Ze werden als meisje onderweg naar school door de sloppenwijk Katanga geregeld lastig gevallen. “Toen heb ik me aangemeld bij de boks club. Ik had geen geld maar mocht toch komen. Zodra ik de techniek geleerd had heb ik de jongen die me lastig viel een pak rammel gegeven. Sindsdien kent iedereen me hier en hebben ze respect voor me.”
Het leven in Katanga, een kleine maar overbevolkte sloppenwijk in Kampala, is geen pretje. Huizen staan strak tegen elkaar gebouwd en bestaan meestal uit kleine kamertjes van golfplaat. ’s Nachts is het onveilig. Maar Helen bekijkt het leven positief. Ze sloeg haar weg omhoog naar respect, en is inmiddels boks kampioene van Uganda. “Zonder boksen zou ik niet kunnen leven,” stelt ze. Iedere ochtend traint ze samen met Diana (20), haar jongere zus. “Helen stimuleerde me om ook te gaan boksen,” vertelt Diana, die normaal gesproken in de lichtere categorie vecht. “Ook bij mij maakte het een einde aan mijn bestaan als slachtoffer van dagelijkse pesterijtjes op school.”
Eenmaal stonden de twee zussen zelfs tegenover elkaar in de ring. Zoveel vrouwen die aan boksen doen zijn er immers niet in Uganda. “Ja, ik verloor van mijn jongere zus,” geeft Helen toe. “We lieten ons tijdens het gevecht door woede overvallen en we sloegen hard op elkaar in. Na mijn knock-out spraken we een week niet met elkaar.”
De moeder van de boksende zussen moest soelaas bieden. “Ze zei dat we maar moesten stoppen met boksen nu we elkaars vijand geworden waren,” vertelt Helen. “We zwegen elkaar dood terwijl we in dezelfde kamer woonden. We deelden zelfs ons bed samen. Omdat we allebei wilden blijven boksen hebben we het toen direct bij gelegd. We willen immers nog naar de Olympische Spelen!”