Achtergrond

‘Nog lang niet met pensioen’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

In het kader van 65 jaar ontwikkelingssamenwerking publiceert OneWorld een serie interviews met ingewijden met een visie. Zij maken de balans op van 65 jaar ontwikkelingssamenwerking en geven hun blik op de toekomst.
Vandaag: Paul van de Berg, politiek adviseur bij Cordaid.

[[{“fid”:”31332″,”view_mode”:”file_styles_artikel_halve_breedte”,”fields”:{“format”:”file_styles_artikel_halve_breedte”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:”Paul van den Berg van Cordaid”,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:”Paul van den Berg van Cordaid”},”type”:”media”,”link_text”:null,”attributes”:{“class”:”styles file-styles artikel_halve_breedte media-element file-file-styles-artikel-halve-breedte”,”id”:”styles-4-0″}}]]

Paul van de Berg

Feestje of flop: wat betekent 65 jaar ontwikkelingssamenwerking voor jou?
“Ontwikkelingssamenwerking is natuurlijk nooit een feestje. Het is pure noodzaak. Deze 65 jaar is dus een mixed bag. We hebben mensen en landen uit de armoede geholpen met ontwikkelingsactiviteiten en de Nederlandse ontwikkelingssector is, zoals de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid het noemt, een ‘uniek exportproduct’ geworden. Nederland heeft zowel goede ontwikkelingskennis in huis als veel professionele niet-gouvernementele organisaties. Daar mag je trots op zijn. Maar tegelijkertijd zijn er in 65 jaar ook nieuwe armen bijgekomen en zijn er projecten misgegaan.”

De wereld van nu is meer verbonden en complexer dan 65 jaar terug

“Deze mijlpaal is voor mij dus eerder een aanleiding om de balans op te maken. Er is immers ontzettend veel veranderd. De wereld van nu is meer verbonden en complexer dan 65 jaar terug. Dat roept fundamentele vragen op. Want kunnen we door gaan zoals we nu ontwikkelingssamenwerking doen, of moet het roer radicaal om? Het lijkt me een goed moment om juist nu, na 65 jaar ontwikkelingssamenwerking, bij deze vragen stil te staan.”

Wat moet de ontwikkelingssector volgens jou veranderen?
“Heel veel dingen moeten anders. Voorheen ging geld van Noord naar Zuid, van rijk naar arm. Maar dat kun je niet meer zo absoluut stellen. Kijk naar de opkomst van vroegere ontwikkelingslanden als India en Brazilië. Of het feit dat de wereld tegenwoordig veel meer verknoopt is. Van terrorisme en vluchtelingen tot handelsverdragen en belastingstelsels, het is allemaal verbonden met ontwikkeling. Je kunt ontwikkelingssamenwerking dus niet meer in isolatie zien. Kortom, we moeten op zoek naar een nieuw discours.”

“Wat daarbij kan helpen is het ontwikkelen van een integrale visie. Een kijk op ontwikkelingssamenwerking die de link legt met andere terreinen binnen de ministeries van Defensie en Buitenlandse Zaken. Hoe die verbanden precies in elkaar steken? Dat zou ik graag van minister Ploumen van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking horen in een visionaire Kamerbrief. Dat zou de ontwikkelingssector echt radicaal kunnen hervormen.”

Het Nederlandse ontwikkelingsbudget krimpt al jaren. Hoe kunnen we zo’n integrale – en dus grotere en duurdere – ontwikkelingsagenda financieren?
“Juist door het gebrek aan een integrale visie vanuit ontwikkelingssamenwerking, is nu het hek van de dam. Het ontwikkelingsbudget is een graaibak geworden voor andere ministeries, terwijl vrijwel de hele mondiale ontwikkelingsagenda bij Ploumen is geparkeerd. Neem middeninkomenslanden, aid & trade en klimaat. Die krijgen allemaal ontwikkelingsgeld, maar de samenhang ontbreekt. Ik vraag me dan af: wat blijft er vervolgens nog over voor de allerarmsten? Vandaar mijn oplossing: ik ben voor een integrale ontwikkelingsagenda, maar als het gaat om ontwikkelingssubsidie, het ODA-budget, moeten we juist terug naar de basis. Terug naar de meest schrijnende gevallen van  armoede. Want door de jaren heen zijn we die focus dus wat kwijtgeraakt.”

“Cordaid richt zich daarom specifiek op fragiele staten, zoals Zuid-Soedan en de Centraal-Afrikaanse Republiek. Kortom, de afvoerputjes van de wereld, die verstoken zijn van enige ontwikkeling. Volgens de Wereldbank zal in 2030 twee derde van ’s werelds allerarmsten in dat soort landen wonen. Dus wil je, zoals de post-2015-agenda van de Verenigde Naties voorstelt,  armoede in één generatie de wereld uit hebben, dan moet je juist op de allerarmste landen richten.”

En de allerarmsten in landen zoals India en Brazilië, bij wie kunnen zij straks terecht?
“Ik vind dat ODA-geld naar de meest schrijnende landen moet gaan, maar dat betekent absoluut niet dat we de armen uit Brazilië of India aan hun lot moeten overlaten. Integendeel. Juist in dat soort landen kan het optuigen van een middenklasse of een belastingsysteem een relevante vorm van armoedebestrijding zijn. Maar gebruik daar andere potjes voor dan ODA-geld. Iedereen is verantwoordelijk voor ontwikkeling, dus laat andere ministeries, bedrijven en het publiek meebetalen. Of richt een heel nieuw ministerie voor Mondiale Ontwikkeling op, met een specifieke ODA-post. Kortom, think out of the box.”

Vanaf 2016 verdwijnt de overheidssubsidie voor ngo’s. Wat betekent dat?
“De Nederlandse ngo-sector gaat er de komende jaren heel anders uit zien. Naast 65 jaar ontwikkelingssamenwerking is het dit jaar ook vijftig jaar geleden dat we begonnen met het financieel ondersteunen van ngo’s. Deze subsidie stopt nu dus. Er komt overigens wel iets anders voor de subsidie in de plaats: de strategische partnerschappen. Maar die zijn niet te vergelijken met de subsidierelatie die ngo’s nu hebben met de overheid. Je kunt daar heel treurig over zijn, maar ik zie het juist als een kans. Je wordt gedwongen om geld binnen te halen via andere bronnen, zoals donateurs of internationale fondsen. Dat leidt tot concurrentie en dat vind ik juist goed. May the best win.”

Ik wil het feestje niet bederven, maar veel van de hulp is symptoombestrijding geweest

“Bovendien kun je met je eigen geld ook veel meer je eigen keuzes maken dan met overheidssubsidie. Kortom, fondsendiversificatie is juist een verrijking voor de Nederlandse ontwikkelingssector. Wel weet je natuurlijk dat er organisaties zijn voor wie het wegvallen van de subsidie te snel gaat en die het niet lukt om elders fondsen binnen te halen. Zij zullen uiteindelijk omvallen of fuseren.”

“Over Cordaid maak ik me geen zorgen. We hadden dit voorzien en zijn al langer bezig met fondsenwerving via bijvoorbeeld de Wereldbank. Onze subsidieafhankelijkheid van het ministerie van Buitenlandse Zaken is dan ook lager dan ooit. Ook kloppen we voortdurend aan bij de Verenigde Naties in New York en hebben we kantoren in de hele wereld. Kortom, we zijn hard op weg een internationale organisatie te worden. Dat is iets wat ik niet had durven dromen toen ik hier zeven jaar geleden begon.”

Welke ontwikkeling moeten we in de gaten houden?
 “Ik vind de post-2015-agenda fascinerend. Het is een ambitieuze agenda met zeventien internationale doelstellingen die ons dwingt om voor het eerst in 65 jaar de rootcauses van mondiale ongelijkheid aan te pakken. Ik wil het feestje niet bederven, maar laten we wel wezen, veel van de hulp is symptoombestrijding geweest. Neem de oneerlijke handelsverhoudingen waardoor landen zijn afgesneden van het wereldhandelssysteem. Dan zijn projecten voor meisjesonderwijs natuurlijk belangrijk, maar voor een deel is dat gewoon dweilen met de kraan open.”

“Deze  mondiale post-2015-agenda dwingt ons een spiegel voor te houden. Want veel van de rootcauses van armoede liggen in onze eigen landen. Neem belastingontwijking van bedrijven, oneerlijke handelsverdragen of de CO2-uitstoot. Al dat soort zaken hebben invloed op de mensen in armere landen. Als je daar je ogen voor sluit, ga je die problemen natuurlijk nooit aanpakken. We gaan nu dus niet alleen meten of Liberia of Sierra Leone op de goede weg zitten, maar ook Nederland zelf. Ik denk dat dit echt een paradigmaverandering teweeg kan brengen. Het beloven spannende tijden te worden.”

Dus voorlopig nog niet met pensioen?
“Nee, ik denk het niet. Armoede is helaas de wereld nog niet uit. Het zou prachtig zijn als je na 65 jaar kan zeggen ‘tijd voor pensioen’, maar zo is het niet. Er gaan nog steeds mensen dood van de honger in landen als Afghanistan en de Centraal-Afrikaanse Republiek en wij kunnen daar iets aan doen. Dus nu met pensioen gaan? Dat zou een haast onethische daad zijn.”

Lees ook de vorige delen uit de serie ‘Hulp met pensioen?’:

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons