Een doodskist van negen etages

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Een half jaar na de Tazreen-brand, waarbij 112 doden vielen, stortte het Rana Plaza-gebouw in, ook in Dhaka. Een triest record in de kledingsector van Bangladesh was daarmee een feit. Fotografe Taslima Akhtfer begaf zich tussen de reddingswerkers om mee te helpen. “Wil je mijn hand vasthouden, misschien blijf ik dan leven.”

“Geestelijk voel ik mij ziek”, zegt Taslima Akhtfer.  Maar veel tijd om daarbij stil te staan heeft ze niet. Nadat in hoofdstad Dhaka vorige week woensdag  24 april het Rana Plaza-gebouw instortte, kwam ze onmiddellijk in actie. Akhtfer maakt deel uit van de People Solidarity Movement, een politieke beweging van progressieve groepen die maatschappelijke verbeteringen willen doorvoeren. Met andere leden van de beweging reisde ze elke dag naar de voorstad Savar, aan de westkant van Dhaka, waar het negen verdiepingen hoge gebouw als een kaartenhuis ineen zeeg.

De hel
Over de telefoon schetst activiste en fotografe Akhtfer de hel van Savar. “De eerste vijf dagen konden we meehelpen bij het reddingswerk en zijn we het gebouw van Rana Plaza in gegaan. Overal lagen doden. Om mensen te kunnen bevrijden, moest soms hun hand of been worden afgehakt. Op de tweede dag zag ik redders huilen omdat ze sommige mensen niet levend onder het puin vandaan konden halen. Een slachtoffer vroeg: ‘Wil je mijn hand vasthouden, misschien blijf ik dan leven.’”

 

De kurk van Bangladesh

De kledingindustrie in Bangladesh groeit explosief. Onderzoeksbureau McKinsey voorspelt dat Bangladesh nog dit jaar China voorbijstreeft als de grootste producent en exporteur van kleding. In de ongeveer vijfduizend fabrieken, variërend van grote bedrijfsgebouwen tot kleine werkplaatsen van toeleveranciers, en die allemaal op de export zijn gericht, vinden zeker 3,6 miljoen mensen – 85 procent vrouwen, overwegend jong en laag opgeleid – werk. De bedrijfstak is goed voor voor 17 procent van het nationale inkomen en 78 procent van de totale kledingexport, waarvan 56 procent naar Europa gaat. Totale waarde: 14,5 miljard euro. Maar de arbeidsomstandigheden zijn vaak slecht . In de Labour Act van 2006 zijn de rechten (en plichten) van arbeiders vastgelegd. Maar er is nauwelijks controle op naleving van de voorschriften.

Vermisten
Na vijf dagen liet de regering geen andere mensen meer toe op het terrein, omdat er met groot materieel verder werd gewerkt, vertelt Akhtfer. “En de stank van lijken is ook bijna niet meer te verdragen.” Zij en anderen van de People Solidarity Movement begonnen met geld inzamelen en ze bezochten ziekenhuizen om meer informatie te krijgen over de gewonden. “Ik heb daar zo veel mensen gezien die één of beide benen kwijt zijn geraakt of een hand moeten missen.” Er zou sprake zijn van 149 vermisten, maar dat aantal moet hoger liggen, schat Akhtfer. “Bij een school waar de doden werden verzameld, zagen wij behalve nabestaanden heel veel mensen rondlopen die  nog aan het zoeken waren naar familieleden.”

Winst maken
“Dit is moord, dit kun je geen ongeluk meer noemen”, stelt Taslima Akhtfer. Voor haar is het nog maar de vraag of Mohammed Rana, de eigenaar, wordt gestraft. Zo ging het namelijk ook in 2005, vertelt ze, toen de Spectrum-fabriek instortte, waarbij 64 doden vielen. “De eigenaar kwam toen na anderhalve maand alweer vrij. Deze fabrikanten, die alleen maar denken aan winst maken, hebben de steun van de grote politieke partijen, zowel van de regerende Awami League als van de oppositiepartij BNP (Bangladesh National Party, red). Veel fabriekseigenaren zitten ook in de regering.”

 

 

Scheuren waren voorbodes

De wrakke constructie van het gebouw, dat illegaal met meerdere verdiepingen was verhoogd en waarin vijf kledingbedrijven waren gevestigd, kon zijn last niet meer dragen. Op dinsdag 23 april vertoonde het gebouw scheuren, maar de eigenaar beweerde dat de situatie veilig was. Toen de ramp zich voltrok, waren bijna 3000 werknemers, voor het merendeel vrouwen, in het gebouw aan het werk. Volgens de Engelstalige krant in Bangladesh The Daily Star is het dodental op donderdag 2 mei, opgelopen tot 431. Er zijn 2437 overlevenden, onder wie een onbekend aantal gewonden. Kledingfabrieken waren Phantom Apparels, Ether Tex, New Wave Style and New Wave Bottoms. Gezamenlijk produceerden zij jaarlijks miljoenen T-shirts, broeken en andere kledingstukken. Volgens de website van New Wave (niet meer online) werkten zji voor klanten als het Spaanse Mango, het Italiaanse Benetton, het Britse Primark en Amerikaanse merken als Dress Barn.

 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons