Interview

‘Het is tijd voor een seksuele revolutie’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Mona Eltahawy is een eigenzinnige journaliste en feministe uit Egypte, met een strijdbare blik in haar ogen. OneWorld Love interviewt haar tijdens de promotie voor haar boek in Amsterdam. Met een kop koffie en uitzicht over de Herengracht.

‘Ik heb veel boosheid in me’ zegt Eltahawy. ‘En dat is prima. Van vrouwen wordt gevraagd dat ze zachtaardig en beleefd zijn. Ik heb daar geen boodschap aan.’ Hoofddoek en Maagdenvlies is een uiting van die boosheid. Ze meent dat het hoog tijd is voor een seksuele en sociale revolutie in de Arabisch sprekende landen van het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Haar boek is onlangs ook in het Engels verschenen, en er wordt gesproken over een Arabische versie.

Ieder land in de wereld kent bepaalde soorten en gradaties van vrouwenhaat

‘Wij Arabische vrouwen leven in een cultuur die fundamenteel vijandig tegenover ons staat en wordt beheerst door mannen die alleen maar minachting voor ons voelen’, zegt Eltahawy. ‘Ze haten ons’, is haar hardvochtige conclusie. Eltahawy is duidelijk niet bang om te provoceren. Ze beargumenteert haar standpunt in het boek met feiten, cijfers en anekdotes over de onvrijheden, discriminatie en gruwelijkheden waar vrouwen in de Arabische wereld mee te maken krijgen.

Seksuele revolutie Egypte vrouwen

Eltahawy somt op: volgens de Verenigde Naties is 99,3 procent van de Egyptische vrouwen wel eens aangerand. In Jemen is 49 procent van de vrouwen analfabeet. Ze vertelt over het zware leven van kindbruidjes, over de Saoedische vrouwen die geen auto mogen rijden, en over de verschrikking van de vrouwenbesnijdenis. ‘Ieder land in de wereld kent bepaalde soorten en gradaties van vrouwenhaat’, zegt Eltahawy. ‘Na het lezen van dit boek moet je furieus zijn.’

De openbare ruimte is van iedereen, niet alleen van mannen

Ze voegt daaraan toe dat ze nadrukkelijk níet hoopt dat vrouwen in het Westen na het lezen van het boek achteroverleunen en met medelijden naar het buitenland kijken. ‘Nee, kijk om je heen’, zegt Eltahawy’, ‘zie je gelijkheid tussen vrouwen en mannen in je eigen land? Nee? Vecht er dan voor. En vraag aan je eigen politici waarom ze landen steunen waar vrouwen gediscrimineerd worden.’

Op een van haar armen draagt Eltahawy een beeltenis van de Egyptische godin Sekhmet, symbool voor oorlog, wraak en seks. In 2011 werd ze tijdens de protesten op het Tahrirplein een steegje ingeduwd door mannen van de oproerpolitie. Ze werd er geslagen en aangerand. De mannen braken haar linkerarm en rechterhand. Toen haar armen eenmaal geheeld waren liet ze tatoeages zetten, op beide armen een. Het maakte haar strijdbaarder dan ooit.

‘Net zoals we Moebarak uit het presidentiële paleis hebben gegooid’, vertelt Eltahawy, ‘moeten we ook in opstand komen tegen de Moebaraks in onze slaapkamers en buiten op straat.’ Die opstand kent volgens haar verschillende vormen. ‘Op straat moeten we seksuele intimidatie bevechten. De openbare ruimte is van iedereen, niet alleen van mannen.’

De revolutie heeft de verhalen van vrouwen nodig

|
Maar de seksuele revolutie moet vooral ook thuis plaatsvinden, zegt Eltahawy. ‘Al is het erg intiem en persoonlijk om daarover te spreken.’ Ze doelt op moeilijke keuzes om een hoofddoek te dragen of af te doen, om alleen te mogen reizen, of om vrouwenbesnijdenis voor je dochters te weigeren. In Caïro richtte Eltahawy een vrouwensteungroep op, om over deze thema’s te spreken.

Heel bewust schreef Eltahawy in Hoofddoek en Maagdenvlies ook over haar eigen intieme en persoonlijke strijd, over de worstelingen met haar eigen seksualiteit en het dragen van de hoofddoek. Eltahawy groeide op in een gelovig gezin, in Egypte, Engeland en Saoedi-Arabië. Ze schrijft over de eerste keren dat ze seks had, op haar negentwintigste, over de schuld en schaamte die ze voelde omdat ze altijd geleerd had dat seks voor het huwelijk zondig was. ‘Ik wilde al deze persoonlijke verhalen vertellen’, zegt ze, ‘omdat de revolutie de verhalen van vrouwen nodig heeft.’

Ze willen geen sterke onafhankelijke vrouwen, ze willen zwakke kleine meisjes

Eltahawy heeft het vaak over ‘de giftige mix van cultuur en religie’ die vrouwen in veel Arabische landen vrijheden ontneemt. Maar ook haalt zij uit haar eigen geloof de motivatie om door te gaan, om te vechten voor gelijkheid en rechtvaardigheid. Dat is waar de Islam in haar ogen voor staat.

Ze vertelt over Khadija, de eerste vrouw van de profeet Mohammed en een rolmodel voor Eltahawy. Khadija was een onafhankelijke vrouw met een eigen bedrijf, Mohammed werkte voor haar. Op veertigjarige leeftijd vroeg ze de toen vijftien jaar jongere Mohammed ten huwelijk. Ze zouden 25 jaar samenleven, en Khadija werd de eerste persoon die zich tot de Islam bekeerde.

‘Khadija speelde zo’n belangrijke rol’, zegt Eltahawy, ‘en toch zijn de geestelijken geobsedeerd door Aisha, het jonge meisje waar Mohammed na Khadija’s dood mee zou trouwen.’ Eltahawy zet met een klap haar kop koffie neer op tafel. ‘Ik maak daar uit op: ze willen geen sterke onafhankelijke vrouwen, ze willen zwakke kleine meisjes. En dáárom is deze revolutie zo hard nodig.’


Hoofddoek en Maagdenvlies. Waarom het Midden-Oosten een seksuele revolutie nodig heeft. Mona Eltahawy (De Bezige Bij)

[[{“fid”:”36878″,”view_mode”:”default”,”fields”:{“format”:”default”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:”Neem een abonnement op OneWorld”,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:”Neem een abonnement op OneWorld”},”type”:”media”,”attributes”:{“alt”:”Neem een abonnement op OneWorld”,”title”:”Neem een abonnement op OneWorld”,”style”:”height:72px; width:581px”,”class”:”file-default media-element”}}]]

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons