Geen globalisering maar regionalisering!

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Dat is vreemd. Er zijn de laatste jaren talloze onderzoeksrapporten verschenen waaruit vooral de nadelen van liberalisering aan de orde komen. Daaruit blijkt dat de voorstanders van liberalisering vaak buiten beschouwing laten dat liberalisering in ontwikkelingslanden tot een forse daling van het overheidsbudget leidt, omdat men minder geld binnenkrijgt van importheffingen. Vooral westerse landen en rijkere ontwikkelingslanden, meer in het bijzonder de multinationals en grootgrondbezitters in die landen, zullen het meest van de vrijhandel profiteren. Verliezers zijn vooral de zogenaamde ACP-landen, die de voordelen van hun preferentiële toegang zien verdampen, en de armste ontwikkelingslanden. Die laatste groep heeft via het Everything But Arms-verdrag overigens al vrijwel volledige toegang tot de EU-markt.

De Europese Unie en de Verenigde Staten zullen in ruil meer toegang verlangen tot ontwikkelingslanden. De nadelige effecten van deze extra concurrentie in de werkgelegenheid binnen landbouw, industrie en de informele handel in ontwikkelingslanden, zijn veel groter dan de potentiële voordelen voor de armste producenten op westerse markten.

Vooral in de landbouw, de cruciale sector bij de onderhandelingen in de Wereldhandelsorganisatie (WTO), zijn het meestal niet de armste producenten die kunnen exporteren, maar juist grootschalige exporteurs in monoculturen. Grootschalige teelt van bijvoorbeeld soja, palmolie en biomassa voor de export gaat ten koste van de eigen voedselvoorziening voor bijvoorbeeld inheemse volkeren die leven in natuurgebieden die worden omgezet in plantages. Door bodemerosie, uitputting van zoet water en verdrijving van kleine boeren van hun land, wordt mondiaal een landbouwsysteem om zeep geholpen dat eeuwenlang leidde tot een voedselvoorziening die in balans was met aanwezige natuurlijke hulpbronnen én grote sociale en culturele waarde had.

Zelfs bij de export van koffie, die wél door kleine boeren wordt geproduceerd, heeft liberalisering tot een crisis geleid. Zo werd een redelijk goed werkende internationale koffieovereenkomst onder druk van multinationals en de VS beëindigd. Het resultaat was in 2004 de laagste koffieprijs ooit.

De huidige ‘liberaliseringagenda’ komt vooral de agribusiness ten goede: die kan zijn exportpositie op de wereldmarkt vergroten, en krijgt de mogelijkheid producten onder de kostprijs in te kopen, ten koste van boeren, natuur en milieu. Bij de onderhandelingen in de WTO ligt te veel nadruk op het verlagen van marktbeschermingen en te weinig op het uitbannen van handelsverstorende subsidies. Kortom: de huidige globalisering leidt niet tot aansluiting van de armsten bij de wereldeconomie, maar tot uitsluiting van hun lokale economie. En dat terwijl nog altijd wereldwijd de meeste boeren actief zijn voor die lokale economieën. Slechts 10 procent van de landbouwproductie wordt op de wereldmarkt verhandeld.

De internationale boerenbeweging La Via Campesina heeft een goed alternatief ontwikkeld dat uitgaat van ‘voedselsoevereiniteit’. Landen (of regio’s, zoals de EU) krijgen hierbij weer het recht om hun eigen landbouwbeleid te ontwikkelen, waaronder de mogelijkheid bestaat om het eigen voedsel op een duurzame manier door eigen boeren te laten produceren. De consequentie zou zijn dat alle landen (en de EU) binnen de WTO hun importheffingen weer mogen verhogen tot een niveau waarop boeren kostendekkend en onder verhoogde maatschappelijke eisen het voedsel kunnen produceren. Alle handelsverstorende inkomens- en exportsubsidies kunnen dan worden afgeschaft.

Deze regionalisering leidt niet alleen tot levensvatbare inkomens voor boeren in het Noorden en het Zuiden, maar kan ook een bijdrage leveren aan de klimaat- en energiecrisis. Het aantal voedselkilometers worden zo immers drastisch beperkt.

Wordt het niet eens tijd dat milieu- en ontwikkelingsorganisaties steun verlenen aan kritische boerenorganisaties als Via Campesina of Platform Aarde Boer Consument? Misschien dat het mislukken van de huidige WTO-onderhandelingen ruimte biedt om gezamenlijk dit verzwegen alternatief van voedsel- en energiesoevereiniteit te realiseren.

 

Guus Geurts, milieudeskundige en publicist

 

Hier vindt u de volledige versie van de brief, zoals beloofd in het gedrukte exemplaar van Vice Versa.

 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons