Straatkinderen horen niet in een weeshuis

Weeshuizen die vol zitten met kinderen die geen wees zijn. Organisaties die geld verdienen met ‘weeshuistoerisme’ en duizenden Nederlanders die jaarlijks naar ontwikkelingslanden reizen om kinderen te helpen, maar daarmee in feite de situatie verergeren. Stichting Upendo Daima laat zien dan het anders kan.

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Opgroeien in een kinderhuis is nadelig voor de ontwikkeling van kinderen. Het bewijs van de schadelijke effecten ervan is volgens Better Care Network Netherlands overweldigend. Daarom loopt in november de campagne ‘Stop weeshuistoerisme’ (zie kader), die zich richt op potentiële Nederlandse vrijwilligers en donoren, die deze weeshuizen momenteel mede in stand houden.

“Ouders denken soms: dat is een mooie gratis kostschool"

Andre van Strijp – Voorzitter Upendo DaimaTweet dit
De stichting Upendo Daima werkt met straatkinderen in Tanzania en geeft het goede voorbeeld.  “Hereniging met de familie  moet het doel zijn”, zegt André van Strijp (69), voorzitter van Upendo Daima Nederland. In de stad Mwanza, aan het Victoriameer, vangt deze stichting jongens op in de leeftijd van 5 tot 15 jaar. “Er zijn organisaties die zulke kinderen in weeshuizen stoppen, waar ze jarenlang blijven. Dat is geen goede aanpak. Wij zien dat mensen tegen betaling als vrijwilliger naar Afrika komen om in zo’n tehuis te werken. Of ze nu komen omdat ze een groot hart hebben, voor het avontuur of omdat het goed staat op je cv: het is absoluut niet in het belang van het kind.”

Blijven zoeken naar een oplossing

“Veel kinderen die op straat zwerven hebben vaak nog wel familie”, legt Van Strijp uit. “Ze zijn van huis weggelopen omdat ouders niet voor ze kunnen zorgen, omdat er ruzie is of sprake van mishandeling. De stad heeft een enorme zuigkracht, ze denken dat ze daar een beter leven kunnen opbouwen. Eenmaal in de stad ontdekken ze dat niemand op ze zit te wachten. De overheid doet niets. De politie pakt af en toe kinderen op. Dan komen ze in een cel terecht en na een tijdje staan ze weer op straat.”

Daar ontmoeten ze al snel andere kinderen die al langer op straat rondlopen. Van Strijp: “Ze sluiten zich aan bij straatgroepen, daar krijgen ze bescherming. Om toegang tot zo’n groep te krijgen moeten ze opdrachten uitvoeren. Ze moeten stelen, bedelen of worden seksueel misbruikt.”

Snel streetwise

“Wij proberen op straat, met maatschappelijk werkers, een band met de jongens op te bouwen. Upendo Daima bestaat al ruim twintig jaar en is in Mwanza een begrip. Kinderen weten van ons bestaan. Als ze geholpen willen worden, krijgen ze onderdak in ons ‘Back Home House’. Daar krijgen ze ook medische verzorging en begeleiding. We zoeken contact met familieleden en streven ernaar het kind met de familie te herenigen. Vaak lukt dat, maar het kost moeite. Je moet weten dat deze kinderen geen doetjes zijn. Om van huis weg te lopen moet je pit hebben. Ze zijn streetwise en vaak is vader of moeder blij dat het kind weg is.”
Lukt het niet om het kind binnen drie tot zes maanden weer bij de familie te krijgen, dan gaan ze naar opvanghuis ‘Malimbe Family’, buiten de stad. Dit is geen luxe oord. De kinderen krijgen er elementaire opvang en ze kunnen er naar de basisschool. Ondertussen blijft Upendo Daima zoeken naar een definitieve oplossing.

Een kind hoort thuis in een gezin

Want Upendo Daima (wat ‘onvoorwaardelijke liefde’ betekent) wil geen permanente opvang voor straatkinderen bieden. “Ouders denken soms: dat is een mooie gratis kostschool. En ook in het westen denken mensen vaak dat het goed is om een kind in zo’n opvanghuis te laten opgroeien. Maar wij zien het anders”, legt Van Strijp uit. “Wat is het beste voor een kind? Wij vinden dat een kind thuis hoort te zijn, in een gezin. Niet in een tehuis. Als een kind niet naar huis terug kan, kijken we of we kunnen helpen om dat wel mogelijk te maken. We ondersteunen ouders bijvoorbeeld bij het opzetten van een eigen bedrijfje of bieden hulp bij de opvoeding. Uiteindelijk vinden we voor de meeste kinderen een oplossing, al al kost dat soms meer energie en aandacht.”

“Je moet nooit naar een Afrikaans land gaan voor je eigenbelang en het kan ook nooit de bedoeling zijn dat organisaties rijk worden van vrijwilligers”

Andre van Strijp – Voorzitter Upendo Daima

Upendo Daima bestaat uit twee organisaties. De stichting in Tanzania bestaat volledig uit Tanzaniaanse medewerkers. De Nederlandse stichting ondersteunt hun werk en kijkt hoe je het resultaat van deze aanpak kunt meten. “Wij halen daarnaast geld op in Nederland, sinds kort ook samen met Wilde Ganzen; zij delen onze visie op hulp aan straatkinderen en helpen ons bij de renovatie van een paar gebouwen. Zij hebben ons ook in contact gebracht met een organisatie in Kenia die met kinderen werkt.”

Het gaat om het welzijn van kinderen

André van Strijp ondersteunt de campagne ‘Stop weeshuistoerisme’: “Alles wat je doet moet in het belang van het kind zijn. Je moet nooit naar een Afrikaans land gaan voor je eigenbelang en het kan ook nooit de bedoeling zijn dat organisaties rijk worden van vrijwilligers. Want dat gebeurt nu gewoon, helaas. Als wij met vrijwilligers werken, dan moeten ze zich zeker voor een jaar binden en wat Swahili spreken. Als hun werk niet rechtstreeks bijdraagt aan het welzijn van een kind, doen wij niet mee.”
Stop weeshuistoerisme
Veel kinderen in een weeshuis zijn geen wees, maar een product binnen een verdienmodel. Better Care Network Netherlands voert in november de campagne ‘Stop Weeshuistoerisme’, die jongeren ontmoedigt om vrijwilligerswerk in weeshuizen te doen. Via social media krijgen ze heldere informatie over de risico’s van dit soort werk en uitleg over goede alternatieven wanneer je een bijdrage wilt leveren aan een betere wereld.
Meer info: www.stopweeshuistoerisme.nl.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons