Anouck Bruijns Beeld: Pleunie van Raak

Als zelfs bus of trein geen opties zijn

Nu een verre vakantie even niet kan, trekken veel mensen erop uit met de bus of trein. Maar het openbaar vervoer is lang niet voor iedereen toegankelijk. ‘Een familiebezoek kost me de helft van mijn weekbudget.’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

‘Hier is géén reisassistentie’

Een uitstapje met de trein vraagt voor Rosita Rampertaap (34) veel planning. Ze woont samen met haar vriend en zoon in het Gelderse Brummen. Bij haar geboorte zijn haar hersenen beschadigd waardoor zij spastisch is aan de rechterkant van haar lichaam. Met wat ondersteuning en een aantal hulpmiddelen kan ze goed zelfstandig leven. Haar driewielfiets zorgt ervoor dat ze zichzelf buiten goed kan verplaatsen én dat ze makkelijker met het openbaar vervoer kan reizen.
Rosita RampertaapBeeld: Pleunie van Raak
Hoewel er elk half uur een trein stopt in Brummen, is niet elke trein voor haar toegankelijk. Alleen de ingang van de nieuwe sprinters is gelijkvloers met het station, maar die worden in de dienstregeling afgewisseld met oudere treinen waar zij alleen in kan met de hulp van een NS-medewerker, die je oproept via een app. “Het nadeel van een klein dorp als Brummen is dat daar dus geen reisassistentie beschikbaar is”, legt ze uit. In de NS reisplanner-app ziet ze wel welk type trein wanneer komt. “Maar het kan zomaar zijn dat er ineens toch een oude trein het station binnenrijdt.”

Slechts 143 van de 247 stations waar de NS stopt hebben reisassistentie

Een paar jaar geleden was Rampertaap per trein naar Amsterdam geweest. Op de terugweg reden er vanwege een storing geen nieuwe sprinters meer naar Brummen, waardoor zij eigenlijk niet zelfstandig thuis kon komen. “Uiteindelijk ben ik in Arnhem door de reisassistent in de trein geholpen en hebben mijn vriend en een paar reizigers op station Brummen mijn fiets uit de trein moeten tillen.”

Er zijn in totaal ruim 400 stations in Nederland. Op dit moment is er op 143 van de 247 stations waar de NS stopt, reisassistentie beschikbaar. Rampertaap hoopt dat zij deze service binnenkort óók in Brummen kan boeken. Het zou haar nog meer vrijheid geven om met het openbaar vervoer te reizen. “Gelukkig komt er verbetering: in 2025 moeten alle NS-stations toegankelijk zijn voor mensen met een rolstoel of driewielfiets.”

‘De dorpsbus komt dus niet’

De dichtstbijzijnde bushalte ligt voor Anouck Bruijns (28) op bijna drie kwartier lopen. Sinds december 2019 stopt de bus tussen Breda en Roosendaal niet meer op de drie haltes in het Brabantse dorp Sint Willebrord. Ze werden opgeheven omdat er volgens Arriva te weinig mensen in- en uitstapten. Voor Bruijns is dat met drie jonge kinderen en een kinderwagen eigenlijk niet te doen. “Dat ik nergens meer naartoe kan en dat vrienden en familie niet makkelijk bij ons langs kunnen komen, is echt verschrikkelijk.”
Anouck BruijnsBeeld: Pleunie van Raak
De enige optie voor de ruim negenduizend bewoners van het dorp is de door vrijwilligers gerunde dorpsbus: een bus met plek voor zes passagiers die je minstens één werkdag van tevoren moet bestellen. “Tijdens mijn zwangerschap moest ik een keer met spoed naar het ziekenhuis omdat mijn ijzerwaarden te laag waren. Dan kun je de dorpsbus bellen wat je wilt, maar die komt dus niet”, zegt Bruijns. Daar komt bij dat de dorpsbus duurder is dan het reguliere openbaar vervoer. Een enkeltje naar Roosendaal kost vijf euro, ook voor kinderen, terwijl die normaal gesproken tot twaalf jaar gratis reizen. “Dan ben ik in totaal dertig euro kwijt om op en neer te gaan. En de jongste kan niet mee, want er is geen plek voor een kinderwagen in die bus.”

De jongste kan niet mee, want er is geen plek voor een kinderwagen in de dorpsbus

Dat Bruijns geen rijbewijs of auto heeft, was eerder nooit een probleem. “Ik heb drie keer praktijkexamen gedaan, maar vanwege mijn faalangst is het me niet gelukt mijn rijbewijs te halen. Nu kom ik zonder auto nergens. En dat geldt ook voor veel andere bewoners in het dorp.” Bruijns liet het er niet bij zitten en startte een petitie voor het heropenen van de bushaltes, die inmiddels bijna achthonderd keer is ondertekend. Zij is nog in afwachting van een reactie van de gemeente.

‘Familiebezoek is te duur’

Reizen met het openbaar vervoer zit er voor Helena Brandsma (50) uit Steenwijk meestal niet in. Ze krijgt een Wajong-uitkering en heeft elke week vijftig euro om van te leven. Daarvan kan ze goed rondkomen, maar er is geen ruimte voor extra uitgaven. Als ze bijvoorbeeld haar zoon en dochter, en twee kleinkinderen in Hengelo wil bezoeken, is ze voor de treinreis van anderhalf uur heen en terug bijna 25 euro kwijt. “Dan is de helft van mijn weekgeld op. Gelukkig heb ik een kortingskaart, want zonder zou ik ruim 35 euro betalen voor een retourtje.”
Helena BrandsmaBeeld: Mijke Bos
Naast mijn weekgeld kan ik maandelijks 25 euro extra aanvragen voor uitgaven zoals het kopen van een nieuwe broek”, vertelt Brandsma. “Als ik besluit om dat uit te geven aan de trein, dan zit die broek er dus niet in.” Het verplichte instaptarief in het openbaar vervoer maakt het reizen nog minder toegankelijk. Om met de trein te kunnen reizen moet er minimaal tien of twintig euro op je ov-chipkaart staan – aankelijk van het abonnement. “Ik moet altijd de afweging maken of ik een treinreis kan betalen. En dan valt de reis naar mijn kinderen in Hengelo nog mee, maar op bezoek gaan bij mijn familie in Noord-Holland is simpelweg te duur”, zegt Brandsma. “Ik hoef echt niet dagelijks koffie met ze te drinken, maar het zijn wel mijn broers en zussen.”

Als ik mijn zoon en dochter wil bezoeken, is de helft van mijn weekbudget op

Brandsma vindt dat er bij het bepalen van de prijzen voor het openbaar vervoer weinig rekening wordt gehouden met mensen met een laag inkomen. “Het is mijn droom, en ik denk ook een droom van veel anderen, dat mensen met een minimaal inkomen in aanmerking komen om soms gratis te reizen.”

Dit artikel verscheen eerder in OneWorld Magazine.

NS geeft in een reactie aan dat er binnen vijf jaar op alle stations waar de NS stopt, reisassistentie wordt ingevoerd. Dat is eind 2019 aangekondigd. Dit jaar worden 25 stations van de dienst voorzien, waaronder station Brummen, en in de komende vier jaar de overige 79 stations. Op twee stations, Hoogkarspel en Bovenkarspel-Grootebroek, wordt alleen reisassistentie geïntroduceerd voor reizigers die geen brug nodig hebben.
Hoe Zit Het Met Vervoer? is onafhankelijk tot stand gekomen en financieel mede mogelijk gemaakt door ProRail. De overeenkomst tussen OneWorld en deze organisatie is openbaar en in te zien.

Mag ik, dikke vrouw, ook een plaatsje in de trein?

Mag ik meereizen?

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons