Achtergrond

Onderlinge strijd binnen Giro 555-hulporganisaties

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Giro555 haalt miljoenen op, maar verdeelt ze verkeerd. Dat blijkt uit een intern rapport dat in handen is van De Correspondent.

Het  bestuur van de Stichting Samenwerkende Hulporganisaties – tien Nederlandse ontwikkelingsorganisaties die samen het via Giro555 ingezamelde geld besteden aan noodhulp – functioneert niet naar behoren.  Het ingezamelde geld zou effectiever besteed kunnen worden, en organisaties die ‘samenwerken’ gunnen elkaar in de praktijk weinig. Dat stelt een onafhankelijke adviescommissie die in september vorig jaar door het SHO-bestuur gevraagd werd om de werkwijze van de SHO onder de loep te nemen.

Slechts 3 van de 10 actief in Syrië

 

Als voorbeeld van de fundamentele problemen wordt de Giro555-actie voor Syrië aangehaald. 

 

 

Slechts drie van de tien SHO-leden boden vóór de inzamelingsactie substantiële noodhulp in Syrië: het Rode Kruis, Unicef en Stichting Vluchteling gaven ieder meer dan een miljoen euro uit in het land (het Rode Kruis zelfs bijna 5 miljoen). Zij waren dus al aanwezig in het rampgebied en hebben de organisatiestructuren paraat om op grote schaal hulp te bieden. Toch ontvingen deze drie organisaties samen slechts 40 procent van het ingezamelde geld. Het merendeel van het geld ging naar organisaties met veel minder ervaring in het rampgebied, of zelfs naar organisaties die nog helemaal geen noodhulp

hadden geboden in Syrië (Care Nederland en World Vision).

 

 

Daarnaast ontbreekt het de deelnemende organisaties volgens de adviescommissie aan een ‘wederzijdse gunfactor’. 

De commissie schrijft ‘verbaasd’ te zijn dat iedere organisatie binnen de samenwerking ‘toch steeds belang blijft hechten aan de profilering van de eigen organisatie.’

De externe adviseurs hadden hun advies in februari dit jaar klaar. Er worden termen in gebezigd als ‘oplopende discussies’, ‘instabiliteit’ en ‘wrevel’. Maar dit kwam niet in de publiciteit. Ingewijden vertelden aan Maite Vermeulen, ‘Correspondent Conflict & Ontwikkeling’, dat ‘de adviescommissie graag een persconferentie wilde geven, maar dat het bestuur van de SHO dat niet wilde.’

Wel of niet geven?

 

Moeten we dan maar niet meer geven aan Giro555? Volgens de adviescommissie hebben de samenwerkende hulporganisaties wel potentie.

 

Onder de tien leden zitten grote en kleine organisaties, met een godsdienstige of seculiere achtergrond, die zelf programma’s uitvoeren of via een internationale koepelorganisatie, die een specifieke doelgroep hebben of juist breed georiënteerd zijn. ‘Voor elk mogelijk rampgebied zijn er wel organisaties die daar al tientallen jaren werkervaring hebben, die aansluiting hebben bij lokale organisaties, of die bruikbare expertise hebben.’

 

 

Richt je geen kwaad aan als je vlak voor de grote ebolacampagne een kritisch stuk over Giro555 publiceert? Maite Vermeulen deelt haar overwegingen in dit tweede artikel, en ze legt uit waarom ze zelf toch geld heeft gedoneerd. 

SHO-voorzitter René Grotenhuis zegt tegen de Correspondent dat SHO tijd nodig had om haar huiswerk te doen, en dat in januari 2015 enkele aanbevelingen uit het rapport zullen worden doorgevoerd. SHO maakt echter andere afwegingen dan door de onderzoekscommissie worden aanbevolen.

Lees hier het hele verhaal over de problemen tussen de Samenwerkende Hulporganisaties.

UPDATE: SHO heeft het rapport  online geplaatst.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons