Achtergrond

”Mijn leven als proefkonijn”

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Schrijfster Karen Duve is deze week in Nederland om de presentatie van de vertaling van haar boek Fatsoenlijk eten, mijn leven als proefkonijn bij te wonen. Met Anständig essen schudde ze Duitsland wakker over wat er eigenlijk op ons bord ligt. Wij houden dieren als slaven, mishandelen ze en eten ze dan op, is haar boodschap. Ze woont met een muildier, een paard, een ezel, twee katers en meerdere kippen op een boerderij bij Berlijn, en haar boek stond een jaar op de Duitse bestsellerlijsten. Ze experimenteerde zelf met vier manieren van eten: biologisch, vegetarisch, veganistisch en tenslotte zelfs fruitarisch. Voordat ze aan haar boek begon dronk ze iedere dag minstens één liter Coca-Cola en at ze regelmatig plofkippen. Toen ze ging onderzoeken waar haar eten vandaan kwam, schrok ze. Een jaar lang probeerde ze fatsoenlijk te eten.

1. Hier zijn zojuist ‘plofkippen’ verboden, kuikens van 4 weken die het lichaamsgewicht van een volwassen kip hebben.

“In Duitsland ook, daar wordt een kuiken inmiddels tot 6 weken opgekweekt. Dat zijn nog steeds zwaar zieke dieren, alle botten doen zo’n beestje pijn en het wordt volgepropt met antibiotica. In Europa worden vervolgens eigenlijk alleen de poten en borstfilets verkocht. De romp wordt geëxporteerd naar Afrika en voor een prikje verkocht. De plaatselijke economie wordt daardoor kapotgemaakt, want in Afrika kost het ongeveer 8 euro om een volwassen kip van hetzelfde gewicht op te laten groeien. Kun je nagaan: hier koop je een héle kip voor € 2,99 of € 3,99 in de supermarkt. Het IMF dreigt kredieten in te trekken als Afrikaanse landen de import willen verbieden. Dat is crimineel gedrag!

Intussen subsidiëren we in het Westen de landbouw, ook de bioindustrie, terwijl de gemiddelde mens minstens twee keer meer vlees eet dan goed voor hem is. Het is gesubsidieerde zelfmoord met mes en vork. En supermarkten die niet méér willen betalen voor hun eieren en vlees verplaatsen hun inkoop gewoon naar het buitenland, waar bioindustrie nog regulier is, en dus goedkoop.”

2. Op een dag besloot u, heel plotseling, een beter mens te worden. Was u bezorgd over uw gezondheid?

“Nee, ik was juist bezorgd over de gezondheid van de kippen, koeien en varkens die ik voor die tijd onbekommerd opat. Ik voelde me wel enigszins onbehaaglijk, maar pas toen ik samenwoonde met een vriendin die anders at, ben ik erover na gaan denken. Japie Krekel noem ik haar in het boek, zoals in het verhaal van Walt Disney, waar de krekel het geweten van Pinokkio vormt. Ik wilde niet meer zo verder, maar ik wist ook niet hoe dan wel.”

3. En toen dacht u: ik probeer het allemaal zelf uit?

“Ja, ik ben journalist, maar ik heb me ook echt geëngageerd. Ik ben vanalles uit gaan zoeken. Hoe worden dieren gehouden, wat houdt eigenlijk ‘veganistisch’ eten in, welke argumenten kloppen en welke niet? Ik kwam in winkels waar ik nooit geweest was, en ik at dingen die ik zelfs nog nooit gezien had. Maar ik heb ook zelf meegedaan met bevrijdingsacties van kippen uit de bioindustrie. Het was echt een ontdekkingsreis. Hoe verder ik kwam, hoe meer ik de natuur en de dieren probeerde te ontzien, hoe moeilijker het werd. Als je een paar maanden fruitarisch leeft, waarbij je zelfs geen planten mag doden, dan is veganistisch echt een makkie!”

4. Hoe reageerde uw familie?

“Ik dacht nooit: o, kon ik maar een stuk vlees eten, maar ik dacht: o, de frikandellen van mijn moeder! Eten gaat om traditie, om gezelligheid. Moeders koken uit liefde: zal ik niet een lekkere frikandel voor je maken? We hebben heel wat discussie gehad in de familie toen ik aangaf allerlei dingen niet meer te willen eten. Karen heeft het familiediner weer verpest, zeiden ze dan. Ik vertelde ze dat de dieren die ze eten door hun poten zakken, pijn hebben, afschuwelijk behandeld worden. Dat de helft van de kippen in de supermarkt besmet is met antibiotica-resistente bacteriën waar de mens ook ziek van kan worden. Mijn zwager is minster van Landbouw in Duitsland, die was niet enthousiast over mijn boek. Verraad vond hij het.”

5. Het jaar is voorbij. Drinkt u nu weer cola?

“Ja, ik maak mezelf wijs dat ik cola nodig heb om te kunnen schrijven. Niet toen ik het boek schreef, maar dat kostte me een flinke strijd! Ik drink géén cola van de firma Coca-Cola meer, vanwege de Colombiaanse vakbondswerkers die vermoord zijn door paramilitairen die door Coca-Cola ingehuurd zouden zijn. Ik ben me bij alles wat ik eet en drink bewuster geworden. Tegenwoordig stel ik me overal ethische vragen bij.”

Het boek van Karen Duve, Fatsoenlijk eten, mijn leven als proefkonijn, vertaald uit het Duits door Gerda Meijerink, 336 pagina’s, is uitgeven door Cossee en voor € 21,90 te koop in de boekhandel.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons