Opinie

Kunnen we stoppen met het woord ‘duurzaam’?

Het woord ‘duurzaam’ is overal. Maar ontzettend vaak is het misleidend, of erger nog: gewoon niet waar.

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Misschien herken je de volgende situatie. Je bekijkt de website van een grote multinational met een berucht imago, en ziet in het menu een pagina met de titel ‘Sustainability’. Je vindt het nogal verbazingwekkend dat dit bedrijf waarde aan duurzaamheid lijkt te hechten. 1 Zoveel zelfs dat het een prominente plek inneemt op de homepage en er een volledige subpagina aan gewijd is.

Of anders deze: op een feestje vertelt een collega je trots over haar nieuwe elektrische auto. Geweldig natuurlijk, deze ‘duurzame’ wagen, omdat hij in plaats van een verbrandingsmotor een lithium-ion-accu heeft, waarvan de grondstoffen gewonnen werden in een zeldzame aardmetaalmijn, met een vergiftigde en radioactieve woestenij als gevolg.

We worden zo vaak met het woord ‘duurzaamheid’ om de oren geslagen dat het inmiddels weinig meer is dan een modewoord

Of deze. Je komt een advertentie tegen van een energiemaatschappij die schone, groene en ‘duurzame’ elektriciteit aanbiedt uit hydro-elektrische- en zonne-energie. Waarvoor welige rivieren zijn ingedamd, gemeenschappen zijn ontheemd en ecosystemen zijn geruïneerd.

We worden zo vaak met het woord ‘duurzaamheid’ om de oren geslagen dat het inmiddels weinig meer is dan een modewoord — een populaire term die in zoveel verschillende contexten wordt gebruikt dat de betekenis ervan verloren is gegaan.

Recente schattingen van uitsterfsnelheden schommelen tussen de 25 en 150 soorten per dag

Tenzij we met duurzaamheid doelen op het laten voortduren van de huidige snelheid en efficiëntie waarmee we momenteel de planeet verwoesten. Om een idee te geven: recente schattingen van uitsterfsnelheden schommelen tussen de 25 en 150 soorten per dag. Daarnaast is nog slechts 2 procent van de oerbossen over 2, en bevinden zich vijfhonderd keer meer plastic deeltjes in de oceanen dan sterren in ons sterrenstelsel.

Dit is natuurlijk niets nieuws. Sterker nog, de realisatie dat er iets mis is, is één van de drijvende krachten achter de populariteit van de term ‘duurzaamheid’. Als gevolg van een groeiende publieke bezorgdheid over de toestand van natuurlijke gemeenschappen, en de sombere vooruitzichten voor de mensheid zelf, is er een toenemend besef dat het leven zoals we het kennen in feite niet duurzaam is. En dat we bovendien zelf verantwoordelijk zijn.

Naarmate dit inzicht omslaat naar een combinatie van schuld en angst zoeken beleidsmakers, bedrijven en uiteindelijk consumenten 3 naar manieren om (in elk geval naar de buitenwereld toe) hun eigen verwijtbaarheid te verminderen. Klimaatverandering vormt een wereldwijde bedreiging met dermate grote belangen, dat het niet zo gek is dat het voor zowel marketeers als politiek campagnevoerders een moreel wedstrijdje touwtrekken is geworden om wie zichzelf kan verkopen als de meest verantwoorde op het gebied van milieu.

Ik begrijp het ook wel. Voor veel organisaties met oprechte, goede bedoelingen is ‘duurzaamheid’ een manier waarop ze hun MVO4-inspanningen samenvatten. Het is een beknopte omschrijving van één van de bedrijfswaarden door middel van een veelgebruikte term die de meeste mensen min of meer begrijpen. In de legitiemere gevallen is wat er eigenlijk gezegd wordt dat ze actief nastreven om milieuschade die gepaard gaat met productie terug te dringen.

Anderzijds is het voor een hoop bedrijven met minder oprechte, goedbedoelde motieven niet meer dan een marketingslogan, zonder enige betekenis of waarde. Zoals een artikel in Harvard Business Review het verwoordt, is het verworden tot “een nieuwe vorm van public relations … gebruikt om winstgevende activiteiten die toevallig de maatschappij ten goede komen te omschrijven”.

Het lijkt misschien op elkaar: enerzijds het opstrijken van de eer voor incidenteel positieve bijwerkingen en anderzijds het internaliseren van milieuvriendelijke doelstellingen binnen je organisatie. Maar ze vormen in werkelijkheid een wereld van verschil. Hoewel de mate van opzet ongetwijfeld varieert, blijft het zo dat veel duurzaamheidsclaims op zijn best misleidend zijn, en in het ergste geval ronduit onwaar.

En dat niet alleen—het is bovendien schadelijk voor hoe we het meest urgente probleem waar deze maatschappij voor staat beschouwen. Namelijk: hoe voorkomen we verdere permanente milieuschade en keren we de ontelbare trends van groeiende vervuiling, uitsterving en ecocide om? Te midden van alle rumoer van een woord dat zo gemakkelijk gebruikt wordt als duurzaamheid raken we afgestompt voor zijn eigenlijke betekenis.

De definitie van duurzaam

De website SustainableBrands.com geeft de volgende omschrijving van het woord sustainable: “Langdurig. In het ontwerp van wereldwijde bedrijfs- en economische systemen, ter ondersteuning van onze menselijke behoefte om fysiek te gedijen, maar ook om ons volledige potentieel voor geluk en welzijn te ervaren in zowel de huidige als op de zeer lange termijn.”

Los van de arrogantie van een definitie die zich expliciet alleen bekommert om het welzijn van mensen, is deze omschrijving ook anderszins problematisch.

De betekenis van sustainable is dat iets ‘houdbaar’ is, in de zin van ‘voortdurend’

Allereerst is er de ambiguïteit van ‘de zeer lange termijn’. Dit klopt niet. De betekenis van sustainable is dat iets ‘houdbaar’ is, in de zin van ‘voortdurend’. In de zin van: ‘onvoorziene externe omstandigheden uitgezonderd, kan volgens de huidige handelwijze de status quo eindeloos worden gehandhaafd’. Heel anders zijn de implicaties wanneer we er genoegen mee nemen dat bijvoorbeeld grondstoffen ‘onze menselijke behoefte om fysiek te gedijen’ ondersteunen voor ‘de zeer lange termijn’. Dit wekt de indruk dat als we maar lang genoeg nieuwe bronnen kunnen vinden om uit te buiten, we onszelf de illusie kunnen voorhouden dat wat we ook doen onbeperkt kan worden volgehouden. Dat is niet duurzaamheid. Dat is het negeren van de werkelijkheid.

Het tweede probleem met bovenstaande definitie is dat deze de betekenis van het woord verdraait naar iets dat zogenaamd betrekking heeft op ‘wereldwijde bedrijfs- en economische systemen’. Dit impliceert ten onrechte dat het woord inherent verbonden is aan bedrijfsvoering en economie, terwijl dat slechts twee voorbeelden zijn van waar het op toegepast kan worden. Ik betwijfel of niet-geïndustrialiseerde, daadwerkelijk duurzaam levende culturen het hiermee eens zouden zijn.

Een veel betere definitie die ik ben tegengekomen is “betrekking hebbend op een systeem dat zijn eigen levensvatbaarheid behoudt, door technieken te hanteren die continu hergebruik mogelijk maken”. Los van het feit dat dit een veel breder toepasbare omschrijving is, is het belangrijkste verschil met de vorige dat het expliciet het behouden van de ‘eigen levensvatbaarheid’ in acht neemt. Met andere woorden: het stelt het hebben van regeneratieve eigenschappen centraal, en daarmee het essentiële aspect van continu hergebruik. Zie je het verschil tussen deze definitie en die van ondersteunen ‘op de zeer lange termijn’?

Alle systemen of activiteiten die iets in hoger tempo verbruiken of consumeren dan het kan worden aangevuld, zijn per definitie niet duurzaam

Elk systeem dat of iedere activiteit die iets in hoger tempo verbruikt of consumeert dan het kan worden aangevuld, is per definitie niet duurzaam. Helaas is dit het geval voor een groot deel van de fundamenten waar onze moderne beschaving op gebouwd is.

Net als ieder ander juich ik pogingen toe om het tij te keren, of ze nu vanuit commerciële, politieke, of andere hoeken komen. Maar zolang er ook maar enige sprake is van soorten die dagelijks uitsterven, zolang industriële landbouw een breed geaccepteerde methode voor voedselproductie is en zolang de exploratie van fossiele brandstoffen doorgaat (om maar een paar voorbeelden te noemen) hebben we nog een lange weg te gaan. Laten we dus ten behoeve van transparantie — nog beter, ten behoeve van daadwerkelijke duurzaamheid, wat het gemeenschappelijke doel moet blijven — deze inspanningen bij hun echte naam noemen.

Hoe we taal gebruiken is niet alleen een weergave van, maar ook van invloed op hoe we de wereld waarnemen. Zolang we onszelf toestaan taal te hanteren die bewust of onbewust tot gevolg heeft dat de realiteit buiten de deur wordt gehouden, zullen we geen schijn van kans maken om onze blik op — en daarmee ons handelen in — de wereld te veranderen.

Het taaldossier

  1. Hoewel het de algemeen geaccepteerde Nederlandse variant is, is ‘duurzaam’ eigenlijk geen nauwkeurige vertaling van sustainable. Waar de Engelse term de impliciete betekenis van eindeloosheid met zich meedraagt, is dat niet zo vanzelfsprekend in de betekenis van ‘duurzaam’. Die neemt volgens het woordenboek genoegen met ‘lang durend’. Helaas is er momenteel in het Nederlands geen betere vertaling voorhanden, en in de praktijk worden de woorden wel op dezelfde manier gebruikt. Ik houd in dit essay dan ook de strengere definitie van het Engelse sustainability aan voor ‘duurzaamheid’. ↩︎
  2. Jensen, Derrick. The Myth of Human Supremacy. (New York: Seven Stories Press, 2016), 205-208 ↩︎
  3. Het feit dat dit een algemeen geaccepteerd label is geworden voor burgers is op zichzelf al een duidelijk teken van het probleem waar we mee te maken hebben. ↩︎
  4. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen ↩︎

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons