Van jongen naar meisje ‘transformeren’ is geen sprookje

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Poppy & Claude is de eerste roman van Laurie Frankel die in het Nederlands is vertaald.  Het boek gaat over het gezin Walsh dat de transformatie van hun transgender-kind doormaakt. Rosie is arts en woont met haar man Penn, die een roman aan het schrijven is, op een boerderij in Wisconsin. Rosie verlangt al sinds het overlijden van haar jongere zusje Poppy vurig naar een dochter, en laat zich daardoor steeds opniew verleiden om zwanger te worden. Ze krijgt uiteindelijk vijf kinderen: allemaal zonen. Maar een paar jaar na de geboorte van hun jongste zoon Claude, merken ze dat hij anders is…

Het gezin kampt met tal van vooroordelen. Zo vindt hun omgeving vijf kinderen niet meer van deze tijd, veronderstellen ze meteen dat Rosie en Penn vast erg religieus zijn. Of ze vinden het gek dat een man schrijft en zijn vrouw met het huishouden ondersteunt en verder niets ‘wezenlijks’  bijdraagt. Wat het duidelijkst doorklinkt in de roman is de last van vooroordelen rondom mannelijkheid, vrouwelijkheid en alles wat daar (niet) tussenin zou bestaan.

Vooroordelen

Het boek stelt niet alleen bekende stereotypen over seksualiteit en gender aan de kaak, maar ook de eenzijdige denkbeelden die we in het westen denken voorbij te zijn. Zodra Claude aangeeft dat hij eigenlijk een meisje wil zijn en Poppy wil heten, loopt het gezin tegen allerlei moeilijkheden aan. In een pijnlijke scène legt Rosie bijvoorbeeld haar angst en verwarring aan Penn voor. Ze vertelt dat hun dochtertje soms alleen voor speelafspraakjes wordt uitgenodigd op dat ouders kunnen pronken dat ze zo liberaal omdat ze hun kind met een ‘transgender’ laten spelen.

De ontwikkeling van de personages laat zien hoeveel belang de westerse cultuur krampachtig gehecht is aan een duidelijk beeld van je seksuele identiteit. De familie vindt uiteindelijk haar weg met behulp van verhalen. Eén verhaal, om precies te zijn: het sprookje zonder einde dat Penn zijn kinderen iedere avond voor het slapengaan vertelt.

Iets te zoetjes

Helaas is dat ook meteen het minpunt van Frankels boek. Al zijn de metaforen uit de sprookjes toepasselijk, ze maken het boek behoorlijk gezapig. Wie toch al positief tegenover veranderende man-vrouw-denkbeelden staat zal de auteur wel vergeven. Maar voor lezers die nog niet eerder over het onderwerp hebben nagedacht, heeft ze de politieke correctheid iets te ver doorgevoerd.

Desondanks zijn de oprechte bedoelingen van de auteur voelbaar. Zeker in het  laatste deel van het boek, waarin Rosie en haar zoon/dochtertje (ze weet op dat moment niet hoe ze hem of haar moet noemen) naar Thailand gaan. Daar laat Frankel zien hoe heilzaam het kan zijn je leven af en toe te relativeren – ongeacht in welke cultuur of in welk lichaam je je bevindt.

 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons