Achtergrond

Positive thinking

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Dit artikel maakt deel uit van de serie ‘2015: The future we want’ die OneWorld in 2013 initieerde.    

Het Nederlandse publiek is mede dankzij de ontwikkelingssector ervan overtuigd geraakt dat de Afrikanen het zonder ons niet zullen redden. Tijd voor een nieuwe mentaliteit, vindt Bob van der Bijl.

In de afgelopen jaren begint langzaam het positieve nieuws over Afrika door te sijpelen. Hoge groeicijfers hebben geleid tot een snel verminderende armoede – in India wonen meer mensen onder de armoedegrens dan in Afrika. Naar verwachting zal in 2025 nog maar iets meer dan tien procent van de Afrikaanse bevolking onder de armoedegrens zitten. Hierbij wil ik nog aantekenen dat deze cijfers gebaseerd zijn op een zeer lage inschatting van de informele sector. Naar alle waarschijnlijkheid hebben Afrikanen gemiddeld twee tot vier keer meer te besteden dan uit de officiële cijfers blijkt.

Exit strategie
Wat betekent dit voor ontwikkelingssamenwerking? Veel organisaties in deze sector zijn gedreven door de wens om te overleven, terwijl de huidige omstandigheden in veel gevallen juist voorschrijven dat hun rol kan worden afgebouwd. Bedrijven zijn gericht op groei; hulporganisaties zouden juist een exit strategie moeten hebben. Een eerlijke discussie hierover is in Nederland helaas nauwelijks mogelijk, omdat het Nederlandse publiek door de jaren heen ervan overtuigd is geraakt dat de Afrikanen het zonder ons niet zullen redden. Daarnaast is het ook heel hip geworden om een paar weekjes ontwikkelingswerk te doen of om als bedrijf een leuke actie voor Afrika op touw te zetten. Een saaie kantoorbaan kan voor velen dragelijk blijven omdat er in de avonduren aan projecten voor Afrika wordt gewerkt – helemaal als we onze giften persoonlijk kunnen langsbrengen! Mijn stelling is dat de stigmatisering die wordt veroorzaakt door de ontwikkelingssector per saldo negatief uitwerkt voor Afrika. Een media-analyse laat zien dat er in Nederland extreem negatief wordt bericht over Afrika. Daarnaast wordt aan Afrikaanse overheden de gelegenheid gegeven om in het zadel te blijven ondanks falend beleid. Tijd voor een exit strategie dus. Dat geldt ook voor Afrikaanse landen: ieder Afrikaans land kan met goed beleid met alle gemak tien procent per jaar groeien. Dat betekent dat deze landen hun economie iedere zeven jaar kunnen verdubbelen. In deze context moet het mogelijk zijn om de financiële steun van buitenaf in tien jaar tot nul af te bouwen. Het mag duidelijk zijn dat in dit verband de discussie over de 0,7 procent ver achter de horizon kan verdwijnen.

Bob van der Bijl is directeur van the Netherlands-African Business Council (NABC). Sinds 1946 probeert NABC de economische relaties tussen Afrika en Nederland te versterken. Er zijn driehonderd Nederlandse bedrijven bij de organisatie aangesloten. 

Positieve perspectieven
De grote vraag is nu: wat gaan alle arme mensen doen die nu nog vooral voor eigen gebruik een armoedig bestaan leiden op het platteland? Het antwoord is simpel: de verstedelijking van Afrika zal doorzetten. Nu woont al circa de helft van de Afrikanen in steden, dat zullen er alleen maar meer worden. Steden zorgen voor de kritieke massa die nodig is om het economische vliegwiel te laten draaien. Er bestaat een populaire opvatting dat Afrika overbevolkt is, maar het is juist andersom: Afrika heeft relatief weinig inwoners in verhouding tot haar oppervlakte. Dit heeft grote schaalnadelen tot gevolg. Dankzij de snelle verstedelijking kunnen efficiënte markten ontstaan en zullen de meeste Afrikaanse landen zich in deze eeuw op een geweldige manier ontwikkelen. Op dit moment zijn er nog ernstige vormen van ondervoeding en van te eenzijdige voeding. Vooral als gevolg van falend beleid van Afrikaanse overheden – een productiviteitstoename wordt nu vaak verhinderd doordat gevestigde belangen zich daartegen verzetten.

Nieuw beleid
Omdat de meeste arme mensen in midden-inkomenslanden wonen wordt eens te meer duidelijk dat armoede vooral een verdelingsvraagstuk is. Net als in de Gouden Eeuw in Nederland is er een rijke elite omringd door een grote groep armen. Alleen met de opkomst van de middenklasse kan een rechtstaat ontstaan en een duurzame samenleving van rechten en plichten. Deze middenklasse zal ten koste gaan van de gevestigde belangen van de elite. Met de opkomst van sociale media (Facebook groeit nergens zo hard als in Afrika) en telecommunicatie (binnen afzienbare tijd zal vrijwel iedere Afrikaan een mobiele telefoon hebben) zal dit proces van aantasting van de gevestigde belangen zich in de komende decennia gaan voltrekken. Hoe kunnen we van buitenaf hier een positieve invloed op uitoefenen? Volgens mij vooral door in gesprek te gaan en door relaties aan te knopen met Afrika. Daarom pleit ik voor een herziening van het Nederlandse beleid: Afrika als “gewoon” continent beschouwen. Geen ambassades sluiten, maar juist openen. Bonafide zakenlieden niet weken laten wachten op een visum en Afrika niet links laten liggen bij staats- en ministeriële bezoeken.

Tot slot over “Serious request”: nodig Afrikaanse bands uit om in Nederland te komen spelen. Dan ziet iedereen dat Afrika bruist! Vertoon filmpjes over Afrika als vakantiebestemming en als plek om zaken te doen. Laten we proberen collectief de mentale stap te maken: Afrika is geweldig!

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons