Achtergrond

Hoe Mubaraks woestijnutopie mislukte

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Hosni Mubarak wilde met zijn utopische woestijnontwikkelingsproject Toshka een plaats veroveren in de Egyptische geschiedenisboeken. Maar politieke tegenstanders staken er een stokje voor.

In 1997 begon het Mubarak-regime in het zuiden van Egypte, aan de grens met Sudan, aan een grandioos project. Een gebied ter grootte van anderhalfmaal Flevoland (234.000 hectare) zou in de Toshka Vallei veroverd worden op de woestijn. Boeren gingen de grond bewerken. Druiven en tomaten zouden er in overdaad groeien. Een stad moest verrijzen, met ziekenhuizen, scholen, supermarkten en bedrijven. Men sprak over drie tot zeven miljoen Egyptenaren die er naar toe zouden trekken. Over 2,8 miljoen nieuwe banen. En dit alles zou in 2017 werkelijkheid zijn.

Het deel dat anno 2014 gerealiseerd is, is an sich indrukwekkend. Het Mubarak pompstation, een immens flatgebouw in het Nassermeer, pompt water over vijftig kilometer naar een drietal landerijen. Daar ontspruiten uit het veredelde woestijnzand miljoenen tarwehalmen en gedijt de alfalfa wonderwel.

Toch is het maar een fractie van wat eens gepland was. Op tien procent van het oppervlak groeien planten. En Toshka stad? Het is niet meer dan een handvol pakhuizen in een desolaat woestijnlandschap.

Woestijnontwikkeling
Op de American University in New Cairo verklaart Richard Tutwiler (61), directeur van het Desert Development Centre, dat Toshka niet representatief is voor woestijnontwikkeling in Egypte. “De meeste projecten verliepen voorspoedig. Het oppervlak gecultiveerd land steeg in vijftig jaar met twintig procent, een kleine miljoen hectare. Die toename werd deels gerealiseerd door keuterboertjes aan de randen van de Nijlvallei en -delta; ze trokken een kanaal verder door en bewerkten de bodem totdat die rijp was voor beplanting. Een ander deel, de grote projecten, werd opgestart door de overheid.”[[{“fid”:”23348″,”view_mode”:”default”,”type”:”media”,”attributes”:{“style”:”width: 550px; height: 271px;”,”class”:”media-element file-default”}}]]

Die zou er verstandig aan doen dit beleid voort te zetten, zegt de Amerikaan. Door de explosieve bevolkingsgroei moet de overheid meer ruimte creëren voor zijn burgers. Meer ruimte om gewassen te telen zodat het land zichzelf kan voeden. Meer ruimte om te wonen. Want nu al leven Egyptenaren opeengepakt: 95 procent van de 85 miljoen tellende bevolking leeft op vijf procent van het land, in de Nijlvallei en –delta. Bovendien verdwijnt landbouwgrond. Enerzijds door woningbouw. Vaders bouwen voor hun zonen illegaal maar massaal huizen op hun grondgebied. Anderzijds door verzilting van de mediterrane randen van de Nijldelta. Daarom is woestijnontwikkeling belangrijk voor Egypte, aldus de hoogleraar.

Toshka
Wat mankeert er dan aan Toshka? Volgens Tutweiler zijn de landbouwtechnische horden goed te nemen. Uitdagingen liggen op sociaal- en economisch vlak “Het is zó, zó ver weg van alles en iedereen. Omdat Toshka city nooit gebouwd is, omdat er geen voorzieningen zijn voor de familie, werken arbeiders drie weken aaneen, treinen dan twaalf uur naar hun gezin in de delta om na een week weer terug te keren.” Maar het is toch vooral politiek. Vanaf het begin was Toshka omstreden. Voor milieugroepen was het de grootschaligheid van het project; zij zagen liever grote investeringen in duurzame lokale landbouw. Maar belangrijker was wellicht het oordeel van de moslimbroederschap. Ook die waren tegen. Mubarak zou met met ‘zijn piramide’ slechts in de geschiedenisboeken willen komen.

Iedereen die destijds Mubarak wilde aanvallen, viel Toshka aan, zegt Daniel Leroux (59), in Heliopolis, een buitenwijk van Cairo. Dat bleek volgens het hoofd van Kadco Egypt, een van de drie bedrijven die gewassen verbouwt in de Vallei, de grootste hindernis voor een voortvarende start van de onderneming en het gehele Toshkaproject. De Fransman zucht: “Het project kreeg een slecht imago in Egypte en daarbuiten. Het werd praktisch onmogelijk om mede-investeerders te vinden.”

Revolutie
Toen na de val van Mubarak bleek dat maar een fractie van het geplande gerealiseerd was en de kritiek op het project toenam, leverden beide Arabische firma’s min of meer gedwongen 75 procent van hun land in.

Maar van de politieke onrust die ontstond na de revolutie merkten de Toshka ondernemingen weinig. En nu gaat het voorspoedig met Kadco Egypt. Saudi prins Al-Waleed bin Talal, een van de rijkste mannen van de wereld, steekt de aankomende acht jaar zeventig miljoen dollar in het project waardoor Kadco in 2019 het gehele land bebouwd heeft.

Daarvan zullen echter weinig gewone Egyptenaren profiteren. De Toshka-ondernemingen gaat zoveel mogelijk over op gemechaniseerde landbouw, geeft Leroux aan. Weinig nieuwe arbeidsplaatsen zullen er bijkomen.

Die 2,8 miljoen extra banen zijn een fantasie gebleken. Geen stad verrees. Een grote volkstrek bleef uit. Toshka lijkt voor de doorsnee Egyptenaar een gestrand woestijnontwikkelingsproject waarin enkele rijke Arabieren én de Egyptische staat heel veel Egyptische ponden staken. Alleen het Mubarak pompstation kostte 436 miljoen dollar.

“Voor woestijnontwikkeling”, zo verklaarde Richard Tutweiler, “moet je behalve zo rijk zijn als Midas, wijs zijn als Solomon, en het geduld hebben van Job”. Wellicht helpt deze uitspraak die beleidsmakers verder die eens het project zo willen vlottrekken dat een groter deel van de bevolking profiteert van de investeringen in Toshka.
 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons