Enige verbetering lijkt nog mogelijk, want helemaal fifty-fifty is het nog niet. Maar dit resultaat is opmerkelijk, meldt De Morgen, zeker wanneer je naar de afgelopen verkiezingen kijkt. In 2002 zaten er slechts 71 vrouwen in het parlement, een krappe 12 procent van het totaal aantal zetels. Hun aandeel is hard gestegen; in 2007 werden er 107 vrouwen verkozen, in 2012 groeide dat naar 155.
Invloed president en Franse wet
Emmanuel Macron, de nieuw geïnstalleerde president, kwam in januari met een videoboodschap waarin hij vrouwen aanmoedigde zich verkiesbaar te stellen. Dit zou van grote invloed zijn geweest op de stijging van verkiesbare vrouwen in de verkiezingen van 2017.
Daarnaast bevordert een wet uit 2000 een betere man-vrouwverdeling: partijen verliezen een deel van hun financiering als niet ten minste 49 procent van hun lijst uit vrouwen bestaat. Partijen stellen desondanks vaak meer mannen dan vrouwen verkiesbaar. De partij van Macron, La République en Marche!, en Front Nationale, de partij van de verliezende presidentskandidaat Marine Le Pen, zijn de enige partijen die dit jaar aan het percentage hebben voldaan, volgens Le Monde France.
Situatie Nederland
Onze eigen Tweede Kamer heeft al in 2010 de 40 procent bereikt. Maar na de verkiezingen van dit jaar daalde dat weer naar 36 procent. (De precieze cijfers per jaar zijn te vinden op Parlement.com.) Het Nederlandse politieke stelsel heeft geen regels voor de man-vrouwverhouding op de partijlijst. We hebben bovendien nog steeds een partij die geen enkele vrouwen op de lijst wenst: de SGP. Meer informatie over de verhoudingen op de kieslijsten staat op BNR.nl.
