Bij de verkiezingen voor het Europees Parlement zijn veel Eurokritische parlementariërs verkozen. Dit maakt het parlement onberekenbaar, vooral op grote thema’s rond duurzaamheid en internationale samenwerking. Hieronder de dilemma's rond het EU-VS handelsakkoord (TTIP), energie en de mondiale (post-2015) ontwikkelingsagenda.
“Mijnheer Ebola kan in drie maanden het immigratieprobleem oplossen”. Dit citaat werd aan Jean-Marie Le Pen van het Franse ultrarechtse Front National toegeschreven op een campagnebijeenkomst vlak voor de Europese Verkiezingen. Le Pen legde hierbij een link tussen het virus wat op dit moment door Afrika waart, bevolkingsgroei en de vluchtelingenproblematiek rondom de Middellandse Zee. De partij van Jean Marie’s dochter Marine Le Pen is één van de grote winnaars van de verkiezingen voor het Europees Parlement, evenals veel andere Eurokritische partijen. Hun standpunten en ‘oplossingen’ zijn wat moeilijk te rijmen met andere partijen in het Europees Parlement. Nu het stof is neergedaald van de verkiezingen kan meer gezegd worden over de uitslag én is een vooruitblik op de nabije toekomst noodzakelijk. Één ding is zeker: het nieuwe Europees Parlement heeft de komende jaren belangrijke inspraak op grote thema’s rond duurzaamheid en internationale samenwerking, zoals het EU-VS handelsakkoord (TTIP) en de mondiale (post-2015) ontwikkelingsagenda en krijgt te maken met grote dilemma’s.
Uitslagen verkiezingen: Eurokritisch wint De verkiezingen voor het Europees Parlement werden van 22-25 mei gehouden in de 28 lidstaten van de Europese Unie. In Nederland waren CDA (5 zetels), D66 (4 zetels) en de PVV (4 zetels) de grote winnaars van de verkiezingen voor het Europees Parlement. Bovendien kreeg de Partij voor de Dieren voor het eerst een afgevaardigde naar Brussel en Straatsburg. Algemeen kan worden gezegd dat Nederland overwegend voor partijen heeft gestemd die positief denken over Europese samenwerking. Dit is anders in veel andere Europese landen: in bijvoorbeeld Groot-Brittanië (UKIP), Frankrijk (Front National) en Denemarken (Deense Volkspartij) werd een kritische en nationaal georiënteerde partij de grootste. Ook anti-establishment (Beppe Grillo in Italië), anti-euro (Alternative für Deutschland) en openlijk xenofobe partijen (Jobbik in Hongarije en Gouden Dageraad in Griekenland) wonnen flink. De meeste nationale partijen zitten in het EP in Europese fracties. De verdeling van de Europese fracties ziet er als volgt uit:
Bron: Europees Parlement Bureau Nederland
De Europese christendemocraten (met het Nederlandse CDA) blijven de grootste partij, op de voet gevolgd door de sociaaldemocraten (met de PvdA). Samen hebben zij nog steeds ruim 400 van de 751 zetels. Toch zal het nieuwe Europees Parlement heel anders worden, met naast mainstream partijen ook veel grote Eurosceptische partijen aan de flanken. Dit terwijl de komende maanden en jaren belangrijke thema’s rond duurzaamheid en internationale samenwerking in het EP worden beslecht. Nu vast een korte vooruitblik op drie van deze thema’s.
De Nederlanders maken maar een klein en gefragmenteerd onderdeel uit van het nieuwe Europees Parlement. Er komen 26 Nederlanders voor 9 politieke partijen in het 751-koppige EP. Ter vergelijking: zowel het Front National als de Britse UK Independence Party zitten met 24 zetels in het Europees Parlement. De analyse van de verkiezingsprogramma’s van de Nederlandse politieke partijen is nog na te lezen op www.ncdo.nl/eu. Liefst 9 van de 10 onderzochte partijen leveren Europarlementariërs.
Transatlantic Trade and Investment Partnership = TTIP
In verkiezingscampagnes door heel Europa was het handelsakkoord tussen EU en VS, TTIP, een belangrijk thema. In de Nederlandse verkiezingscampagne werd er weinig aandacht aan besteed, maar werd dit wel door de fractieleiders erkend als belangrijkste EU-thema. Het handelsakkoord wordt op dit moment exclusief onderhandeld door de Europese Commissie. Daarna mogen enkel nog de regeringsfunctionarissen (in Nederland: Rutte en Ploumen) en het Europees Parlement over dit handelsakkoord stemmen. TTIP kan zorgen voor economische groei en een sterk handelsblok. Het handelsakkoord staat echter onder grote druk van maatschappelijke organisaties in de EU die bang zijn voor 1. Amerikaanse chloorkippen, hormoonvlees en genetisch gemodificeerd voedsel, 2. Ondemocratische beslissingen en 3. een wereldwijde standaard die wordt gezet, waardoor ontwikkelingslanden (nog) moeilijker op de Europese markt kunnen komen. Mainstream partijen lijken voorstander van TTIP. In Nederland bijvoorbeeld zijn (met name) VVD, D66 en CDA positief. Kritischer zijn partijen als GroenLinks en SP. Het is echter onduidelijk wat een zeer Eurokritische partij als de PVV vindt van TTIP, de PVV wil immers dat Nederland zelf handelsakkoorden afsluit. Ook andere Eurosceptische partijen zijn vooral kritisch over de euro en migratie, maar hebben nog geen duidelijke mening geventileerd over TTIP.
Dit maakt het debat hierover zeer onberekenbaar.
Energie
Zoals de NCDO onderzoeksgroep al in haar analyse van de EU-verkiezingsprogramma’s schreef willen alle Nederlandse partijen, behalve de PVV, inzetten op duurzame energie. Bovendien schreven CDA, GroenLinks, D66, PvdA en SP dat de EU namens lidstaten over olie en gas moet gaan onderhandelen om zo een stevige positie te hebben ten opzichte van (voornamelijk) Rusland en het Midden-Oosten. Dit zijn liefst 16 van de 26 Nederlandse zetels die de EU een rol toedichten in de energiepolitiek. Energie zal sowieso een hoofdthema worden de komende jaren waar Europa steeds meer over te zeggen krijgt. Het is de vraag hoe meer nationaal georiënteerde partijen zoals de Deense Volkspartij en de Hongaarse Jobbik-partij hiermee om gaan. Er bestaan namelijk stevige nationale verschillen in energievoorziening en – behoefte. Frankrijk en Finland zetten bijvoorbeeld vol in op nucleaire energie, terwijl Duitsland en Spanje zich op zonne-energie toerusten. Met name in Oostelijk Europa is men zéér afhankelijk van Russische energieleveranties. Uit een recente studie bleek al dat met name rechtse Eurokritische politici in Oost-Europa pro-Russisch opereren. Ook hier is het dus onduidelijk welke richting de Eurokritische partijen zullen kiezen.
2015: EU-jaar van Ontwikkelingssamenwerking
Recent is 2015 benoemd als het Europese jaar van Ontwikkelingssamenwerking. Volgend jaar wordt extra actie ondernomen om burgers van over heel Europa te betrekken bij dit thema en in te lichten over de voortgang in ontwikkelingslanden. Als volgend jaar de Millenniumdoelen aflopen en er over een ‘post-2015’ Ontwikkelingsagenda wordt onderhandeld zijn de EU en haar lidstaten, verantwoordelijk voor ruim de helft van de wereldwijde officiële ontwikkelingshulp, belangrijke actoren in het maken van nieuwe afspraken voor duurzame ontwikkeling. Het begincitaat van Le Pen (‘Mijnheer Ebola kan in drie maanden het immigratie- probleem oplossen’) staat niet op zichzelf. Ook in andere landen zijn partijen groot geworden die niet heel blij zijn met een Europees Jaar voor Ontwikkelings-samenwerking, zoals de Gouden Dageraad in Griekenland. Ook hier wordt dus weer de vraag of deze partijen zich mengen in het debat.
Deze drie thema’s maken het concreet duidelijk: het nieuwe Europees Parlement kan wel eens veel onberekenbaarder zijn in de toekomst…