De laatste maanden is door de droogte en voedseltekorten het aantal vluchtelingen dat zich meldt bij Dagahaley, Hagadera en Ifo, de drie Dadaab vluchtelingenkampen in het noordoosten van Kenia, alleen maar toegenomen. Vorige week alleen al meldden zich volgens Artsen zonder Grenzen 5.117 nieuwe vluchtelingen bij de Dadaab-kampen. De kampen zitten overvol en daarom bivakkeren inmiddels zo’n 65.000 Somalische vluchtelingen in provisorische tentjes buiten de kampen. En dat terwijl er een compleet nieuw kamp leegstaat.
Vierde kamp
De UNHCR, de vluchtelingenorganisatie van de VN, bouwde in 2010 een vierde kamp bij Dadaab. Dit Ifo II kamp biedt plaats aan 80.000 mensen en was bedoeld om de drie andere overbevolkte Dadaab-kampen te ontlasten. Het kamp zou vorig jaar november opengaan, maar de overheid van gastland Kenia gaf op het laatste moment geen toestemming om het te openen.
De Keniaanse regering vreest voor de interne veiligheid. Honderdduizenden Somalische vluchtelingen die zich op nog geen 80 kilometer afstand bevinden van de burgeroorlog waarvoor ze op de vlucht zijn, maken dat de Keniaanse regering vreest dat het conflict in Somalië zich naar hun grondgebied verplaatst. Een extra kamp zou een aanzuigende werking hebben.
|
Het grootste vluchtelingenkamp ter wereld
|
Bovendien kampt de eigen Keniaanse bevolking in het noordoosten van het land ook met de voedselcrisis. In Kenia wordt dan ook gemord dat alle hulp alleen naar Somalische vluchtelingen in Kenia gaat. Vandaar dat Kenia de knoop hierover nog niet heeft doorgehakt. Dit is een grote teleurstelling voor de hulporganisaties zeker omdat premier Raile Odinga op 14 juli nog had toegezegd dat het kamp wel open mocht.
Tijdelijk kamp
Uit arren moede heeft de UNHCR nu Ifo III, een provisorisch tentenkamp, geopend. Sinds 25 juli zijn hier zo’n 2000 mensen in gehuisvest. “Totdat de overheid Ifo II vrijgeeft zullen we hier ook de overige 60.000 mensen die nog geen plek hebben in proberen op te vangen”, zei een UNHCR-woordvoerder tegen persbureau Irin. De voorzieningen in dit tentenkamp zijn echter minimaal. Er zijn onvoldoende latrines en medische voorzieningen. Ook is er niet genoeg schoon drinkwater.
Artsen zonder Grenzen is verbaasd dat vluchtelingen nu in een kamp met minimale humanitaire voorzieningen worden ondergebracht terwijl een paar kilometer verderop het Ifo II kamp leegstaat. Dit kamp is reeds voorzien van waterputten, latrines, waspunten, elektriciteit, onderkomens en scholen. Bovendien neemt de medische hulporganisatie het de UNHCR kwalijk dat er geen communicatie vooraf of overleg was met de vluchtelingen en andere hulporganisaties die actief zijn in de vluchtelingenkampen.
Nieuw aangekomen vluchtelingen in Dadaab, Foto Andy Hall/Oxfam (cc)
