Volgens initiatiefnemer Bart Hartman onderscheidt het nieuwe keurmerk zich van het CBF (het Centraal Bureau Fondsenwerving dat een keurmerk verstrekt aan ideële organisaties die op een verantwoorde wijze fondsen werven en besteden. – red.) doordat het goede doelen ook afrekent op hun prestaties. Ideële organisaties die het keurmerk willen verkrijgen, moeten aan acht criteria met een bijbehorende vragenlijst voldoen. Die criteria geven vooralsnog alleen aan of de organisaties inzicht geven in de prestaties en zeggen nog niets over de prestaties zelf.
Goede Doelen Test Het keurmerk voor goede doelen is een initiatief van de Stichting Nationale Goede Doelen Test die donateurs helpt te bepalen welk doel het beste bij hen past en van het Instituut voor Sponsoring en Fondsenwerving, ISF, een brancheorganisatie voor fondsenwervende instellingen. Initiatiefnemer Bart Hartman is betrokken bij de Nots Foundation en Peter Hermes bij ISF. Hartman was tevens betrokken bij de ontwikkeling van de CHAMP-methode, een methode om inzicht in de effectiviteit van hulporganisaties te meten. |
Wantrouwende donateurs“Het nut van ontwikkelingssamenwerking staat onder druk en donateurs worden steeds wantrouwender”, zegt Bart Hartman. “Door goede doelen te dwingen na te denken over hun prestaties, behoud je draagvlak en verbeter je je werkwijze. In Nederland wordt ongeveer 4 miljard aan goede doelen gegeven. Als je als organisatie maar een paar procent beter gaat presteren dan heb je het al over een hoop geld.”
Hartman vindt het jammer dat er nu een situatie is ontstaan waarin donateurs met twee verschillende keurmerken te maken krijgen. “Wij hebben geprobeerd samen te werken met het CBF, maar zij vinden dat er geen objectieve criteria zijn om de prestaties van ideële organisaties te meten.” Hartman noemt de houding van het CBF ‘star’ en de organisatie ‘vermolmd’.
Adri Kemps, directeur van het CBF, betreurt het dat het nieuwe keurmerk de indruk geeft alsof het CBF geen oog zou hebben voor prestaties van goede doelen. “Sinds twee jaar is het CBF-keurmerk vervlochten met de code Wijffels, waarin zaken als het geven verantwoording over prestaties zijn opgenomen. Net als het nieuwe keurmerk geven wij dus ook inzicht in prestaties.” Het landschap aan goede doelen is volgens Kemps zo divers dat het moeilijk is om eenduidige criteria voor het meten van de effectiviteit van ontwikkelingsprocessen op te stellen. “Het nieuwe keurmerk kan de pretentie dat zij wel prestaties kunnen meten ook niet waarmaken.”
Foto’s: Keurmerk Goede Doelen |
AfgewezenKemps vindt het verder kwalijk dat bij de vijftien organisaties die het nieuwe keurmerk donderdag ontvingen, er drie zitten – Stichting Hulphond, Stichting Juconi en Stichting Stinavo- van wie het CBF-keurmerk onlangs is ingetrokken omdat zij onvoldoende verantwoording over de financiën konden afleggen, een beslissing die later door de rechter is bevestigd. Kemps zegt dat het CBF best openstaat voor dialoog met het nieuwe keurmerk, maar omdat beide initiatiefnemers van het nieuwe keurmerk, Bart Hartman en Peter Helmer, zelf ook betrokken zijn bij een ideële organisatie dat samenwerking dan volgens de normen van goed bestuur van het CBF niet kan.
Shoppen tussen keurmerken
Hoewel Bert Koenders donderdag wel op de foto ging met de trotse bezitters van het nieuwe keurmerk en in het persbericht van het keurmerk staat dat hij het nieuwe keurmerk ondersteunt, benadrukt hij dat hij het initiatief formeel niet ondersteunt. “Het CBF moet de moeder van de keurmerken blijven”, zegt hij. “Het lijkt me ook geen goede zaak als organisaties gaan shoppen tussen verschillende keurmerken. Tegelijkertijd vind ik het wel belangrijk dat de sector meer aan de slag gaat met het inzichtelijk maken van prestaties. Niet alleen donateurs maar ook de mensen in ontwikkelingslanden die hulp ontvangen, hebben daar recht op.”