De koopkracht van de Argentijnen is dit jaar flink verzwakt door de inflatie (ruim 3 procent per maand) en de devaluatie van de nationale munt. In januari verloor de Argentijnse peso ruim 20 procent ten opzichte van de Amerikaanse dollar. Ook bezuinigt de regering op de subsidies voor het gebruik van gas, water, licht en openbaar vervoer.
Via de Cao-onderhandelingen proberen de vakbonden de koopkracht van werknemers te beschermen. Zij eisen een verhoging van het minimumloon, de belastingvrije voet en de pensioenen. Volgens de regering gaan de bonden veel te ver. Daarom kondigden enkele grote vakcentrales een algemene staking aan voor 10 april.
Afgelopen donderdag leek de hoofdstad Buenos Aires dan ook uitgestorven. Veel winkels, kantoren en fabrieken bleven dicht en het openbaar vervoer lag plat. Alleen aan de rand van de stad was het druk: demonstranten blokkeerden de toegangswegen om stakingsbrekers tegen te houden.
Een moeizame relatie
De afgelopen maanden hebben Kirchner en haar gouverneurs verschillende confrontaties met de vakbonden gehad. In december 2013 legde de politie in verschillende provincies het werk neer, met plunderingen en veertien doden tot gevolg. Vorige maand konden 3,2 miljoen leerlingen twee weken lang niet naar school omdat de leraren in de provincie Buenos Aires staakten. Uiteindelijk werd wel een loonakkoord bereikt met deze bonden.
Lange tijd was de vakbeweging een belangrijke bondgenoot van de regering Kirchner. In 2012 brak de machtige transportbond echter met Kirchner vanwege een conflict over de belastingvrije voet. Sindsdien zijn sommige bonden loyaal gebleven aan de regering, terwijl anderen zich profileren als oppositiebond.
Volgens verschillende media is de nationale staking vooral een politiek drukmiddel in de strijd om het presidentschap: volgend jaar vinden verkiezingen plaats. De belangrijkste organisatoren van de staking hebben namelijk banden met kandidaat Sergio Massa. Een zwakke regering van Cristina Kirchner – die overigens niet meedoet aan de verkiezingen – vergroot de winstkansen van Massa.
Een verdeelde vakbeweging
Toch bestaan ook grote meningsverschillen tussen de oppositiebonden. Terwijl de transportbond verdere acties voorlopig uitsluit, gaat de horecabond juist uit van langere stakingen.
Het is de verwachting dat de regering dit meningsverschil uitbuit: door aan de wensen van enkele bonden tegemoet te komen, hoopt men het front van de oppositievakbonden breken.
Het echte probleem
Loonakkoord of niet, een grote groep werknemers valt sowieso buiten de boot. Volgens het Argentijnse bureau voor de statistiek werkt ruim 34,5 procent van de Argentijnen zwart. Zij hebben geen baat bij de Cao-afspraken omdat de vakbonden hen niet vertegenwoordigen.
De naar schatting 4,4 miljoen Argentijnse zwartwerkers blijven daardoor kwetsbaar voor uitbuiting en onderbetaling. Hopelijk zal de strijd om het presidentschap hun probleem op de politieke agenda zetten.