Jordy (9) - Foto's door Fleur van Munster

“Ik voel het in mijn buik als ik iets niet wil”

Kinderen voelen welk fysiek contact te ver gaat, maar hoe leer je ze ‘nee’ te zeggen? Een kijkje in een les over weerbaarheid.

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Marloes Hellings (32) loopt langs de tafels van groep 5, haar klas. Bij de stoel van Keetje (9) staat ze stil. Ze pakt Keetjes hand en geeft er een kus op. Nieuwsgierig volgt de klas de bewegingen van de juf, die terug naar haar bureau loopt. “Wat vond je ervan, dat ik jou een kus gaf?” vraagt Hellings aan haar leerling. Keetje haalt haar schouders op. “Niet heel erg, maar ook niet heel leuk.”
Keetje (9)
Het is de Week van de Lentekriebels, een project van Rutgers dat basisschoolleerlingen helpt na te denken over thema’s als weerbaarheid, relaties en seksualiteit. Basisschool ’t Ven in Rosmalen is een enthousiaste deelnemer: deuren en muren zijn versierd met hartjes en letterslingers.
Versierde lokalen op basisschool ‘t Ven
Op de tafels van de kinderen liggen rode, groene en oranje kaartjes. Daar hebben ze blijkbaar vaker mee gewerkt, want ze weten precies wat ze ermee moeten doen. Op het digiboard verschijnt een vraag. “Je hebt verkering met de leukste jongen of het leukste meisje uit de klas, maar je wilt niet zoenen.” De oranje kaartjes gaan massaal de lucht in.
Leerlingen geven met gekleurde kaartjes aan wat ze wel en niet fijn vinden
“Waarom heb jij de twijfelkaart gekozen?” vraagt Hellings aan een leerling. “Omdat ik dan misschien toch met diegene zou kussen, zodat ik ervan af ben.” Het illustreert de noodzaak om seksualiteit bespreekbaar te maken en kinderen te leren dat zij hun grenzen mogen aangeven. “Want”, legt Hellings haar leerlingen uit, “rekenen is iets wat je soms gewoon moet doen om ervan af te zijn. Kussen niet.”
De bloemetjes en de bijtjes
Maar wat moet je doen als je iets niet wil en je geen kaartje omhoog kunt houden? Een stappenplan op het digiboard helpt de klas bij deze vraag. Hellings demonstreert het aan de groep en gebruikt Angelo (8) als voorbeeld. Ze legt haar hand op zijn schouder.
Angelo (8) en juf Marloes Hellings
Na twee keer zeggen dat je iets niet wilt, mag je iemand ook fysiek terechtwijzen. In dit geval door de hand van de juf te pakken en die van je af te duwen. Dat Angelo dat mag voordoen, zorgt voor hilariteit in de klas. “En als de juf iets doet wat je niet fijn vindt”, verduidelijkt Hellings de laatste stap – het voorval delen – “mag je dat aan een andere volwassene vertellen.”
Alle klassen staan in het teken van Lentekriebels
Dat is heel belangrijk, want jonge slachtoffers worden vaak onder druk gezet om misbruik voor zich te houden. Het spel ‘goed geheim of slecht geheim’ speelt daarop in. De leerlingen krijgen een stelling voorgelegd en moeten bepalen of dit een geheim is dat ze bewaren of doorvertellen.
Bij het ‘goed of slecht geheim-spel’ mogen de kinderen achter of op hun stoel staan.
Het concept blijkt voor de meeste kinderen verwarrend. “Je familie houdt een verrassingsfeestje voor je moeder die jarig is. Is dit een goed of slecht geheim?” levert uiteenlopende reacties op. Een van de leerlingen: “Het is een slecht geheim als we iets gaan doen wat mijn moeder stom vindt. Dan zou ik het haar vertellen.”
De lessen gaan uit van de eigen wil van kinderen, maar hoe ontwikkelen ze die? Zijn de wil en woorden van volwassenen daar niet leidend in? Elsbeth Reitzema van Rutgers gelooft van niet. “Kinderen ervaren een ‘niet-pluisgevoel’ als er iets gebeurt dat niet in de haak is. Het is alleen vaak lastig voor ze om dat onder woorden te brengen.”
Regenboogvlag voor de rechten van LHBT op basisschool ‘t Ven
Dat blijkt als vier leerlingen gevraagd wordt hoe zij weten of ze iets willen. “Als je iets niet wil, vind je het niet leuk”, zegt Lotte (8). Maar hoe voel je dat dan? Lotte: “In mijn buik.” Angelo legt een hand op zijn hart. “Ik voel het in mijn hart.” Jordy (9) voegt toe: “Ik voel het soms ook in mijn hoofd.”
Jordy (9) ‘voelt het in zijn hoofd’ als hij iets niet fijn vindt
Opvallend aan de les is dat de kinderen hun oordeel niet lijken te conformeren aan dat van elkaar. De groene, rode en oranje kaartjes wisselen elkaar vaak af bij vragen over het eigen gevoel. Een onafhankelijke mening vormen en die kunnen onderbouwen wordt in het lespakket gestimuleerd. “Normen over seksualiteit kunnen per gezin verschillen”, zegt Reitzema. “Daar willen we zonder oordeel over praten. Wat vinden kinderen fijn of niet fijn en waarom?”
Angelo (8)
Naast weerbaarheid komt seksualiteit in de Week van de Lentekriebels volop aan bod. Wat hebben de leerlingen daarvan onthouden? Angelo: “Twee mannen kunnen ook verliefd zijn en kinderen krijgen.” Keetje: “Dat ik mijn eigen mening mag hebben.” Lotte, bevestigd door heftig geknik van haar klasgenoten: “Ik vond het vooral interessant waar kindjes vandaan komen.”

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons