Schaatslegende Johann Olav Koss was deze week in Amsterdam bij de vertoning van een documentaire over zijn ontwikkelingsorganisatie Right To Play. De missie van Right to Play is kinderen in ontwikkelingsgebieden te laten sporten en spelen. In de documentaire wordt Koss’ passie voor het schaatsen verbonden aan zijn inzet voor Right To Play. Koss: “Een veilige omgeving om te spelen is cruciaal voor kinderen.”
1. Wat vond je van de documentaire?
Ik ben heel blij met deze film. De filmmakers hebben me gevolgd in onder andere Uganda, Liberia en Pakistan. Het is een mooie weergave van hoe Right To Play te werk gaat en wat sport en spel voor kinderen kan betekenen. Je ziet de geschiedenis van Right To Play en hoe een idee van sport voor ontwikkeling in de loop van de jaren is uitgegroeid tot een wereldwijde organisatie. Maar de documentaire is natuurlijk niet het complete verhaal. De filmmakers hebben zich alleen op mij gericht terwijl Right To Play veel meer is. Er werken duizenden vrijwilligers wereldwijd met hart en ziel voor de organisatie.
2. Waarom is sport en spel zo belangrijk voor kinderen in ontwikkelingsgebieden?
In het westen beschouwen we sport en spel als vanzelfsprekend, maar dat is het niet. Het is een luxe. Spelen is de ultieme manier van leren en als kinderen niet kunnen spelen omdat het onveilig is in hun land missen ze een belangrijk deel van hun jeugd. In het geval van kinderen die een oorlog hebben meegemaakt is sport vaak ook een vorm van ‘angermanagement’. Hoewel hun leven na de vaak gruwelijke ervaringen nooit meer hetzelfde is, geven we deze kinderen met sport en spel een duwtje in de richting van een betere toekomst. Door te spelen leren kinderen vriendschappelijk met elkaar om te gaan en samen te werken.
3. Hoe overtuig je critici van het nut van het werk van Right To Play?
Hoe belangrijk is het voor een kind om in een omgeving te leven waar ze veilig buiten kunnen spelen en naar school kunnen? Niemand kan ontkennen dat een veilige leefomgeving voor kinderen cruciaal is om goed op te kunnen groeien. Right To Play creëert deze omgeving voor kinderen. Met sport en spel vormen we een creatieve leeromgeving. Jaarlijks bezoek ik gebieden waar Right To Play werkzaam is en bij elk bezoek krijg ik de bevestiging dat we goed werk doen. Je ziet kinderen opbloeien, ze ontwikkelen teamgevoel en schoolresultaten schieten zichtbaar omhoog.
4. Was het makkelijker om fondsen te werven toen je nog in de schijnwerpers stond als schaatser?
Ik heb zeker mijn eigen bekendheid gebruikt om ook bekendheid te werven voor Right To Play. Het feit dat mensen mij kenden omdat ik gouden Olympische medailles heb gewonnen heeft veel deuren geopend. Ik weet dat mensen mij nu totaal niet meer kennen als bekend schaatser, maar voor het werk bij Right To Play maakt dat niets uit. Wat ik voor Right To Play doe heeft niets met mij te maken, maar met de kinderen waar we het voor doen.
5. Veel topsporters wereldwijd en ook in Nederland zijn ambassadeur voor Right To Play. Welke Nederlandse topsporters staan nog op jullie verlanglijstje?
Onze ambassadeurs zijn heel belangrijk voor ons. Ze zijn rolmodellen voor de kinderen. We willen graag meer voetballers strikken, maar dat is heel lastig. Bij voetballers zitten vaak de managers en andere sponsorcontracten in de weg en ze zitten veel in het buitenland. Maar het zou mooi zijn als we een paar grote Nederlandse voetbalnamen hebben. Van de schaatsers hebben Sven Kramer en Ireen Wüst wel dingen voor ons gedaan, maar zij zijn geen vaste ambassadeurs. Het zou wel leuk zijn als zij ambassadeur willen worden, maar er zijn zoveel sporters waar we blij mee zouden zijn. Vanmiddag ben ik met de medewerkers van Right To Play Nederland naar Feyenoord geweest, die wil ik!
De film ‘Right To Play’ werd vertoond naar aanleiding van de nieuwe campagne van de Rainbow Collection ‘Support & Play’ die zich richt op dé sportzomer van 2012. Tijdens het EK voetbal en de Olympische Spelen verkoopt de organisatie oranje armbandjes, waarmee niet alleen de Nederlandse sporters gesteund worden maar ook kansarme kinderen. Het doel is om met de opbrengst van de armbanden bij te dragen aan de missie van Right To Play om voor het eind van 2012 een miljoen kinderen aan het spelen en sporten te hebben.
De documentaire ‘Right To Play’ is geproduceerd door Frank Marshall (bekend van onder andere ‘The Sixth Sense’ en ‘The Curious Case of Benjamin Button’) en wordt volgend voorjaar getoond op de Amerikaanse sportzender ESPN.
