Partnerbericht

2018: Het jaar van de Nederlandse natuurfilm

Na drie succesvolle edities van het Wildlife Film Festival Rotterdam en vijf jaar na het succes van De Nieuwe Wildernis lijkt er sprake van een definitieve opleving van de Nederlandse natuurfilmsector. Maar liefst drie Nederlandse natuurfilms gaan dit jaar in de bioscoop in première. Met films over de Veluwe, de natuur in Amsterdam en over de Waddenzee wordt 2018 hét jaar van de Nederlandse natuurfilm.

4 februari 2018 | Door: Mara Berghout.

De Nieuwe Wildernis, de eerste Nederlandse natuurfilm in de bioscoop, van de regisseurs Mark Verkerk en Ruben Smit en geproduceerd door EMS FILMS, was in 2013 een ongekend succes. De film over de Oostvaardersplassen trok volle zalen; maar liefst 700.000 bezoekers hebben de film in de bioscoop gezien.

Nog geen vijf jaar later heeft het succes van De Nieuwe Wildernis geleid tot een ware hausse aan natuurfilms. We spraken met Luc Enting (WILD), Ignas van Schaick (De Wilde Stad) en Ruben Smit (WAD) over hun films, over het huidige succes van natuurfilms en over wat we de komende jaren nog meer kunnen verwachten.

 

WILD: Bonte families op de Veluwe
In de film van Luc Enting, al jarenlang een bekend natuurfilmmaker, staat de Veluwse natuur centraal. WILD ging begin februari in premiere met veel aandacht van de media. Voor Luc was de aanleiding voor het maken van zijn film het gevoel dat de Veluwe, één van de grootste natuurgebieden van Noordwest Europa, een eigen film verdient. Hij wil met zijn film mensen duidelijk maken dat we zuinig moeten zijn op de Veluwe, dat het geen pretpark moet worden. “De natuur moet de natuur blijven. We hebben nu nog pareltjes, waar dieren een mooi en beschermd bestaan kunnen hebben.” Luc neemt de kijker mee door hen de Veluwe te laten beleven door de ogen van de dieren die er leven. Met dieren letterlijk in de hoofdrol, spreekt de film hopelijk tot de verbeelding van een breed publiek. Mede door de vertelstem van André van Duin is het een toegankelijke film geworden, ook voor het jonge publiek.

 

Bron: Enting Films

 

De Wilde Stad
Na De Nieuwe Wildernis (2013) en Holland, Natuur in de delta (2015) komt op 1 maart de nieuwe film van regisseur Mark Verkerk in de bioscoop. Een film over de natuur in de stad. “De meeste mensen wonen in de stad of een dorp, maar als je honderd mensen vraagt wat natuur is, dan zeggen negenennegentig mensen bos, of duin of heide. Maar bijna niemand zal de stad noemen. Terwijl, wanneer je kijkt naar biodiversiteit, de stad eigenlijk het meest rijke natuurgebied van Nederland is. Van de 40.000 soorten dieren en planten die in Nederland voorkomen leven er 10.000 in stedelijke omgeving” aldus Ignas van Schaick van EMS FILMS. De natuur is dichterbij dan je denkt. “De meeste mensen fietsen elke dag van hun huis naar werk of school maar die ervaren de natuur om zich heen eigenlijk nauwelijks. Met deze film willen we een soort eye opener meegeven. Dat je voor het zien van natuur helemaal niet hoeft te reizen, je bent als mens gewoon onderdeel van het ecosysteem stad.”

 

Bron: EMS FILMS

 

WAD: Overleven op de grens van water en land
Ruben Smit heeft het afgelopen jaar ook niet stil gezeten. Samen met Mark Verkerk won hij een Gouden Kalf voor De Nieuwe Wildernis. Na De Levende Rivier (2016) gaat dit najaar zijn nieuwe film over de Waddenzee in premiere. Ruben Smit is in de eerste plaats een natuurliefhebber, iemand die vanuit zijn passie een verhaal probeert te vertellen. Hij benadert al zijn films als ecoloog. Hij vertelt verhalen vanuit het ecosysteem. Zo ook in zijn nieuwste project WAD: Overleven op de grens van water en land. “Het waddengebied verdient het, als enige werelderfgoedgebied van Nederland, om aan een groot publiek te laten zien hoe het eraan toegaat op zo’n mooie en wilde plek. Het is een gebied dat ontzettend onder druk staat door de vele belangen die er spelen: gas-, zout- en zandwinning, visserij, toerisme, noem maar op.” Hij maakt de film niet met het oog op commercieel succes.”Ik denk dat je alleen maar een goede natuurfilm kunt maken als je dat met volledige passie, overgave en kennis doet. Je kunt snel een paar leuke beelden maken, maar het gaat vooral om het verhaal, de grote samenhang.” Voor Ruben hebben natuurfilms als belangrijkste functie om het grote publiek wakker te schudden.

 

Bron: Marcel van Kammen

 

Het succes van de Nederlandse natuurfilm
“Sinds De Nieuwe Wildernis en de series van de BBC wordt er massaal naar natuurfilms en series gekeken” vertelt Luc Enting, “terwijl er daarvoor eigenlijk weinig mensen in de potentie ervan geloofden.” Het succes bood hem de kans om WILD te maken.

Ignas van Schaick verklaart het succes van De Nieuwe Wildernis en de huidige natuurfilms door het feit dat het is gelukt om een groter, jonger publiek aan te spreken. Films en series op televisie doen het goed, maar de mensen naar de bioscoop krijgen is volgens hem een ander verhaal. “Je gaat naar de bioscoop voor een avondje uit. Dat betekent dat we ook concessies doen. Mensen gaan nu eenmaal naar de bioscoop om vermaakt te worden, niet om de les gelezen te worden.”

Volgens Ruben Smit zijn mensen de laatste jaren ook meer om zich heen zijn gaan kijken. “We zijn het met zijn allen meer gaan waarderen dat onze eigen leefomgeving in beeld wordt gebracht. Daarnaast wordt de techniek steeds beter en komt de natuur via series op de televisie zo de Nederlandse huiskamers binnen.” Toch zullen de films niet gauw het enorme succes bereiken van De Nieuwe Wildernis, denkt hij. “Wel is er door het succes van de film nu ook commercieel gezien een markt.”

Een aantal natuurfilms lukt het om het Nederlands Filmfonds te laten meefinancieren. Luc Enting had daardoor binnen een jaar de financiering rond. “We zijn aan de slag gegaan met scenarioschrijven en tot ieders verbazing hebben we het ook echt op die manier op kunnen nemen. Het moest vernieuwend en anders zijn en dat is helemaal gelukt.”

Engeland
Alle filmmakers kijken naar de natuurfilmsector in Engeland, waar budgetten beschikbaar zijn die we in Nederland bij lange na niet hebben en ook niet snel krijgen. Maar van de manier van organiseren kunnen we wel veel leren. Zo heeft Ruben Smit naar voorbeeld van Engeland de samenwerking opgezocht met Wageningen University. Daar bevindt zich de kennis en liggen de verhalen voor het oprapen. “Met de ervaring die ik heb, wil ik de Natural History Unit Nederland, een afdeling, zoals de BBC ook heeft, waar allerlei content wordt gemaakt die met natuur te maken heeft, echt optuigen. We kunnen kleine documentaires maken, maar ook internationale producties, korte films en inhoud voor andere podia. Ik hoop dat ik een basis kan leggen waardoor we dit over vijftig jaar nog hebben.“

Ignas van Schaick heeft in zijn team naast Nederlandse talenten ook jonge Engelse filmmakers zitten, zoals de jonge Bertie Gregory. Door het gemengde team kunnen de Nederlandse talenten meekijken met hun Engelse collega’s en ook veel Nederlandse filmmakers volgen opleidingen in Engeland. “Engeland kent al heel lang een bestaande opleiding vanuit de BBC School. Daar beginnen studenten al heel jong als assistent van een assistent van een cameraman en die klimmen zo langzaam maar zeker op in het vak. Ze leren dat niet zozeer de techniek doorslaggevend is, maar meer welk verhaal je vertelt. Ze denken in verhalen en montage en kijken bij elk shot hoe het in de montage past.”

Ook Luc Enting kijkt naar onze overzeese buren. Zo’n miljoenenbudget als ze daar hebben is niet denkbaar in Nederland. “Als wij ons uurtarief gaan rekenen, krijgen wij nooit onze films voor elkaar. Dat geld is er niet. Maar de tijd gaat er toch in zitten. Dat levert wel een vertekend beeld op. Toch staat menigeen te kijken van wat wij in Nederland produceren met de middelen die we hebben.”

“Menigeen staat te kijken van wat wij in Nederland produceren met de middelen die we hebben”

 

Diversiteit
Het is duidelijk dat het succes van De Nieuwe Wildernis vele deuren heeft geopend. Met filmmakers die in aanpak verschillen, maar allen met een overduidelijke liefde voor de verhalen van en over de natuur. De huidige aandacht in de samenleving voor natuur en leefomgeving is onmiskenbaar een voordeel voor de filmmakers. Gekoppeld aan het (ook commerciële) succes van De Nieuwe Wildernis lukt het filmmakers beter om financiering te vinden. De Engelse budgetten zijn hier dan wel niet haalbaar, maar door nieuwe technieken en door mee te liften op de buitenlandse opleidingen, zal het ook de komende jaren lukken om zeer aantrekkelijke en indrukwekkende natuurfilms te maken waar een grote interesse voor is vanuit het publiek. Dat trekt weer nieuwe partijen aan die deze beweging kunnen versterken.

De filmmakers benadrukken het belang van het betrekken van jongeren. Zo zegt Ruben Smit: “Het WFFR grijpt de kans om de jeugd te betrekken door bijvoorbeeld de Nationale Natuur Filmwedstrijd. Dat is een vereiste om het genre voort te laten bestaan en te investeren in de toekomst.” Ignas van Schaick bejubelt dat er met het WFFR een plek is gekomen voor internationale natuurfilms. “Het festival vormt met de films en randactiviteiten, zoals lezingen een fantastische toevoeging aan het palet van filmfestivals in Nederland.”

Het Wildlife Film Festival Rotterdam wil de komende jaren een podium zijn voor jong talent en de diversiteit aan natuurfilms op het grote scherm tonen. Natuurfilms zijn er in allerlei soorten en maten, net als de natuur zelf. Dat is juist ook het mooie ervan. Verschillende soorten films trekken ook verschillende doelgroepen aan. Luc Enting zegt hierover: “Er is één overeenkomst en dat is de passie voor de natuur. Het publiek bepaalt uiteindelijk wat een goede film is. Het grote doel is een zo breed mogelijk publiek te bereiken om de natuur een warm hart toe te dragen.” Daar noemt hij precies de doelstelling van het WFFR. En wellicht verbeteren we dan nog een keer het record van drie premières in een jaar.

 

WILD, bonte families op de Veluwe

vanaf 1 februari in de bioscoop

De Wilde Stad

vanaf 1 maart in de bioscoop

WAD, overleven op de grens van water en land

vanaf dit najaar in de bioscoop