Calera claimt een manier te hebben gevonden waardoor de productie van cement meer CO2 absorbeert dan dat het uitstoot. Het Wereld Natuurfonds verwacht zelfs dat indien cementfabrieken niet efficiënter gaan werken, of overstappen op duurzame energiebronnen, deze sector in 2030 meer schade aan het klimaat zal aanrichten dan de gehele EU.
Cementfabrieken zijn momenteel al verantwoordelijk voor ongeveer 6 procent van de gehele CO2 uitstoot die door mensen wordt geproduceerd. Om het materiaal te kunnen maken moet kalksteen eerst sterk worden verhit. En dit kost zeer veel energie en brandstof. Bovendien maakt deze verbranding ook CO2 uit het gesteente zelf vrij.
CO2 lost op
"Calera legt juist per ton geproduceerd cement, een halve ton CO2 vast," aldus oprichter Brent Constanz. Het bedrijf stuurt het uitlaatgas van fabrieken en energiecentrales door zeewater. Het CO2 lost op, en als het aan opgelost calcium bindt, ontstaat er een krijtachtig carbonaat bijproduct. En dat kan weer als de basis voor cement dienen. Op deze manier is het niet meer nodig om het cement in koolgebrande ovens op te warmen.
"Van elke geproduceerde ton cement, wordt wel tweevijfde ton aan koolstofdioxide opgeslagen," vertelt Constantz. Volgens Constantz lijkt Calera het enige levensvatbare en economisch haalbare bedrijf dat zo een grote hoeveelheid koolstofdioxide kan opvangen en isoleren.
Maar Calera is niet alleen in zijn soort. Ook in Canada, Londen en Californië zijn enkele bedrijven al bezig om CO2 uitstoot van fabrieken te gebruiken voor de productie van cement. Maar Calera en de andere opkomende cementfabrieken moeten nog bewijzen dat deze manier van produceren, duurzaam en vooral ook lucratief is in vergelijk met traditioneel cement.
