Global Goal 17

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Global Goal 17

Partnerschappen voor de doelen

“De duurzame ontwikkelingsdoelen zijn een to-do lijst voor mensen en de planeet, en een blauwdruk voor succes”, zei VN-Secretaris-Generaal Ban ki-Moon bij de lancering van de Global Goals. “We zullen ook een nieuw mondiaal partnerschap nodig hebben”, aldus Ban ki-Moon. “We hebben actie nodig van iedereen, overal. Zeventien duurzame ontwikkelingsdoelen zijn onze gids.”

Samenwerken
Om alle doelen te behalen in 2030 moeten regeringen, bedrijven, burgers en organisaties samenwerken. Het gaat daarbij vooral om technologie, kennisoverdracht, handel, data, beleidscoherentie en financiële stromen. De officiële ontwikkelingshulp (ODA) bedroeg 135,2 miljard dollar in 2014, het hoogste niveau ooit. De schuldenlast van de ontwikkelingslanden blijft stabiel op ongeveer 3 procent van de exportinkomsten. Het aantal internetgebruikers in Afrika bijna verdubbeld in de afgelopen vier jaar, maar meer dan 4 miljard mensen maken geen gebruik van het internet, en 90 procent van hen woont in ontwikkelingslanden. 

Een succesvolle agenda voor duurzame ontwikkeling vereist partnerschappen tussen regeringen, het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld. Gezamenlijke principes en waarden, een gedeelde visie en gedeelde doelen zijn nodig op mondiaal, regionaal, nationaal en lokaal niveau.

Investeringen
Investeringen op lange termijn, met inbegrip van directe buitenlandse investeringen, zijn nodig, met name in ontwikkelingslanden, in duurzame energie, infrastructuur en vervoer, alsook informatie- en communicatietechnologie. Regelgeving moet worden aangepast om investeringen aan te trekken en duurzame ontwikkeling te bevorderen. Nationale toezichtmechanismen zoals rekenkamers en wetgeving moeten worden versterkt.

Officiele omschrijving Global Goal 17 en targets


Global Goal 17: Versterk de implementatiemiddelen en revitaliseer het wereldwijd partnerschap voor duurzame ontwikkeling. 

Financiën

17.1    Versterken van de binnenlandse middelenmobilisatie (DRM), ook via internationale steun aan ontwikkelingslanden, om de binnenlandse capaciteit te verbeteren voor het innen van belastingen en andere inkomsten.

17.2    Ontwikkelde landen dienen ten volle hun verbintenissen aangaande officiële ontwikkelingshulp te implementeren, waaronder ook de verbintenis van vele ontwikkelde landen om 0,7% van het bruto nationaal inkomen te besteden aan officiële ontwikkelingshulp voor ontwikkelingslanden (ODA/GNI) en 0,15% tot 0,20% ontwikkelingshulp aan de minst ontwikkelde landen; ODA-donoren worden aangemoedigd om voor zichzelf een doelstelling te bepalen om minstens 0,2% van de ODA te besteden aan de minst ontwikkelde landen.

17.3   Bijkomende financiële middelen voor ontwikkelingslanden mobiliseren vanuit verschillende bronnen.

17.4   Ontwikkelingslanden bijstaan in hun streven naar schuldhoudbaarheid op lange termijn via gecoördineerde beleidslijnen waarbij aandacht wordt besteed aan het aanmoedigen van de schuldfinanciering, de schuldverlichting en de schuldherstructurering, indien van toepassing, en de externe schuld aanpakken van arme landen met een grote schuldenlast om hun schuldencrisis in te perken.

17.5   Regelingen goedkeuren en uitvoeren die investeringen in de minst ontwikkelde landen moeten bevorderen.

Technologie

17.6   Versterken van de Noord-Zuid-, de Zuid-Zuid- en de regionale en internationale trilaterale samenwerking inzake wetenschap, technologie en innovatie en vergemakkelijken van de toegang daartoe; en het delen van kennis uitbreiden volgens voorwaarden die wederzijds worden bepaald, ook via de verbeterde coördinatie tussen bestaande mechanismen, in het bijzonder op het niveau van de Verenigde Naties, en via een mondiaal mechanisme voor de facilitering van technologie.

17.7   De ontwikkeling, overdracht, verspreiding en verdeling van ecologische technologieën aan ontwikkelingslanden volgens gunstige voorwaarden, ook inzake gunstige en preferentiële bepalingen, zoals wederzijds overeengekomen.

17.8   De technologiebank en het mechanisme voor het opbouwen van wetenschappelijke, technologische en innoverende capaciteit voor de minst ontwikkelde landen volledig operationeel maken tegen 2017 en het gebruik opdrijven van de technologie die dit mogelijk moet maken, in het bijzonder de informatie- en communicatietechnologie.

Capaciteitsopbouw

17.9   De internationale steun verhogen voor het implementeren van doeltreffende en doelgerichte capaciteitsopbouw in ontwikkelingslanden ter ondersteuning van nationale plannen die erop gericht zijn om alle Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen te implementeren, ook via de Noord-Zuid-, Zuid-Zuid- en trilaterale samenwerking.

Handel

17.10    Een universeel, op regels gebaseerd, open, niet-discriminerend en billijk multilateraal handelssysteem bevorderen onder de Wereldhandelsorganisatie, ook via het volbrengen van de onderhandelingen onder de Ontwikkelingsagenda van Doha van deze organisatie.

17.11    De export van ontwikkelingslanden aanzienlijk doen toenemen, in het bijzonder met de bedoeling om het aandeel van de minst ontwikkelde landen in de mondiale export tegen 2020 te verdubbelen.

17.12     Tijdig de implementatie realiseren van belasting- en quotavrije markttoegang op blijvende wijze voor alle minst ontwikkelde landen, in overeenstemming met de beslissingen van de Wereldhandelsorganisatie, ook door ervoor te zorgen dat de voorkeursregels die van oorsprong van toepassing zijn op import van de minst ontwikkelde landen, transparant en eenvoudig zijn, en bijdragen tot het vergemakkelijken van markttoegang.

Systemische kwesties

Beleids- en institutionele coherentie

17.13    De globale macro-economische stabiliteit versterken, ook via beleidscoördinatie en beleidscoherentie.

17.14    Beleidscoherentie voor duurzame ontwikkeling versterken.

17.15    De beleidsruimte en het leiderschap van elke land respecteren om beleidslijnen uit te werken en om duurzame ontwikkeling te implementeren om een einde te maken aan armoede.

Partnerschappen met meerdere belanghebbenden

17.16    Het Globaal Partnerschap voor duurzame ontwikkeling versterken, aangevuld door partnerschappen met meerdere belanghebbenden (multi-stakeholderpartnerschappen) en kennis, expertise, technologie en financiële hulpmiddelen mobiliseren en delen met het oog op het bereiken van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen in alle landen, in het bijzonder in de ontwikkelingslanden.

17.17    Doeltreffende openbare, publiek-private en maatschappelijke partnerschappen aanmoedigen en bevorderen, voortbouwend op de ervaring en het netwerk van partnerschappen.

Gegevens, monitoring en verantwoordingsplicht

17.18    Tegen 2020 de steun voor capaciteitsopbouw verhogen aan ontwikkelingslanden, inclusief de minst ontwikkelde landen en de kleine eilandstaten, om de beschikbaarheid van hoogwaardige, actuele en betrouwbare gegevens opgedeeld naar inkomen, gender, leeftijd, ras, etnische afkomst, migratiestatus, handicap, geografische locatie en andere kenmerken relevant in een nationale context, aanzienlijk op te drijven.

17.19    Tegen 2030 voortbouwen op bestaande initiatieven om metingen te ontwikkelen met betrekking tot de vooruitgang van duurzame ontwikkeling die kunnen dienen als aanvulling op het bruto binnenlands product, en de statistische capaciteitsopbouw ondersteunen in ontwikkelingslanden.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons