Als meisje zag fotograaf Chiara Tocci begin jaren ’90 hoe schepen met Albanezen aanmeerden in Zuid-Italiaanse havensteden als Brindisi en Bari. Nadat het marxistisch-leninistische bolwerk van Enver Hoxha was ingestort, konden Albanezen het land verlaten.
En dat deden ze: tegenwoordig wonen 3,5 miljoen mensen in en 3,5 miljoen buiten Albanië. Tocci raakte gefascineerd door het geïsoleerde land dat maar 72 kilometer verwijderd is van de Italiaanse kust, aan de overkant van de Adriatische Zee. Ze wilde met eigen ogen zien wat de dictatuur en de daarop volgende massamigratie hebben gedaan met de Albanezen. In 2009 ging ze er voor het eerst naartoe, vele reizen volgden.
Tijdens bustochten langs ravijnen en lange wandelingen door een betoverend landschap legde Tocci mensen, interieurs, scholen en een vrouwengevangenis vast. Ze ontmoette stadsnomaden en bergbewoners, vrouwen die achterbleven en mannen die wegtrokken.
Allemaal mensen die worstelen met hun verleden en die zo graag in een modern, vrij land willen leven.