De Indiase ingenieur verzekerde dat de boorput voldoende water zou brengen voor het hele dorp. Maar in de zomermaanden staat het nieuwe reservoir in Tashi Jong grotendeels droog. Geleg Tsering van stichting Kunphen vraagt zich af wie de rekening moet betalen.
“Ik ben geboren in Tashi Jong, een Tibetaans vluchtelingendorp in de Indiase Himalaya. Mijn moeder ontvluchtte Tibet in 1959, na de inval van de Chinese communisten. Sinds 1990 woon ik in Nederland, maar de band met mijn dorp is nog altijd hecht. Er wonen ongeveer driehonderd monniken en vierhonderdvijftig ‘gewone’ dorpelingen. Hun levensomstandigheden zijn slecht en dat trek ik me aan. Met mijn stichting, Kunphen, probeer ik de problemen in Tashi Jong aan te pakken.
Het grootste probleem is drinkwatertekort. In het verleden zijn er vijf putten aangelegd, waarvan er nog maar één een beetje functioneert: het duurt twee dagen voordat het reservoir is volgelopen, en na een uur is het weer leeg. De dorpelingen moeten het doen met die ene waterput.
Met het dorp maakten we het afgelopen jaar plannen om de watervoorziening te verbeteren. We namen een lokale ingenieur in de arm. Hij adviseerde ons om een diepe put te slaan met een brede pijp. Er zou dan minstens twee uur per dag water zijn, zo verzekerde hij ons, en dat zou voldoende zijn voor het dorp én het klooster. De ingenieur zorgde niet alleen voor een boorput, maar ook voor een opslagtank, leidingen en watermeters in de huizen. Mensen in het dorp richtten intussen een comité op voor de inning van watergeld en trainingen in zuinig watergebruik.
Contributie
Het is echter niet gelopen zoals we hoopten. In de zomer is er slechts een half uur per dag water en dat is niet genoeg voor iedereen. Daardoor staat ook de financiële duurzaamheid onder druk: minder water betekent minder contributie. Bovendien kost het veel stroom om het water op te pompen. Het was vooraf niet duidelijk dat die kosten zo hoog zouden zijn. Het project zou financieel zelfvoorzienend worden. Maar dat wordt nu buitengewoon moeilijk.
Gesprekken met de ingenieur hebben niets opgeleverd. “Er valt hier niet zoveel regen”, is zijn reactie. Ja, nogal wiedes, daarom waren we juist dit waterproject gestart. Natuurlijk slaan we onszelf voor het hoofd dat we met deze man in zee zijn gegaan. Het was een professionele ingenieur, die ons was aanbevolen door een bevriende organisatie. We vertrouwden hem.
Deze zomer heb ik veel gesprekken gevoerd met mensen in het dorp. Gelukkig zijn ze het vertrouwen in ons niet kwijt. Het project heeft hen hoe dan ook veel opgeleverd: er is een waterleiding, elk huis heeft een watermeter en een kraan. Alleen is er ‘s zomers niet genoeg. Samen zoeken we nu naar een uitweg. De volgende stap is een uitgebreid onderzoek om te zien wat de beste technische oplossing is. We krijgen daarbij hulp van Cordaid.
De vraag blijft echter wie uiteindelijk de extra rekening moet betalen. Moeten de contributies voor de dorpelingen omhoog? Moeten we juridische stappen ondernemen tegen deze ingenieur? Of zal dat zoveel rompslomp geven dat we beter ons verlies kunnen nemen? We zijn benieuwd of andere organisaties vergelijkbare probleem hebben meegemaakt, en hoe zij die hebben opgelost.”
Herkent u het dilemma van stichting Kunphen? Heeft u advies of wilt u reageren? Ga naar www.myworldmagazine.nl of mail naar redactie@myworld.nl.
Heeft u zelf een dilemma? Mail het redactie@myworld.nl