Beeld: Sara Kerklaan
Column

Moeten zwarte mannen elkaars ‘broeder’ zijn?

“Brother”, zei de zwarte man met de gebroken tand tegen columnist Dan Afrifa. Of hij drie euro had voor een brood. Afrifa vraagt zich af: moet je als huidskleurgenoot per se solidair zijn? “Mijn broederlijke daad begon te voelen als sullige toegeeflijkheid.”

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Omdat mijn vriendin zei dat onze favoriete douchegel in de aanbieding was, liep ik een drogist binnen. Vlak na mij snelde een man in een ruime jas de winkel in en stapte op me af. Hij had een gebroken tand en sprak Engels met een Surinaams accent. “Brother”, noemde hij me, “please, three euros for bread at Albert Heijn for my children.”

Hij wilde dat ik meeging naar de Albert Heijn om tien euro te pinnen

In zijn broederlijkheid weerklonk de ongemakkelijke boodschap dat ik als huidskleurgenoot meer voor hem moest betekenen dan de andere personen die hij passeerde. Ik twijfelde en antwoordde in het Engels. Als ik Nederlands sprak, zou blijken dat ik net als hij geworteld ben in deze maatschappij. Dan had hij nog meer reden om een beroep te doen op mijn solidariteit.

Toen schoot me iets Ghanees te binnen dat mijn moeder weleens zegt: ”Hu nipa mɔbɔ”. Heb compassie met mensen. Ik vroeg de man te wachten terwijl ik boodschappen deed. Buiten raakten we in discussie, want inmiddels wilde hij dat ik meeging naar de Albert Heijn om tien euro te pinnen. Behalve het brood had hij nu ook zeven euro nodig voor meds van de apotheek. Ik schakelde over naar het Nederlands en hij volgde zonder commentaar, alsof we afspraken elkaar niet meer voor te liegen. In de Albert Heijn liep ik langs de straatkrantverkoper naar de pinautomaat. De automaat had niets kleiners dan twintig euro en de drie-euro-man zag daar uiteraard geen probleem in. Op dit punt voelde mijn broederlijke daad als sullige toegeeflijkheid. Ik zei hem – assertiever dan ik normaal ben – dat ik iets in de winkel zou kopen om hem van het wisselgeld tien euro te geven.

Moet je als huidskleurgenoot per se solidair zijn?

Terwijl ik een chocoladereep voor mezelf afrekende, hoorde ik de man van gedachten wisselen met de straatkrantverkoper, wiens accent Ghanees klonk. “Our brothers from Surinam and Ghana don’t care about their own, black people”, zei de tien-euro-man. Ik voelde teleurstelling (fluister tenminste als je me zo’n mes in de rug steekt, dacht ik). Daarna onbegrip (koos hij uitgerekend dit moment om te klagen?) en terwijl ik naar hen toe beende ook begrip (misschien is het niet vergezocht om meer compassie te verwachten van mensen die op je lijken).

Móéten zwarte ‘broeders’ elkaar eerder en meer steunen dan andere mensen? Ik vind de Afro Nederlandse gemeenschappen te verschillend om zonder ongemak een narratief van zwart broederschap op me te laten projecteren. Hoe dan ook gaf ik de man het tientje en mijn chocoladereep. Hij bedankte me kortaf. Thuis zei mijn vriendin dat ik de verkeerde douchegel had gekocht.

Zwarte mannen leren elkaar kwetsbaar zijn: 'Mijn vader huilde nooit'

'Ik val niet op zwarte mannen': is dat racisme?

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons