‘Globalisering geldt vooral voor onszelf, niet voor de ander’

Migratie houdt niet alleen de samenleving en de politiek bezig, maar ook de wetenschap. In het hoogoplopende debat worden academici vaak overschreeuwd. Reden voor Jessica Maas om het oor te luister te leggen bij de wetenschap.

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Joris Schapendonk Beeld: Stephan Löcke
Ruim tien jaar geleden interviewde sociaal geograaf Joris Schapendonk migranten die op houten boten van Gambia en Senegal de oversteek naar de Canarische eilanden waagden. In zijn proefschrift zoemde hij toen al in op de turbulente reis van migranten uit de sub-Sahara richting het noorden – een destijds onderbelicht thema. Veel migratieonderzoek was toen vooral gericht op het vertrekpunt of de aankomst van de vluchteling, maar niet op routes van migranten, vertelt Schapendonk. Zijn specialisme wordt echter met de dag actueler.

“Dat is totaal veranderd. Er is in de wetenschap, bij beleidsmakers, ngo’s en in de media veel meer aandacht voor die reis gekomen. Meer nuance ook.” In zijn promotieonderzoek toont Schapendonk aan dat migranten vaak gefragmenteerd en zeker niet in een rechte lijn naar de plaats van bestemming reizen. Ze blijven vaak noodgedwongen – zoals in Marokko – en soms uit eigen overweging jaren op een plek wonen om soms later weer door of terug naar het thuisland te reizen.

We hebben het allemaal over globalisering, maar dan gaat het over globalisering voor onszelf, niet voor de ander

De interesse voor het onderwerp begon al tijdens zijn studie. Schapendonk, inmiddels universitair docent sociale geografie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, kwam tijdens zijn stage in Zuid-Afrika in contact met Congolese vluchtelingen. “Ik was begin twintig en realiseerde me dat ik met mijn Nederlandse paspoort overal terecht kan, terwijl dat voor anderen niet het geval is. Dat was wel een soort omslagpunt. Dat vraagstuk is nog steeds de rode draad in mijn werk. We hebben het allemaal over globalisering, maar dan gaat het vooral over globalisering voor onszelf, niet voor de ander.”

Dynamische migratie

In 2014 kreeg de jonge onderzoeker de prestigieuze Veni-subsidiebeurs voor zijn onderzoekproject ‘Fortress Europe as a mobile space. Intra-EU mobility of African migrants’. Met dit onderzoek, dat onlangs is afgerond, geeft hij inzicht in de mobiliteit van Afrikaanse migranten binnen Europa. “We zien een dynamiek die voorbijgaat aan de plaatsgebondenheid waar veel beleid op gericht is. Veel West-Afrikaanse jongens die ik ken trekken bijvoorbeeld in april naar Zuid-Spanje, voor de fruitteelt. In september vertrekken ze weer, naar Milaan of naar Parijs, en in april zijn ze weer terug. De maand april noemen ze dan ook veelzeggend the month of connections, omdat ze elkaar in Spanje weer zien.” De sociale netwerken blijken volgens Schapendonk de ‘motor van deze mobiliteit’. “Er wordt ook over en weer gecommuniceerd waar de kansen liggen.”
Zijn onderzoek ontkracht het idee dat landen als Spanje, Italië en Griekenland voor migranten uitsluitend transitlanden zijn, en het idee dit iedereen altijd maar van zuid naar noord reist. “Veel van de jongens die ik ken, verdienen hun boterham met verschillende economische activiteiten. Ze hebben nog een stukje grond in Gambia, zijn flexibele landbouwkrachten in Spanje en verdienen soms ook nog wat met transnationale handel. De dynamiek en mobiliteit is veel groter dan vaak wordt aangenomen.”

Ik vind het gebrekkig als migratieonderzoek zich beperkt tot een momentopname uit iemands leven

Opvallend aan de werkwijze van Schapendonk is dat hij zijn ‘informanten’ vaak lange tijd blijft volgen. “Ik vind het altijd gebrekkig wanneer migratieonderzoek zich beperkt tot een momentopname uit iemands leven. Als ik iemand in Amsterdam nu in januari 2019 zou interviewen, dan kan zo iemand er best krakkemikkig bij zitten. Maar daarmee bevries je het beeld van zo’n individu. Als je mensen langer volgt en vaker spreekt dan zie je veel meer ups en downs. Dat doet veel recht aan de dynamiek van iemands leven.” Schapendonk heeft inmiddels een groot netwerk opgebouwd, binnen Europa en daarbuiten. “De diepte van het onderzoek zit hem vooral in de contacten met de mensen.”

Grote lokale verschillen

Daardoor hoort hij ook vaak persoonlijke verhalen, over de bureaucratie, over de gevolgen van asielbeleid. “Er gaat nu veel aandacht naar de harmonisering van het Europese asielbeleid, ik begrijp die ambitie ook wel, maar we moeten niet naïef zijn.” Hij wijst erop dat in veel landen – bijvoorbeeld Italië – de lokale verschillen al erg groot zijn. “Hoeveel zakgeld mensen in het azc krijgen, de rechtsbijstand, dat verschilt allemaal per regio. ‘Er is hier niet één systeem; er zijn wel twintig systemen in Italië’, hoor ik dan.”

Grenswachten tussen Burkina Faso en Niger die zo optreden in de naam van de EU: moeten we dat willen?

Schapendonk maakt zich grote zorgen over de gevolgen van de ‘verschuivende buitengrenzen’ van Europa. “Die nu nog zuidelijker dan Marokko lijken te liggen. De EU probeert nu zelfs in Agadez in Niger de mobiliteit te stopen. Dat is nog midden in ECOWAS, de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten, die net als de EU het recht van vrije mobiliteit handhaaft. En daar gaat de EU een soort interventie plegen?” Hij wijst erop dat onderzoek van Fransje Molenaar van Clingendael al laat zien dat dit soort interventies ontwrichtende effecten heeft op de lokale economie. “De trans-Sahararoute tussen Niger, Algerije en Libië is van oudsher een handelsroute. Van mensen en goederen. Je ziet nu dat hotels en winkeltjes daar door de Europese interventie opdrogen. We moeten erg goed nadenken over de gevolgen van dit soort beleid. Je krijgt dan letterlijk grenswachten tussen Burkina Faso en Niger die zo ongeveer optreden in de naam van de Europese Unie. De vraag is of we dat moeten willen?”

En dat geldt net zo goed voor ontwikkelingshulp, waarin het voorkomen van migratie ook steeds meer centraal staat, vindt hij. “Daarmee maak je de bevolking namelijk erg plaatsgevonden. Met andere woorden: Europeanen mogen lekker vakantie vieren aan het strand in Gambia, maar de Gambianen zelf moeten vooral op hun plek blijven.”

 

'Slachtoffers mensenhandel staan vaak in de kou'

'Feiten zijn alleen welkom wanneer ze goed uitkomen'

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons