Achtergrond

‘De kinderen moesten bloeden voor de Taliban’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Vandaag precies een jaar geleden bestormden zwaar bewapende Taliban een school gerund door het leger in Peshawar, Pakistan. Ze schoten uit vergelding 157 kinderen en hun onderwijzers dood. De open wonden bij de nabestaanden willen sindsdien maar niet genezen.

[[{“fid”:”43857″,”view_mode”:”file_styles_artikel_halve_breedte”,”fields”:{“format”:”file_styles_artikel_halve_breedte”,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:”Inside Of Pakistan Peshawar school After Attack Photos”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:”Inside Of Pakistan Peshawar school After Attack Photos”},”type”:”media”,”attributes”:{“alt”:”Inside Of Pakistan Peshawar school After Attack Photos”,”class”:”file-file-styles-artikel-halve-breedte media-element”}}]]

 

Schokkende foto's van de aanslag op de school in Peshawar.

De vermoorde leerlingen zijn door de Pakistaanse regering tot martelaren uitgeroepen. Scholen door het hele land worden naar ze vernoemd. Maar de ouders en de overlevenden van het bloedbad hebben geen behoefte aan ceremonies, maar aan psychologische hulp. Na de  gruwelijke dood van hun kinderen en klasgenoten weten zij niet hoe ze verder moeten gaan. 

Owais met zijn familie

 

Owais met zijn ouders en zusje.

Teveel gezien
"Mijn leven is voorgoed kapot", zegt de veertienjarige Owais (14). Hij trekt met de rechterkant van zijn gezicht. Een zenuwtrek die hij volgens zijn moeder Farzana na de aanslag op zijn school heeft overgehouden. "Hij heeft te veel gruwelijke dingen gezien", vertelt ze met tranen in haar ogen.

Owais was in het auditorium op de bewust zestiende december. Meer dan zeshonderd kinderen, voornamelijk jongens, waren die ochtend bijeen geroepen. Kort na tien uur vielen zeven Taliban al schietend met hun mitrailleurs de volle zaal binnen. "Ze gingen rij voor rij af met hun geweren. Iedereen huilde en schreeuwde. Overal lag bloed. Ik hoorde de terroristen tegen elkaar zeggen dat geen kind levend naar buiten mocht." Als een wonder overleefde hij het bloedbad door zich uren voor dood te houden onder de lichamen van zijn vriendjes. 

Sinds de massamoord is Owais bang. Hij doet ‘s nachts geen oog meer dicht. "Ik droom dat terroristen de school komen binnenvallen. Ik denk soms ook dat ze bij ons voor het huis staan om mij alsnog te doden." In de klas kijkt hij elke dag opnieuw naar de plekjes waar hij zich kan verbergen. Hij vreest dat hij nooit meer over zijn angstgevoelens heenkomt.

We kregen een stagiaire toegewezen die niets van het verdriet van mijn kind begreep. Hij was toch nog in leven?

Bijna alle nabestaanden en slachtoffers van het bloedbad een jaar geleden schreeuwen om psychologische hulp. Ondanks alle mooie beloften van zowel de regering als de school is er geen begeleiding voor de ouders en de getraumatiseerde kinderen. Een week geleden kwam op eigen initiatief een psycholoog uit Amerika over die groepsgesprekken met alle ouders hield. Daarna vertrok ze weer.  

Vertrouwen kwijt
De ouders van Owais brachten hun zoon een paar keer naar een ziekenhuis in Peshawar waar de kinderen gratis om een psycholoog konden vragen. "Iedereen had het te druk. We kregen een stagiaire toegewezen die niets van het verdriet van mijn kind begreep. Hij was toch nog in leven? Ze stonden geen moment stil bij wat hij allemaal heeft meegemaakt. Zijn ziel is voor de rest van zijn leven beschadigd", huilt zijn moeder Farzana. Ze heeft ook hulp nodig. Ze is verward. Ze weet niet hoe ze haar kind moet opvangen. Elke dag als hij met zijn jongere zusje naar school gaat is ze bang voor een nieuwe aanslag op haar kinderen. Ze is haar vertrouwen kwijt.

"Hoe ga je als gezin met elkaar verder als je zoon of je broer door negen kogels om het leven kwam? Ik weet het niet. We hebben allemaal hulp nodig." Tranen wellen op in de ogen van Samiya Salman als ze foto’s van haar vermoorde zoon Aamish laat zien. Een stoere veertienjarige tiener die van sportauto’s hield en het liefst zijn weekeinden met zijn oom in zijn jeep in de bergen en rivieren buiten de stad Peshawar doorbracht.

Aamish bij een sportautoAamish was gek van auto's.

"Hij wilde later de president van de Sportautobond in Pakistan worden. Behalve wiskunde, want daarin schitterde hij, was hij een middelmatige student", vertelt zijn vader Salman. Hij aait over de foto van zijn zoon waarop hij met zijn glimmende zonnebril naast de jeep staat. Komende week zou hij zestien zijn geworden. Zijn bed en klerenkast staan erbij alsof hij ieder moment thuiskomt. Zijn fiets staat buiten op de stoep. "Ik krijg het niet over mijn hart zijn spullen op te ruimen, zegt zijn moeder Samiya. Aamish was haar eerst geboren zoon."

Ik heb nog zoveel vragen. Was hij meteen dood? Of heeft hij nog erg geleden?

Samiya beleeft opnieuw die gruwelijke dag. "Vijf uur hebben we samen met de ouders voor de gesloten deuren van de legerschool staan wachten. We hoorden de schoten binnen. Het leger liet ons er niet in." Ze veegt met haar zakdoek over haar ogen. "Ik heb nog zoveel vragen. Was hij meteen dood? Of heeft hij nog erg geleden?" 

Struikelen over levenloze lichamen
Via zijn vriend die naast Aamish zat weten de ouders een klein beetje wat er met hun zoon is gebeurd. "Aamish zat eerst met zijn vrienden in het auditorium op de voorste rij. Omdat hij te luidruchtig was moesten ze naar achteren, dichtbij de deur waar de Taliban door heen braken", vertelt zijn vader. Een vriend die zelf half bewusteloos met een kogel in zijn hoofd op de grond lag, zag Aamish wegrennen voor de kogelregens. Ergens halverwege struikelde hij over een berg levenloze lichamenen. Daarna weet de vriend niet meer wat er gebeurde. Hij werd een dag later wakker in het ziekenhuis.

De ouders van Aamish probeerden die dag hun hoop niet te verliezen. "Zelfs toen de laatste jongens die het bloedbad hadden overleefd uit de school naar buiten kwamen rennen, bleven we geloven dat onze zoon niet dood was." Ondertussen hadden de families te horen gekregen dat de gewonden over drie ziekenhuizen in Peshawar waren verspreid. Salman en zijn vrouw Samiya, samen met haar jongste broer met wie Aamish zijn liefde voor auto’s deelde, kamden gescheiden van elkaar de klinieken af. Salman vond zijn zoon uiteindelijk op de grond in een ziekenhuis tussen een rij van honderd lichamen in. "De kinderen hadden hun schooluniforms aan. Ze leken met al dat bloed op hun kleren en gezichten allemaal op elkaar."   

Geen school in Peshawar was bereid het zwaar getraumatiseerde kind op te nemen

In Pakistan staan vandaag de kranten vol met steunbetuigingen aan de slachtoffers. "Wat hebben we er aan", vindt Owais zijn moeder. Ze voelt zich in de kou gezet. Na het bloedbad probeerde ze haar zoon op een ander onderwijsinstituut te krijgen. Geen school in Peshawar was bereid het zwaar getraumatiseerde kind op te nemen. De legerschool ging na vier maanden weer open. Op de plek waar het auditorium stond is nu een basketbalveld. 

Schuldgevoel
Owais kan zich niet concentreren. Zijn schoolresultaten zijn ronduit slecht. Uit een onderzoek van de universiteit in Peshawar blijkt dat alle kinderen die het bloedbad overleefden 45 procent minder scoren dan hun gezonde klagenoten. Naast zijn angst voelt hij zich schuldig. Hij mocht blijven leven. Meer dan de helft van de kinderen in zijn klas kwam om. Hij bezoekt nog bijna dagelijks de ouders van zijn vermoorde vriend. Ze oefenen nog eens extra druk op hem uit. "Als je niet meer elke dag komt weten wij dat jij je beste vriend bent vergeten."

De ouders van Aamish bezochten eenmaal het ziekenhuis voor therapeutische hulp. Ze voelden zich evenmin begrepen. De Umra, een kleine pelgrimstocht naar Saoedi-Arabië bracht enige verlichting. "Ik voel de steun van mijn God", zegt Aamish’ vader Salman. "Mijn zoon is bij hem. Op een betere plek dan op deze aarde. Hij is niet dood. Straks zullen we hem weer zien."

Er was nauwelijks bewaking
Aamish moeder is naast verdrietig vooral boos en verbitterd. "Heb je gezien hoe Peshawar in de aanloop naar de herdenking vandaag in een bewaakt fort is veranderd? In iedere straat patrouilleert het leger. Waar waren ze een jaar geleden?", huilt ze. Ondanks de waarschuwende berichten over een mogelijke aanval op de school was er die dag nauwelijks bewaking. De Taliban waren uit op een vergeldingsactie voor de militaire operatie in hun ‘thuisland’ Noord-Waziristan, een van de tribale gebieden langs de Afghaanse grens. "Onze kinderen moesten ook bloeden", luidde de verklaring van de Taliban. Maar de meeste ouders op de school hebben geen militaire achtergrond. De vader van Aamish is een zakenman en die van Owais is een bankier.

De familie van AamishDe familie van Aamish.

Zijn dood is niet helemaal voor niets geweest

De drie zusjes van Aamish komen binnen. Ze gaan naar de meisjesafdeling van de legerschool waar hun broer de dood vond. Nu is de school net zoals de meeste onderwijsinstituten in Pakistan veranderd in een onneembare vestiging met torenhoge muren en sluipschutters  op het dak. "Mijn zoon is dood. Ik krijg hem niet meer terug. Hij heeft wel zijn leven gegeven voor zijn zusjes en andere Pakistaanse kinderen. Na het bloedbad zijn eindelijk alle scholen beter beveiligd. De situatie is rustiger geworden. Er zijn minder aanslagen. Zijn dood is niet helemaal voor niets geweest", zegt zijn vader Salman.

Kinderen steeds vaker het doelwit
Zie ook dit artikel wat Wilma van der Maten een week na de aanslag voor OneWorld schreef. 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons