‘Het kind heeft nooit een eigen plek in het migratierecht gekregen’

Migratie houdt niet alleen de samenleving en de politiek bezig, maar ook de wetenschap. In het hoogoplopende debat worden academici vaak overschreeuwd. Reden voor Jessica Maas om het oor te luister te leggen bij de wetenschap.

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
‘Een jurist met een mensenrechtenhart’, zo omschrijft hoogleraar Immigratierecht Peter Rodrigues zichzelf. Na als jurist bij het Landelijk Bureau ter bestrijding van Rassendiscriminatie en de Anne Frank Stichting te hebben gewerkt, richt Rodrigues zich de afgelopen tien jaar op wetenschappelijke onderzoek aan de Universiteit Leiden. In zijn onderzoek valt de aandacht voor kwetsbare groepen op: van Roma tot statelozen of kinderen en hun positie in het vreemdelingenrecht. Dat laatste is gezien het hoogoplopende debat rondom het Kinderpardon een actueel thema.
Peter Rodrigues.
“Het kind heeft nooit een eigen plek in het migratierecht gekregen. En dat is nu langzaam aan het veranderen”, stelt Rodrigues. Mede dankzij het Kinderrechtenverdrag en uitspraken van het Hof van Justitie in Luxemburg, dat zich uitspreekt over het Unierecht, ofwel het recht van de Europese Unie 1,  komt er meer aandacht voor kinderen. “Het Nederlandse migratierecht is voor 85 procent ontleed aan het Unierecht. Het hof heeft daarom veel invloed op dit terrein. We zien ook dat daar sprake is van een verankering van de kinderrechten.”

Hij is verheugd over het recente akkoord rondom het Kinderpardon, dat betekent dat zevenhonderd kinderen die de hoop al bijna waren verloren, toch in Nederland kunnen blijven. “Natuurlijk zitten we nog met tal van vragen over de uitwerking. Bijvoorbeeld over de discretionaire bevoegdheid, die straks niet meer bij de staatssecretaris maar bij de IND komt te liggen, hoe gaat dat uitpakken?”

Harde lijn

In Nederland zit de angst voor een aanzuigende werking, voor ‘precedentwerking’, diep, zo blijkt keer op keer. “Lange tijd ging alle aandacht uit naar volwassenen, kinderen waren slechts onderdeel van het gezin. En de overheid is bang dat ouders straks oneigenlijk gebruik gaan maken van de positie die hun kinderen kunnen claimen. Maar de vraag is: wanneer is er sprake van oneigenlijk gebruik? En wanneer is iets éigenlijk gebruik van een regeling?”

Uitgeprocedeerde gezinnen met kinderen werden wanneer ze niet meewerkten aan terugkeer, in Nederland op straat gezet

Nederland heeft altijd een vrij harde lijn gevoerd, legt Rodrigues uit, en is daar ook al een paar keer internationaal voor op de vingers getikt. “Uitgeprocedeerde gezinnen met kinderen werden, net als echtparen zonder kinderen, wanneer ze niet meewerkten aan terugkeer, in Nederland op straat gezet, ook wel ‘klinkeren’ genoemd.”

Het was het Comité voor Sociale Rechten dat Nederland hierover in 2010 terecht wees. “Nederland reageerde destijds meteen dat uitspraken van dat Comité niet bindend zijn. Dat klopt, maar later heeft in een kort geding ook het hof van Den Haag geoordeeld dat het onrechtmatig is om deze kinderen op straat te zetten.”

Electorale motieven

Maar de staat accepteerde dat niet zonder slag of stoot en ging in beroep bij het Hof en in cassatie bij de Hoge Raad. Ook in die laatste uitspraak werd bevestigd dat kinderen niet de dupe mogen worden van het gedrag van hun ouders. “Ik weet nog dat ik het destijds verbijsterend vond dat de staat in cassatie ging. Veelzeggend.”

Of er sindsdien veel veranderd is, is de vraag. “Het debat is harder geworden, dat is duidelijk. De wet misschien niet eens. Wat het migratierecht ingewikkeld maakt is dat het niet alleen een juridische aangelegenheid is, maar ook een politieke en electoraal zeer gevoelig ligt.”

In het migratierecht zijn geen eenvoudige oplossingen

Het maakt zijn onderzoeksveld complex en dynamisch. “In het migratierecht zijn geen eenvoudige oplossingen. We hebben gezien wat er gebeurt als je de toegang tot een land niet kunt reguleren, zoals de Syrische vluchtelingen die en masse in Griekenland belandden. Dan krijg je ook mensrechtelijke problemen omdat men grote aantallen asielzoekers niet meer fatsoenlijk kan opvangen.

Hij mag graag verwijzen naar een uitspraak van Elly Lust, voormalig woordvoerder van de politie Amsterdam: ‘Al is de pannenkoek nog zo dun, hij heeft altijd twee kanten’. “Wij proberen hier in Leiden onze studenten ook voortdurend twee kanten van de pannenkoek te laten zien. Ze moeten zowel kunnen pleiten vanuit de vreemdeling als vanuit de staat. Of ze nu bij de IND gaan werken of als asieladvocaat aan de slag gaan, ze moeten hun werk goed doen.”

De kwaliteit van sommige Nederlandse asieladvocaten baart hem op dit moment namelijk zorgen. “Er lopen mensen in de advocatuur rond die de belangen van hun cliënt ernstig schaden door hun zaken niet goed naar voren te brengen. Dat is kwalijk en geeft mensen ook valse hoop.” Advocaten die asielzaken doen, zouden volgens de hoogleraar extra gekwalificeerd moeten zijn. “Dat voorkomt dat ze te lichtvaardig over dit soort zaken denken.”

Kritische bril

Als hoogleraar en jurist vindt Rodrigues het belangrijk om met een kritische mensenrechtenbril naar wetten en wetsvoorstellen te blijven kijken. Ook om uitglijders te voorkomen. Hij herinnert aan een wetsvoorstel van André Bosman van de VVD uit 2013, met als doel te voorkomen dat ‘kansarme Antillianen’ zich in Nederland zouden vestigen. “Daarin werd dus onderscheid gemaakt tussen Nederlanders met een Nederlands paspoort onderling, naar geboorteplek. Het voorstel heeft het dan ook niet gehaald.”

Mensenrechten hebben een kwalijke geur gekregen

De hoogleraar bedoelt maar. Het is belangrijk om alert te blijven om ervoor te zorgen dat – juist door het debat en politieke klimaat – mensenrechten niet het onderspit delven. “Tegenwoordig hebben mensenrechten een kwalijke geur gekregen. We zeggen die verdragen op, hoor je dan. Het is nu echt belangrijk om te laten zien waar die mensenrechten ook alweer vandaan komen. Dat zou de Tweede Wereldoorlog ons als mensheid toch geleerd moeten hebben.”

Mensenrechten zijn ‘geen dingetje’ van juristen, klinkt het fel. “Het zijn de minimumfatsoensnormen waar iedereen in deze samenleving belang bij heeft. Die moeten we niet zomaar weggeven.”

Het kinderpardon: de overheid is onwettig bezig

Gericht op terugkeer, tegen elke prijs

  1. Het in 1952 opgerichte Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU) moet ervoor zorgen dat de wetten en regels die in Europa gemaakt worden, goed worden toegepast. ↩︎

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons