25.000 afgedankte bootjes willen maar niet vergaan

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

“Laatst belde een man van een jaar of zeventig me”, vertelt Hans van Smoorenburg van Jacht Recycling. “Of ik zijn bootje, een Cupido van acht meter, wilde recyclen. Vijfentwintig jaar had hij er mee gevaren en al die jaren had hij het scheepje met liefde onderhouden. Maar hij werd er te oud voor. De boot ligt al drie jaar te koop, maar niemand is meer geïnteresseerd in dit type boot. Met een van emotie trillende stem, vroeg hij me of ik haar op een nette manier wil slopen. Tja, dat raakt mij als zeiler dan ook wel.”

De komende jaren verwacht Van Smoorenburg nog veel meer van dit soort telefoontjes te zullen voeren. Nederland heeft een groeiende armada aan pleziervaartuigen die niemand meer wil hebben. Brancheorganisatie Nederlandse Jachtbouwindustrie schat het aantal op circa 25.000 zeil- en motorboten die door hun eigenaren verlaten zijn, en dit aantal neemt jaarlijks toe. De markt voor tweedehandsboten zit al jaren in het slop: er is veel aanbod, weinig vraag. En dus dobberen afgedankte schepen in jachthavens (de facturen voor liggeld zijn al jaren niet meer betaald), worden niet meer opgehaald uit de winterstalling of zijn achtergelaten in afgelegen slootjes en rivieren.

Een zeilbootje is al snel drieduizend kilo, waarvan tweeduizend kilo polyester, staal of hout

Het probleem is: wat doe je met deze spookschepen? Je kunt ze niet zomaar bij het grofvuil zetten. Een zeilbootje van acht meter is al snel drieduizend kilo, waarvan circa tweeduizend kilo aan polyester, staal of hout. Als ze langzaam wegzinken, ontstaat een milieuprobleem: uit de motor kan olie en brandstof lekken, en veel oudere boten bevatten asbest. Sloten, kanalen en jachthavens verrommelen en verloederen. Bovendien vergaan met name schepen van polyester niet uit vanzelf: het plastic waarvan ze gemaakt zijn, blijft tot in lengten van dagen goed.

[[{“fid”:”28714″,”view_mode”:”file_styles_artikel_volle_breedte”,”fields”:{“format”:”file_styles_artikel_volle_breedte”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:””,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:””},”type”:”media”,”attributes”:{“class”:”styles file-styles artikel_volle_breedte media-element file-file-styles-artikel-volle-breedte”,”id”:”styles-6-0″}}]]Boj van Baars (l) en Hans van Smoorenburg

Met Boj van Baars richtte Hans van Smoorenburg onlangs het bedrijf Jacht Recycling op, vertelt laatstgenoemde in zijn kantoor in de waterrijke omgeving van Nieuwkoop. Het doel is om de scheepswrakken verantwoord te ontmantelen en te recyclen. “Grofweg hebben we drie soorten klanten: jachthavens- en werven die zitten opgescheept met achtergelaten boten, gemeenten, provincies en waterschappen die steeds meer afgedankte wrakken tegenkomen en tot slot enkele particulieren die hun boot niet verkocht krijgen en deze niet in een haven, sloot of kanaal willen dumpen.”

Een gezonken boot is een kleine milieuramp

Waarom laten mensen hun ooit zo dierbare boot liefdeloos achter? Wie met havenmeesters, bootmakelaars of eigenaren van onderhoudswerven praat, hoort vaak hetzelfde verhaal: de watersport is over zijn hoogtepunt heen. De tijd dat pleziervaartuigen in populaire passantenhavens als Enkhuizen of Hoorn zeven rijen dik liggen, is al enige jaren voorbij. De economische recessie is een belangrijke oorzaak; liggeld en onderhoud van een zeil- of motorboot kosten al snel een paar duizend euro per jaar. Daarnaast vergrijst de watersport. Jonge mensen zien een eigen boot niet meer als het summum van vrijheid en geluk. En als ze al een boot willen, dan huren of delen ze die liever.

Onderzoek naar 25.000 wrakken
Volgens een ruwe schatting van brancheorganisatie Nederlandse Jachtbouwindustrie (NJI) zijn er in Nederland 25 duizend slooprijpe pleziervaartuigen. NJI heeft subsidie gekregen om een nauwkeurigere inventarisatie te doen. Daarnaast doet NJI onderzoek naar een effectieve aanpak van het probleem.
De Europese Commissie startte vorig jaar het duurzaamheidsproject BoatDigest.eu, met als doel informatie te delen over dit groeiende probleem dat ook in veel andere Europese landen boven water komt.

Van Smoorenburg: “In de jaren zestig en zeventig hebben tienduizenden mensen een boot gekocht. Deze generatie wordt langzaamaan te oud voor. Al deze boten komen nu vrij en tienduizenden blijken praktisch onverkoopbaar. Of nieuwkomers kopen voor een habbekrats zo’n bootje en komen er na een paar jaar achter dat het toch te veel gedoe voor ze is. Het dumpen van een boot is voor velen de enige optie, omdat sloop duur is. Jachthavens en waterschappen mogen de troep opruimen.”

Jacht Recycling kan dan aan het werk. Ten eerste wordt het wrak geïnventariseerd. Wat is het nog waard? Welke onderdelen – zoals lieren, de motor of de masten – leveren nog geld op? Daarna moet het jacht juridisch onteigend worden, omdat in Nederland achtergelaten of gevonden voorwerpen niet zomaar vernietigd mogen worden. Dan begint de berging: het schip wordt uit het water getild en naar een werf gebracht. Hier wordt het ontmanteld: bruikbare onderdelen gaan naar opkopers en recyclebare materialen zoals ijzeren onderdelen worden verkocht aan bedrijven die het kunnen hergebruiken. Uiteindelijk blijft de romp over.

Scheepswrakken in Amsterdam
Ook in de hoofdstad worden heel wat grachtenbootjes onbeheerd achtergelaten. Volgens Waternet, die organisatie die toezicht houdt, liggen er circa 9.500 bootjes in de grachten. Vorig jaar werden 598 wrakken uit het water gehaald; 318 daarvan zijn opgehaald door de eigenaar en 280 gingen naar de sloop. Polyester en houten wrakken gaan naar afvalverwerker Gansewinkel en de stalen wrakken naar HKS metals.

Houten rompen worden verbrand, stalen schepen gaan naar de oud-ijzerhandel. Maar polyester is een probleem. Van Smoorenburg: “Vezelversterkt polyester, waar boten van gemaakt zijn, is moeilijk te recyclen. Er zijn bedrijven die experimenteren om onder hoge temperatuur en hoge druk het polyester te scheiden van de vezels. Het eindproduct wordt gebruikt om melkpakken aan de binnenkant te coaten. Dit is echter nog veel te duur. Wij laten het polyester in kleine stukjes pletten. Dit gaat naar verbrandingsovens of wordt gebruikt als bewapening in beton in Duitse snelwegen.”

Al met al een intensief proces waarvan de kosten kunnen oplopen tot duizenden euro’s – veel meer dan de boot op de tweedehandsmarkt waard is. Grote vraag is wie dat gaat betalen. Onder jachtbouwers worden verschillende opties besproken, variërend van een verwijderingsbijdrage bij aanschaf van een schip tot een verplichte, eenmalige bijdrage van scheepseigenaren in een sloopfonds. De discussie hierover is nog lang niet beslecht, bleek onlangs op een symposium.

Van Smoorenburg: “Wat er ook besloten wordt: duurzame sloop en recycling is de enige oplossing. Mensen hebben jarenlang van hun bootje en het water genoten. Als het feest voorbij is, moeten ze hun troep wel netjes opruimen.”

Op het web
NOS: ‘Oude bootjes zijn afvalprobleem”

Sloperij Harpje in Bovenkarspel, de enige gespecialiseerde scheepssloperij van Nederland

www.jacht-recycling.com

Beeld: Jacht Recycling

[[{“fid”:”28715″,”view_mode”:”file_styles_artikel_volle_breedte”,”fields”:{“format”:”file_styles_artikel_volle_breedte”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:””,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:””},”type”:”media”,”attributes”:{“class”:”styles file-styles artikel_volle_breedte media-element file-file-styles-artikel-volle-breedte”,”id”:”styles-6-0″}}]]

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons