Achtergrond

Ontwikkeling in Afrika: zo kan het ook

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

De verwachting is dat de Afrikaanse economie komend jaar met 4,5 procent zal groeien. Afrika is booming, en toch heeft het mede door negatieve berichtgeving in de media nog steeds het imago van een zwak en hulpbehoevend continent, zegt Diboma terwijl we op het kantoor zitten van de Netherlands-African Business Council in Den Haag. “Dit beeld klopt niet, en is schadelijk voor de handel. Zo hebben sommige buitenlandse bedrijven hun werkzaamheden in Kenia stopgezet door de ebola-crisis. In werkelijkheid kampten slechts drie West-Afrikaanse landen met ebola. Maar door eenzijdige berichtgeving was opeens heel Afrika besmet.”

De in Kameroen geboren Diboma heeft een passie voor Afrika en een felle mening over ‘hoe het anders kan’. Ze wordt steeds vaker gevraagd om te komen spreken op verschillende evenementen. “Dat is heel leuk, maar ook even wennen”, lacht ze.    

#TheAfricaTheMediaNeverShowsYou gaat viraal op twitter. De campagne is bedoeld als tegenreactie op het eenzijdige beeld van Afrika als zwak en hulpbehoevend continent. Geen bolle buikjes of vliegen in het oog, maar beelden van metropolen, succesvolle mensen en prachtige natuur.

Een ander beeld van Afrika
“Ik ben nooit fan geweest van de term ontwikkelingshulp. Alsof Afrika een hulpeloos continent is, en dat is alles behalve waar”, zegt Diboma stellig. Termen als armoedebestrijding en ontwikkelingshulp versterken het beeld van een zwak Afrikaans continent volgens Diboma. Het is hoog tijd om op een andere manier naar ontwikkeling te kijken. “De vraag moet zijn: hoe kunnen we de rijkdommen van Afrika versterken? In plaats van alleen maar focussen op alles wat niet goed gaat. Pas dan kunnen Afrika en Europa op gelijke voet samenwerken. Ik zie Afrika als een prachtig continent en een zee van mogelijkheden.”

Het bedrijfsleven en ontwikkeling
Een deel van Diboma's werkzaamheden bestaat uit het begeleiden van Nederlandse ondernemers die in Afrika aan de slag willen. “Tijdens handelsmissies ontdekken we de markt en versterken we lokale contacten. De Afrikaanse economie ontwikkelt zich razendsnel. Daar ligt een grote inkomstenbron voor Nederlandse ondernemers.” Zo is er volgens Diboma een groeiende vraag naar Europese producten op de Afrikaanse consumentenmarkt. En in Europa is ook veel vraag naar Afrikaanse producten en grondstoffen. “Zonder Afrika zouden wij bijvoorbeeld geen smartphones hebben. De grondstoffen in onze mobieltjes komen daar vandaan. Europa heeft Afrika net zo hard nodig als omgekeerd”, vertelt Diboma. 

Europa heeft Afrika net zo hard nodig als omgekeerd

Maar hoe gaat zakendoen samen met ontwikkeling? “Kennisoverdracht is cruciaal voor ontwikkeling, en hier ligt een hele belangrijke rol voor de private sector. Nederlandse ondernemers brengen veel expertise mee op het gebied van landbouw, water en infrastructuur. Daarnaast creëren buitenlandse bedrijven werkgelegenheid. Van de totale Afrikaanse bevolking is 62 procent onder de 25 jaar. In 2020 zullen er in Afrika 200 miljoen jonge mensen de arbeidsmarkt betreden, die allemaal een baan nodig hebben. Die banen komen niet uit de lucht vallen. Jongeren zijn een tikkende tijdbom waar veel aandacht naar uit moet, ook voor de stabiliteit in Afrika. Want terroristische groeperingen als Boko Haram en Al-Shabaab rekruteren vaak jonge mensen zonder toekomstperspectief”, aldus Diboma.

Marina Diboma (32) Diboma groeide op in Douala, Kameroen. Ze kwam op haar achttiende naar Nederland om communicatiewetenschappen en vervolgens bedrijfskunde te studeren. Na haar studie kreeg ze een baan bij de Netherlands-African Business Council (NABC), waar ze nu als senior projectmanager verantwoordelijk is voor handelsmissies van Nederland naar Afrika en andersom. Naast haar werk bij de NABC is ze betrokken bij het African Young Professional Network en AFRICA 2.0.

Een belangrijke rol voor de diaspora
Zakendoen en ontwikkeling gaan dus wel degelijk samen, vindt Diboma. Maar als het over ontwikkeling gaat, is er nog een belangrijke groep die niet over het hoofd mag worden gezien: de Afrikaanse diaspora. “De geldstroom die van de diaspora richting Afrika gaat, is veel groter dan het totale budget voor ontwikkelingssamenwerking. Er zouden mechanismen bedacht moeten worden die het voor de diaspora mogelijk maken te investeren in de ontwikkeling van Afrika. Daarnaast zou de diaspora haar kennis en expertise ter beschikking kunnen stellen voor verschillende sectoren, of het ondersteunen van lokale overheden.”

Ontwikkelingshulp maakt Afrikaanse leiders lui

Goed leiderschap
Toch moet ontwikkeling vooral vanuit Afrika zelf komen, vindt Diboma. En daarvoor is goed leiderschap ontzettend belangrijk. “Ontwikkelingshulp maakt Afrikaanse leiders lui. Als ze toch jaarlijks een zak geld toegestopt krijgen is het niet nodig om een visie te ontwikkelen voor de toekomst van hun land.” Rwanda is een goed voorbeeld van waar het juist wel goed gaat, vindt Diboma. “President Paul Kagame zet doelen voor de ontwikkeling van zijn land en stelt het belang van zijn volk voorop. Gezondheidszorg, educatie en infrastructuur zijn in Rwanda de laatste jaren flink verbeterd”, vertelt Diboma.

“Het is allereerst aan Afrika zelf om haar zaken op orde te krijgen. Ik vind dat we moeten investeren in een generatie jonge Afrikaanse leiders die samenwerkingen durven aangaan en niet bang zijn voor uitdagingen. Het is aan deze leiders om te zorgen dat de realiteit aansluit bij het positieve beeld dat ze van Afrika willen overbrengen.”

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons