Achtergrond

‘Uganda laat zien hoe je met vluchtelingen moet omgaan’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
“When the elephants fight, it is the grass that suffers”. Met eigen ogen zag ik afgelopen week in Noord-Uganda wat dat Afrikaanse gezegde precies betekent. Te midden van het geplaagde gras verblijven daar ruim 600.000 Zuid-Soedanese vluchtelingen (ruim 80 procent zijn kinderen en vrouwen!) die hun land en het aanhoudende geweld zijn ontvlucht. Een stelletje klootzakken van de ergste soort, noemde minister Ploumen – op bezoek in Uganda – de leiders van Zuid-Soedan vrijdag nog. In juli vierde het land zijn 5 jaar onafhankelijkheid. Het cadeau aan zijn eigen bevolking bestaat uit massaverkrachtingen, platgebrande dorpen en een dreigende genocide.

Maar op dat platgewalste Afrikaanse groen in Noord-Uganda groeit ook iets moois, dat als voorbeeld voor ons in het Westen kan dienen.

Het Ugandese opvangmodel verdient alle lof

Naar verwachting zullen eind 2017 bijna één miljoen Zuid-Soedanezen in Uganda wonen. Uganda bevindt zich in de achterhoede van ontwikkelde landen en heeft zelf genoeg sociaaleconomische sores aan haar hoofd. Europese reflex van grenzen dicht zou je denken. Nee hoor, ‘van harte welkom’ is het antwoord van de regering. Het Ugandese opvangmodel verdient alle lof. Dat vindt ook de minister die we vrijdagavond op het vliegveld op een overigens afgrijselijke gele leren bank troffen.

Alle aangekomen Zuid-Soedanese families – voor wat er nog van over is – krijgen een eigen stuk land van 30 bij 30 meter. Op die 900 vierkante meter kunnen zij gewassen verbouwen en hun eigen hut bouwen. Uganda zorgt voor de bouwmaterialen. Hier spreekt men van settlements en niet van kampen. Iedereen mag vrij rondreizen en werken. Nieuwe kleine ondernemingen schieten uit de grond en zorgen voor een bescheiden boost voor de lokale economie. Kinderen gaan naar school en integreren met hun Ugandese leeftijdsgenootjes. Dit opvangmodel zou ik elke vluchteling toewensen

Voor wat hoort wat en dus investeren de Ugandese autoriteiten ook in hun eigen bevolking. Extra medische- en voedselvoorzieningen vinden inmiddels hun weg vanuit de hoofdstad Kampala richting het noorden. Begin dit jaar besloten we bij War Child om Uganda na twaalf jaar te verlaten, want ons werk – gerelateerd aan de verwoestende burgeroorlog in het noorden begin deze eeuw – zit er op. Maar gelet op de actualiteit maken wij toch een doorstart. Want als Zuid-Soedan stelselmatig zijn eigen inwoners ‘over de kling blijft jagen’ – minister Ploumen was terecht zicht- en hoorbaar boos – verdienen zij alle steun.

Het Ugandese opvangmodel zorgt mede voor die steun en het is goed dat de minister dit gezien heeft. Een model dat ik elke vluchteling zou toewensen, vertrouwde onze bewindsvrouw ons toe. Een op een overnemen zal niet meteen gaan. Nederland kent een lang opgebouwde verzorgingsstaat met weinig tot geen informele arbeid. Dat maakt het bijvoorbeeld al ingewikkeld. Maar deze vorm van Ugandees Ubuntisme waarin de menselijkheid centraal staat, is een lesje opvang voor ons allemaal hier in het geïndividualiseerde Europa.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons