Achtergrond

Noodhulp Nepal: ‘we doen het zelf’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

De noodhulp in Nepal verloopt niet vlekkeloos. Het is druk op het kleine vliegveld in Kathmandu en sommige getroffen gebieden zijn uiterst moeilijk te bereiken. Ook de bureaucratie bij de grenzen versnelt de hulp niet. Sommige Nepalezen willen niet op hulp wachten en nemen het heft in eigen handen.

Puja Chand, restauranteigenaar in Kathmandu
“Direct na de aardbeving begonnen we met koken. De eerste avond voor duizend mensen die in nabijgelegen kampen sliepen. Al gauw kregen we verzoeken om voedsel en tenten te brengen naar de getroffen dorpen waar veel van die mensen vandaan komen. Dat doen we nu, elke dag met één of twee busjes.

Helemaal legaal is onze noodhulp niet. Daar hebben we geen tijd voor

De makkelijk te bereiken gebieden krijgen al veel internationale hulp, maar hulpgoederen komen niet in de zwaar getroffen dorpen zonder verharde wegen. Daar richten wij ons op. Vrijwilligers uit die dorpen komen hulpgoederen ophalen waar de weg stopt. Vrienden en ik hebben bijvoorbeeld rijst gekocht van ons eigen geld. Dat dragen de vrijwilligers dan naar de dorpen.

Ook krijgen we tenten van vrienden in India. Dat is hard nodig, want die zijn er nu niet genoeg. Maar het is een gedoe om ze de grens over te krijgen. We willen geen belasting betalen – dan wordt het heel duur – maar als we vrijstelling vragen dan gaan alle spullen naar het hulpfonds van de Nepalese overheid. Dat de overheid de touwtjes in handen wil hebben, kun je de overheid niet kwalijk nemen, want er zijn mensen die misbruik van de situatie proberen te maken. De overheid kan donatiegeld gebruiken voor het wederopbouwen van huizen en infrastructuur. Maar op dit moment hebben de mensen gewoon eten en een tent nodig.

Op dit moment hebben de mensen gewoon eten en een tent nodig

Wij doen het dus graag zelf. Dat lukt tot nu toe op de één of andere manier: we hebben al bijna 200 tenten naar dorpen gebracht. Maar helemaal legaal is het dus niet. Daar hebben we geen tijd voor. Dan komt de noodhulp niet vandaag in Nepal aan, maar pas over drie dagen. En als we de spullen hier hebben, kost het alsnog tenminste drie dagen om de getroffen dorpen te bereiken. Dus zelfs een dag wachten is al te lang. Zeker nu de moesson eraan komt.”

Raju Ram Lahola, leraar in Bhaktapur
“Na de aardbeving had ik geen tijd om na te denken of om op hulp te wachten. We waren dakloos en hadden eten nodig. Buren, van wie het huis nog overeind stond, hebben toen direct alles wat ze aan droog voedsel hadden gedoneerd. Om te zorgen dat dit eerlijk wordt verdeeld, hebben we onderling tien leiders aangewezen. Daar ben ik er één van. Samen zorgen we voor ongeveer 300 dakloze mensen uit onze buurt.

 

Raju Ram Lahola. Foto: Aletta André 

De dag na de ramp hebben meerdere mensen koekjes, noten en rijst uit hun huis gehaald. Ik kon zelf nog bij de begane grond van mijn huis om eten en pannen te pakken. Ook kregen we rijst van winkeliers en groenten van boeren uit de buurt. Eén van mijn oud-leerlingen is drinkwater uit zijn dorp gaan halen. Hij kwam ’s avonds terug met tienduizend liter. Na ongeveer drie dagen kwamen hulporganisaties aan om voedsel uit te delen. Dat hebben wij als leiders opgehaald en samen met ons eigen eten opgeslagen in de lokale basisschool.

Elke ochtend maken we een lijst van de mensen die ’s nachts op straat hebben geslapen en twee keer per dag delen we eten uit. Alleen ’s ochtend en ’s avonds, niet overdag. Dan wordt het te druk. We kunnen nu nog een paar dagen vooruit. Hoe het dan verder gaat weet ik niet zeker. Als er weer hulporganisaties komen, dan zullen we de hulp zeker accepteren. Maar zo niet, dan overleven we ook.”

Als hulporganisaties komen, zullen we de hulp zeker accepteren. Maar zo niet, dan overleven we ook

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons