Achtergrond

Gebruik anticonceptie in Rwanda fors toegenomen

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

De volkerenmoord in Rwanda begin jaren ’90 staat veel mensen nog vers in het geheugen. Sinds het einde van de burgeroorlog investeert het land veel in verzoening en in het realiseren van de Millennium Ontwikkelingsdoelen. Om Rwanda verder te ontwikkelen lanceerde de Rwandese overheid in 2006 een gezinsplanningsprogramma. De Rwandese Dieudonné Muhoza onderzocht in zijn proefschrift de invloed van dit programma op de vruchtbaarheidsdaling van de bevolking. Opvallend is dat het gewenst kindertal en het gebruik van anticonceptie in 2010 nauwelijks meer verschilt naar sociaaleconomische positie of culturele achtergrond. 

Wat zijn de belangrijkste bevindingen van het onderzoek? 
“Mijn onderzoek gaat over excess fertility in Rwanda, wat betekent dat iemand meer kinderen heeft dan gewenst. In 2005 hadden vrouwen gemiddeld 6,1 kinderen, terwijl deze vrouwen gemiddeld liever 4,5 kinderen wilden. Veel Rwandezen hadden dus wel behoefte aan anticonceptie, maar hadden hier geen toegang toe. In 2006 startte de overheid een programma van gezinsplanning. In 2010 was het vruchtbaarheidscijfer gedaald tot 4,6 kinderen per vrouw. Een daling van 25% ten opzichte van 2005. Deze snelle daling is hoogst uitzonderlijk te noemen en wordt veroorzaakt door een toename in het gebruik van anticonceptie van 17% naar 52% onder gehuwde vrouwen in de vruchtbare leeftijd.” 

Hoe kunnen deze veranderingen in overheidsbeleid en in het gebruik van anticonceptie worden verklaard?
“Hier zijn meerdere redenen voor. De gezondheidszorg lag na de oorlog in puin en was dus lange tijd een barrière in het gebruik van anticonceptie. Ongeveer 40% van de klinieken had bovendien een protestantse of katholieke grondslag. Anticonceptie werd in deze klinieken niet bepaald toegejuicht. Daarnaast was het voor de overheid niet makkelijk om gezinsplanning – en met name geboortebeperking – te promoten na de verschrikkingen van de burgeroorlog waarbij 800.000 mensen werden vermoord.”

Dieudonné Muhoza promoveert op maandag 22 december aan de faculteit Geowetenschappen van de Universiteit Utrecht. Zijn proefschrift is getiteld Excess Fertility and Family Planning in Rwanda: Understanding the shift to a high contraceptive prevalence country. Muhoza werd in Congo geboren, maar is van oorsprong Rwandees en keerde na de burgeroorlog terug naar het land. Muhoza is docent demografie en toegepaste statistiek aan de National University of Rwanda. 

Waarom is het terugdringen van de bevolkingsgroei zo belangrijk in Rwanda? 
“Rwanda is bijna even dichtbevolkt als Nederland en kent veel armoede. Mensen leven grotendeels van de landbouw. Het gemiddelde grondbezit van boerenfamilies is erg klein. Dan is het hebben van veel kinderen nadelig. Er is voor de kinderen dan geen werk en zij kosten alleen maar geld. In andere Afrikaanse landen ligt de situatie anders, want daar is veel meer land en zijn veel kinderen dus gewenst. Zowel de Rwandese overheid als de burgers realiseren zich dat een lager kinderaantal noodzakelijk is om de armoede tegen te gaan. Niet alleen de arme plattelanders, ook de rijkere stedelingen hebben te maken met hoge kosten voor kinderen en weinig baten. Ook voor hen is een lager kinderaantal gunstiger.”     

Bestaan er verschillen tussen groepen in de behoefte aan gezinsplanning en het gebruik van anticonceptie? 
“In 2005 was het gebruik van anticonceptie onder arme, onopgeleide mensen veel lager dan onder rijke, opgeleide mensen. Terwijl iedereen wel de behoefte had aan gezinsplanning. Mijn onderzoek wijst uit dat dit verschil in 2010 is verdwenen. De behoefte aan gezinsplanning en het gebruik van anticonceptie is even hoog onder hogere sociaaleconomische klassen als onder lagere sociaaleconomische klassen. De opvallendste conclusie voor Rwanda is dat het gewenste kindertal in vergelijking met de situatie in omliggende landen veel minder varieert naar sociale groepen.”  

Waardoor is dat verschil tussen arm en rijk verdwenen? 
“Dat komt door het bevorderen van kennis en bewustzijn van gezinsplanning en door betere toegang tot anticonceptie. Het bevorderen van kennis en bewustzijn had als doel om sociale barrières weg te nemen. Zo werden mannen meer betrokken bij dit thema en werden op lokaal niveau mensen aangesteld om het bewustzijn van gezinsplanning te vergroten. Ook maakte de overheid gebruik van lokale leiders. Al deze activiteiten leidden tot een toename in het gebruik van anticonceptie. Een betere toegang tot anticonceptie ontstond doordat de overheid vanaf 2003 een nieuw gezondheidssysteem implementeerde. Dit systeem richtte zich op het toegankelijk maken van gezondheidszorg voor alle Rwandezen en op het realiseren van de Millennium Ontwikkelingsdoelen, zoals het terugdringen van kinder- en moedersterfte. Er kwam een betere geografische dekking en mensen konden voor relatief weinig geld lid worden van dit gezondheidszorgsysteem en hadden daarmee gratis toegang tot bijvoorbeeld anticonceptieve middelen. Zo werd het gezinsplanningsprogramma vanaf 2006 geïntegreerd in het al bestaande gezondheidssysteem.” 

Wat kunnen andere landen leren van deze ontwikkeling in Rwanda? 
“Dat het van groot belang is om het lokale niveau en lokale leiders te betrekken bij een omvangrijk programma als gezinsplanning. In Rwanda bleek dit erg succesvol in het proces van bewustwording. Ook kunnen andere landen leren van de rol die de overheid in deze demografische verschuiving heeft gespeeld. Zelfs de president van Rwanda liet zich in een speech uit over dit vraagstuk. Hierin stelde hij dat een gezin met drie kinderen het ideaal is. En Rwanda heeft gezinsplanning niet alleen onderdeel van het beleid gemaakt, maar biedt ook op praktisch gebied mogelijkheden hiervoor. Dat gebeurt weinig in andere landen.” 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons