Beeld: Desiré van den Berg
Fotoreportage

‘Ik hoop hier ergens opnieuw te kunnen beginnen’

Desiré van den Berg en Enaam Ahmed Ali spraken met Syrische vluchtelingen die zij tegenkwamen op Centraal Station en station Bijlmer Arena in Amsterdam. Hoe zijn zij hier gekomen, waar hopen ze terecht te komen en wat is hun eerste indruk van Nederland?

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Nidal
“Ik werk nog liever voor een minder groot maandelijks bedrag, dan dat ik slapend geld ontvang.”

NidalBeeld: Desiré van den Berg
“Na twee weken in Nederland te zijn geweest, ben ik nu onderweg naar Noorwegen. Er zijn ontzettend veel vluchtelingen in Nederland en dit land is al zo klein en dichtbevolkt. Er is simpelweg geen ruimte, en dat begrijp ik. Ik weet dat Noorwegen een veel minder grote bevolkingsdichtheid heeft, dus ik hoop daar een nieuw leven te kunnen opbouwen. De taal leren zal waarschijnlijk geen probleem zijn, want ik spreek naast Arabisch ook Engels en ik heb in Syrië Russisch gestudeerd, en dat is toch wel een van de moeilijkste talen, volgens mij. Noors kan niet veel lastiger zijn dan dat, haha! Dus dat komt wel goed.

Verder hoop ik daar ook meer kans te hebben op werk, want jullie systeem in Nederland begrijp ik niet. Ik mag hier geen werkvisum krijgen, maar zal wel maandelijks betaald krijgen door jullie overheid. Dat vind ik vrij absurd. Ik werk nog liever voor een minder groot maandelijks bedrag, dan dat ik slapend geld ontvang. Ik heb economie gestudeerd en heb altijd een goeie baan gehad, dus ik wil zo graag weer aan het werk. Als ik veiligheid en rust heb gevonden, laat ik mijn gezin overvliegen. Die wilde ik deze verschrikkelijke reis over land en zee niet laten doormaken… Het was nog maar de vraag of ik het zelf wel zou overleven. Ik hoop hier ergens opnieuw te kunnen beginnen, op een veilige plek, en te kunnen groeien en meer te betekenen als mens.” 

Hani
“Ik had het gevoel dat hij me aanzag voor een terrorist, als iemand die empathie voelt voor terroristen.”
HaniBeeld: Desiré van den Berg
“In de korte tijd dat ik in Nederland ben geweest, heb ik in meerdere opvangcentra gezeten in verschillende steden. Ik vertrek nu naar Scandinavië in de hoop daar meer kansen te krijgen, maar de liefde die ik hier in Nederland heb gevoeld, is niet te beschrijven. Ik ben echt overweldigd geraakt door het aantal mensen dat ons kwam verwelkomen toen we bij de kampen aankwamen. Een man en een vrouw uit Monnikendam waren echt als ouders voor me. Ze zorgden voor me en gaven me te eten. De vrouw had tranen in haar ogen toen ik weer moest vertrekken, en ik ben bang dat ik haar niet genoeg heb kunnen vertellen hoe ongelofelijk dankbaar ik ben.

Toch merk ik dat er bij sommige Nederlanders nog veel onduidelijkheid is wat betreft ons vluchtelingen. Er zijn een paar situaties geweest waarin ik me erg ongemakkelijk en verdrietig voelde. Zo vroeg een werknemer van een van de kampen mij wat “Allahoe Akbar” betekende en waarom wij dit zeggen. Hij had duidelijk slechte associaties bij deze uitspraak, terwijl het juist eigenlijk iets heel moois betekent. Ik was er stil van en zijn vraag kwetste me. Ik had het gevoel dat hij me aanzag voor een terrorist, als iemand die empathie voelt voor terroristen. Terwijl zij juist de reden zijn dat ik hier naartoe ben gekomen. Deze mensen hebben onze huizen en onze families stuk gemaakt. Daar heb ik absoluut geen empathie voor. Daar hoor ik absoluut niet bij.”

William
“Ik ben hier ook echt niet naartoe gekomen om anderen in de weg te staan, en daarmee bedoel ik ook de Nederlanders.”
WilliamBeeld: Desiré van den Berg
“Ik kan slecht tegen onrecht en mensen die niet aan anderen denken. Zo zijn er vluchtelingen die elke dag langs de vrijwilligers gaan om meer kleding op te halen. Dat kan je toch niet maken? Je moet ook denken aan de mensen die na jou komen! Begrijp me niet verkeerd, de kleding die ik aan heb, heb ik ook gekregen. Maar deze outfit en die in mijn tas, is de enige kleding die ik heb opgehaald en dat is alles wat ik nodig heb. Ik zou nooit iets nemen ten nadele van iemand anders. Ik ben hier ook echt niet naartoe gekomen om anderen in de weg te staan, en daarmee bedoel ik ook de Nederlanders.

Ik ben hier gekomen in de hoop op veiligheid en stabiliteit. Ik ben hier gekomen in de hoop op een betere toekomst. Dat Nederland voor veel vluchtelingen dit perspectief biedt, wordt ook in de kampen duidelijk. In de vijftien dagen dat ik hier geweest ben, heb ik al zes scheidingen meegemaakt in de opvangcentra. Het gaat hier voornamelijk om vrouwen die het gevoel hebben dat ze hun man niet meer nodig hebben om ze te beschermen, om voor ze te zorgen. Ze willen zich niet meer afhankelijk voelen en willen ook gewoon de beste toekomst mogelijk voor zichzelf en hun kinderen. Misschien is het wel erg naïef om zo te hopen op een betere toekomst hier. Niet alleen bij deze vrouwen, maar misschien wel bij alle vluchtelingen.”

Abd-Elmenuem
“Ik kan moeilijk mijn mond houden als iemand zo’n onrecht wordt aangedaan.”
Beeld: Desiré van den Berg
“Ik ben al vijf jaar lang onophoudelijk op de vlucht. In Syrië kon ik niet langer dan enkele maanden op dezelfde plek blijven. Ik wilde het recht hebben om mijn stem te laten horen. Ik ben meerdere malen op tv verschenen en was erg actief. Daar heb ik heel erg onder moeten lijden. Ik ben opgepakt en flink gemarteld. Ik heb tientallen littekens op mijn lichaam hieraan overgehouden en bijna al mijn tanden zijn eruit getrokken. Het was het waard, maar mijn lichaam kon het niet meer aan. Ik loop nu mank. Ik ben naar Nederland gekomen in de hoop dat mijn gezin en ik meer respect en begrip zouden krijgen.

Helaas heb ik dat niet gevonden. Ik heb een aanvraag ingediend om weer terug te kunnen naar Turkije, waarvandaan we in eerste instantie de boot hierheen hadden gepakt. De beveiliging van het kamp waar ik nu zit is erg agressief en ik voel me hier niet op mijn gemak. We worden behandeld als gevangenen. Zo was er een zwangere vrouw die na een hele tijd in de rij te hebben gestaan even weg was gegaan om haar medicijnen te halen om daarna weer bij haar vriendin te komen staan. Ze werd zo hard geduwd door een beveiliger dat ze op de grond belandde. Ze had al wat complicaties met haar zwangerschap en ligt nu dan ook in het ziekenhuis. De beveiliger werkt hier nog en is er door niemand op aangesproken. Ik kan moeilijk mijn mond houden als iemand zo’n onrecht wordt aangedaan. Ik dacht dat er hier meer respect was voor elkaar dan in Syrië, maar nu blijkt dat dat in deze situatie ook ver te zoeken is.”

Majd
“Nederland is voor mij een plek om mijn dromen te realiseren.”
MajidBeeld: Desiré van den Berg
“Ik ben heel erg onder de indruk van de gastvrijheid hier. Ik was één van de eerste vluchtelingen die bij dit AZC aankwam en de mensen hier zijn fantastisch. Ik heb alles wat ik nodig heb. Ik kan eindelijk weer rustig slapen… De matrassen kunnen natuurlijk altijd iets zachter, haha! Maar ik mag echt niet klagen. Ik heb de doortocht gemaakt hiernaartoe met mijn neef, en dat ging goed totdat we bij de grens van Kroatië-Hongarije aankwamen.

Dat was de moeilijkste nacht. We sliepen in de open lucht met ongeveer vierduizend anderen. Het was ijskoud. Er werden gelukkig slaapzakken uitgedeeld, anders had ik het misschien niet overleefd. Ik ben blij dat ik hier in Nederland ben aangekomen. Nederland is voor mij een plek om mijn dromen te realiseren. Ik ben 22 en ik wil eerst een gezin opbouwen, de stabiliteit weer voelen na al deze jaren, en ik wil daarna een eigen restaurant openen. Niet weer een zoveelste kebab of falafel-tent, maar echt een gastronomisch restaurant. Een plek waar ik al mijn creativiteit in kwijt kan.”

Aimen
“Mijn auto is een keer door een scherpschutter geraakt en heeft mij met een haar gemist.”

AimenBeeld: Desiré van den Berg
“In Syrië hadden we een supermarkt in een buitenwijk van Damascus. Ik woonde in Duma, bekend voor het feit dat ze daar anti-Assad zijn en dat het onder de controle valt van het vrije leger. Mijn supermarkt lag net in een regio waar het Assad-regime alles onder controle had. Toen de oorlog begon werd het voor ons steeds moeilijker om goederen te krijgen voor de winkel. Om bij de groothandels te komen moesten we naar de hoofdstad rijden. Die route is levensgevaarlijk. Als je niet voorzichtig bent, dan kom je niet meer thuis. Mijn auto is een keer door een scherpschutter geraakt en heeft mij met een haar gemist. Er zijn check-points om de paar kilometer.

Soms laten ze je doorgaan, maar vaak vragen ze je om uit te stappen. Je geeft je papieren aan ze en legt een verklaring af waarom je naar de hoofdstad wil. Soms mag je gaan, en soms moet je drie uur lang in de regen of de hete zon wachten. Om deze weg iets makkelijker voor mij te maken, heb ik een soort ID-kaart gekocht die zegt dat ik bij Assad hoor. Hier heb ik 3000 dollar voor moeten betalen, en zelfs hiermee werd ik een aantal maanden later opgepakt. Ik werd beschuldigd van het verkopen van eten aan het Vrije Syrische leger. Ik zat in een cel, of beter gezegd stond, met twintig andere mannen. De cel was zo’n drie bij drie meter. Om de drie uur mocht een iemand zitten of half liggen om te slapen en te rusten.”

Hassam
“Ik heb gehoord dat ze ons hier zo slecht behandelen omdat ze ons hier weg willen, omdat de Nederlandse overheid ons niet wil. “
HassamBeeld: Desiré van den Berg
“Ik heb een tweeling van anderhalf die een heftige ontsteking hebben in hun oor door een aanslag die we hebben meegemaakt tijdens het vluchten vanuit Syrië naar Turkije. De dokters in Turkije hebben ze een beetje kunnen helpen, maar de ontsteking is nog steeds heel erg. Tot nu toe heeft geen enkele dokter in het kamp waar we nu zitten, ze willen helpen.

Ik ben bang dat er een grote kans is dat als er nog langer gewacht wordt met behandelen, mijn kinderen straks niet meer kunnen horen. De medische zorg hier in het opvangcentrum is heel slecht. Een vriend van me hier heeft suikerziekte, en heeft een operatie moeten ondergaan toen hij in Duitsland was. Ten eerste heeft hij hier geen toegang tot het eten dat hij nodig heeft, want daar wordt geen rekening mee gehouden. Ten tweede heeft hij ook nog geen dokter gezien sinds hij hier is, terwijl ze er in Duitsland op gehamerd hebben dat hij een dokter moest zien zodra hij bij zijn eindbestemming was. Ik heb gehoord dat ze ons hier zo slecht behandelen omdat ze ons hier weg willen, omdat de Nederlandse overheid ons niet wil.”

Desiré van den Berg en Enaam Ahmed Ali spraken de Syrische vluchtelingen in de herfst van 2015 toen honderden Syrische vluchtelingen aankwamen op Nederlandse treinstations.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons