel ik. De bevalling duurde ongeveer 3 uur en ik verloor veel bloed. Maar dankzij de verpleegkundigen ging het verder goed en werd onze zoon geboren. Ik weet nog dat ze hem op mijn borst legden. Ik kon het niet geloven, hij was zó klein.’

NICU
‘De studenten wogen mijn kindje. Omdat hij maar 1 kilo woog moest hij naar de neonatale afdeling. Daar had ik nog nooit van gehoord. Ik vond het eng om mijn pasgeboren kindje meteen af te staan. Gelukkig hield mijn schoonmoeder hem in de gaten. Toen ik hem de volgende dag weer zag, kreeg hij zuurstof toegediend. Het beangstigde me dat hij zo klein was. Ik durfde hem nauwelijks vast te houden. Beetje bij beetje ging het beter, hij begon zijn ogen te openen en ik mocht hem borstvoeding geven. Een week later mocht ik naar huis.’

Zuurstoftekort
‘Maar toen ging het mis. We waren een week of twee thuis. Ik had hem gevoed en legde hem op bed zodat ik zijn kleren kon wassen. Toen ik later bij hem ging kijken zag ik dat hij melk had uitgespuugd en dat hij anders ademde. Ik schrok daar enorm van en riep mijn schoonmoeder. Zij zei dat dit niet goed was en ik ging direct naar de NICU. De verpleegkundigen probeerden zijn ademhaling weer op gang te krijgen met een beademingsballon. Af en toe stopte hij met ademen, dan ging hij weer verder. Hij werd donker van kleur en dat bleef zo de hele dag.’

Pijn
‘De beademing met die ballon en alle injecties. Dat deed me zoveel pijn. Ze konden geen goede ader vinden dus probeerden ze het steeds ergens anders. Hij bleef maar huilen. Ik had verschrikkelijk met hem te doen. Als moeder voel je de pijn van je kindje. Ik was bang dat hij het niet ging redden. Ik hoorde alles, zag alles en merkte de haast van de verpleegkundigen. Als mensen in het ziekenhuis haast hebben dan weet je wat dat betekent.’

Opluchting
‘Maar gelukkig hebben Gerieke en de verpleegkundigen hem heel goed geholpen. Aan het einde van de dag ademde hij weer normaal. We waren ontzettend blij en opgelucht. Nu gaat het weer goed met mijn baby. En dus ook met mij. Zonder de NICU was mijn kindje er nu niet geweest. De geboorte begon veel te vroeg. Als ik toen niet in het ziekenhuis was geweest was mijn zoon, die ik pas de naam Jonathan kon geven, denk ik niet levend geboren. En als ik daarna niet meteen naar de NICU was gegaan, had hij het misschien ook niet gered. Want thuis had niemand hem zuurstof kunnen toedienen.’

Te vroeg
Uiteindelijk blijkt dat het kindje van Barbara veel te vroeg naar huis is gestuurd. Daarom heeft Gerieke samen met haar lokale collega’s criteria opgesteld. Kindjes moeten minimaal aan deze criteria voldoen voordat ze naar huis mogen. Bekijk de video waarin Gerieke vertelt over moeder Barbara en Jonathan.

Meer lezen over Gerieke
Lees meer over wat Gerieke meemaakt in haar werk, wat haar collega's van haar leren en hoe moeders en kinderen een goede start krijgen.

Ga ook
VSO zoekt meer professionals zoals Gerieke. Verloskundigen, tropenartsen en gynaecologen die net als Gerieke de gezondheidszorg in ontwikkelingslanden willen verbeteren. Ga ook >

Of steun financieel zodat professionals als Gerieke hun kennis kunnen delen.