China en Taiwan zijn verwikkeld in een strijd om invloed in het Caribisch gebied, Latijns Amerika en Afrika. Om hun aartsvijand voorbij te streven, haalt China de banden aan met de grotere landen op deze continenten en verschaft het makkelijk geld aan de kleinere landen, zoals Suriname, Costa Rica en Grenada.
Logische keuze
Volgens Dirk Kruijt is het logisch dat de landen hun relatie met Taiwan verbreken ten faveure van China: “Als Suriname gedwongen zou worden, kunnen ze niet anders dan kiezen voor China. China is een gigant en een wereldmacht in wording. In vergelijking daarmee is Taiwan een dwerg.” Voor kleinere landen is het volgens de hoogleraar niet mogelijk om contacten met beide landen te behouden. Dat kunnen alleen landen als de Verenigde Staten en, tot nu toe, ook Nederland.
Doorzetten
Kruijt: “Op korte termijn is China een gulle donor voor Suriname. Het land heeft al een aantal keer ontwikkelingshulp geboden. Er zijn wegen aangelegd in ruil voor bosconcessies. De relatie met China is belangrijk voor Suriname. Dat willen beide landen nu doorzetten.”
Dit artikel is – met toestemming – overgenomen van de Wereldomroep.