Achtergrond

Blijf met je voeten in de klei staan

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Het ‘rampjaar 2014’, met talrijke crises dichtbij en ver van huis, heeft het belang van effectieve noodhulp nog eens ondubbelzinnig over het voetlicht gebracht. Van Irak tot Zuid-Soedan tot Syrië en de Centraal Afrikaanse Republiek: het menselijk lijden kent momenteel geen weerga. Meer dan 50 miljoen mensen zijn volgens de Verenigde Naties (VN) van huis en haard verdreven als gevolg van humanitaire crises. De VN spreekt veelbetekenend, als het gaat om de genoemde landen, over ‘L3’ (Level 3) crises, daarmee implicerend dat er ook nog L1 en L2 crises zijn. Waar moeten we met onze gelimiteerde middelen in vredesnaam beginnen om mensen in nood te helpen?

Tien Nederlandse humanitaire hulporganisaties organiseerden op 

12 februari 2015 de Nederlandse Humanitaire Top.  

Ik zag soms wel wat ongemak bij deelnemers aan de Nederlandse Humanitaire Top, afgelopen 12 februari. Noodhulp-professionals zijn doeners. Ze staan het liefst – zij aan zij met de getroffen lokale bevolking – met hun schoenen in de modder om het menselijk lijden te lenigen. Praten laten ze liever over aan politici of beleidsmakers. Er moet een klus geklaard worden. Elke seconde aarzeling kan fataal zijn.

Noodhulp-professionals zijn doeners. Praten laten ze liever over aan politici of beleidsmakers.

Ambitie: nog betere noodhulp
Er werden veel verstandige dingen gezegd tijdens de Top in het Humanity House en het Paard van Troje. De slotverklaring die werd gepresenteerd straalt de wil uit om het (nog) beter te doen. Noodhulp kan immers, zoals elke tak van sport, beter. De coördinatie kan beter, de snelheid van ‘ter plekke zijn’ na een ramp kan omhoog, de link tussen noodhulp en structurele ontwikkeling moet strakker. Enzovoort. Ook Minister Ploumen straalde terecht de ambitie uit om weeffouten in het humanitaire systeem aan te pakken. Zeker nu Nederland met een forse injectie in het noodhulpbudget behoort tot de top 10 van de grootste humanitaire donoren in de wereld.

Het is daarom positief dat de Nederlandse humanitaire organisaties zich kwetsbaar hebben opgesteld en hun oor te luister hebben gelegd bij een keur aan ervaringsdeskundigen en academici om systemische verbeteringen in de noodhulpketen door te voeren. En sommige van de gesuggereerde verbeteringen worden, as we speak, in de praktijk gebracht. De consortia van Nederlandse noodhulporganisaties in onder meer Zuid-Soedan en Noord-Irak creëren nu al duidelijke meerwaarde ter plekke. Ze bevestigen dat goede afstemming en samenwerking bij humanitaire crises een conditio sine qua non is om impact te bereiken. En op het terrein van noodhulp-innovatie staan op korte termijn interessante dingen te gebeuren, zo beloofde de innovatiemarkt tijdens de Top.

Noodhulp kan, zoals elke tak van sport, beter.

Grootste budget ooit
Het is daarom terecht dat noodhulp nu meer dan ooit in de schijnwerpers staat. In het Nederlandse ontwikkelingsbeleid was het altijd maar een ondergeschoven kindje. Politiek is het nooit een spannend onderwerp geweest. Elke partij, van links tot rechts, onderschrijft de noodzaak van noodhulp in verkiezingsprogramma’s – ook partijen die niks op hebben met ontwikkelingssamenwerking.

Er zijn jaren voorbijgegaan in de Tweede Kamer zonder dat er een debat aan noodhulp is gewijd. Dat is nu veranderd. Noodhulp is één van de centrale pijlers geworden van het buitenlandbeleid. Het was uiteindelijk een deal van de regeringspartijen en de constructieve oppositie die ervoor zorgde aan dat Nederland het grootste noodhulpbudget ooit ter beschikking heeft. Dat schept, vindt minister Ploumen-  en gelijk heeft ze – verplichtingen.

Waar moeten we in vredesnaam beginnen om mensen in nood te helpen?

Van Den Haag naar Istanbul
De Nederlandse Humanitaire Top is een opmaat naar de Wereld Humanitaire Top (WHS) in Istanbul die voor mei 2016 gepland staat. De slotverklaring werd daarom aangeboden aan Robert Smith, vertegenwoordiger van de WHS. Tussendoor – komende maand al – vindt in het Japanse Sendai een internationale conferentie plaats over Disaster Risk Reduction (DRR). Ligt een van de sleutels voor het beperken van het menselijke lijden immers niet in betere rampenpreventie?

Kortom: een belangwekkend jaar ligt voor ons, waarin op allerlei niveaus en in allerlei contexten veel gesproken gaat worden over hoe we als internationale gemeenschap (VN, NGO’s, bedrijven, overheden etc.) ‘betere noodhulp’ tot stand kunnen brengen. Maar kunnen we alsjeblieft – geheel in de geest van de noodhulp-professionals – vooral in de praktijk laten zien hoe het beter kan in plaats van slechts in prachtige teksten? De mensen in de CAR, Syrië, Zuid-Soedan, Irak en talrijke andere crisesgebieden, hebben dat keihard nodig.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons