#wereldmeisjesdag: ‘Het glazen plafond is niet foetsie’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

‘Die feministen moeten niet zeuren’, wordt nog weleens gedacht. In Nederland zit het toch helemaal snor met die emancipatie? Volgens Elise Korbee van Girls Rights Watch bevinden we ons anno 2016 in een feministisch sprookje.

Na de Eerste Feministische Golf, waarbij werd gestreden voor politieke rechten voor vrouwen en de Tweede Feministische Golf, waar men zich inzette voor de meer sociale rechten, zitten we nu midden in de Derde Feministische Golf. Daarin ligt het accent op gender en seksualiteit.

De OneWorld-redactie overgenomen

Vandaag nemen Daniëlle en ik van de Girls Rights Watch de redactie van OneWorld over!

Daarom verschijnen vandaag verschillende artikelen over thema’s waar wij ons voor inzetten, naar aanleiding van de actie Loud About Girls zal de accent liggen op het kindhuwelijk. Zo worden er artikelen gepubliceerd over het kindhuwelijk, maar eveneens een blog van GRW’er Wayra over haar takeover bij het bedrijf Accenture dat zich hier én in lagelonenlanden inzet voor haar vrouwelijke werknemers, een stuk over het cliché van blauw en roze, een blog over de andere takeovers in Nederland en een interview met Giovanca die vandaag staat te zingen op een station om aandacht te vragen voor Loud About Girls.

Kortom, u heeft wat te lezen vandaag! 

De feministen uit de Derde Feministische Golf zijn bewuste, (jonge) vrouwen (en mannen), en bloggen en discussiëren zich suf over ongelijkheid en het glazen plafond. We geloven dat vrouwen recht hebben op een gelijk aandeel in het huishouden, een gelijk loon, gelijke carrièrekansen en gelijke seksuele vrijheid als mannen. Zelf ben ik een van die feministes. Met dit stuk wil ik je laten zien dat de geclaimde volledige emancipatie van vrouwen in Nederland een sprookje is, zelfbedrog zelfs om ervoor te zorgen dat we niets hoeven te veranderen aan de gemakkelijke status quo.

 

De man als heer en meester, de vrouw als verzorgster

Wie verwacht dat anno 2016 de verantwoordelijkheid voor het reilen en zeilen van het huishouden eerlijk is verdeeld, komt bedrogen uit, zo blijkt uit een recente studie van de Universiteit van Oxford gepubliceerd in Demographic Research. Nog steeds is de gemiddelde Nederlandse moeder 1,5 uur meer per dag in de weer met poetsdoek, mixer en luiers dan de gemiddelde Nederlandse vader. Daarmee zijn we Europees gezien een middenmoter; op de eerste plaats staan de Zweedse dames die maar een kwartier langer werken in het huishouden dan hun mannen, terwijl de poedelprijs gaat naar de Italiaanse pastamoeders die vijf keer langer dan hun man in de weer zijn (in totaal maar liefst 204 minuten per dag).   

In Noord-Europa stagneert de toenadering tussen de seksen al 25 jaar

In Noord-Europa stagneert de toenadering tussen de seksen al 25 jaar. Mannen hebben nog steeds geen trek in saaie, ‘feminiene’ routineklusjes, terwijl steeds meer vrouwen buitenshuis werken. Sociologen stellen dat het doen van huishoudelijk werk een graadmeter is voor de machtsverhouding in het huwelijk: ieder moment dat de vrouw de was opvouwt of de kids in bed legt, heeft ze geen tijd voor vrije tijd, sport of studie. Bovendien menen de sociologen dat de meeste echtelijke ruzies juist over die rotklusjes gaan, en er veel minder ruzie is als het werk ‘fifty-fifty’ wordt verdeeld.
 
Daarbovenop dragen voornamelijk vrouwen de verantwoordelijkheid voor de mantelzorg. Al langer klinken bezorgde geluiden van experts dat in onze gloednieuwe participatiemaatschappij vrouwen minder tijd hebben voor hun werk omdat ze nu bijvoorbeeld voor hun ouders of zieke broer moeten zorgen.

In 2010 verrichtte het CBS al een onderzoek over de relatie tussen mantelzorg en werk. Het zijn voornamelijk de vrouwen (en ouderen) die zich geroepen voelen om de zorgplichten op zich te nemen voor een langdurig ziek of hulpbehoevend familielid. De arbeidsparticipatie van mantelzorgers ligt lager dan mensen die geen mantelzorg verlenen. Het CBS noemt daarvoor twee mogelijke verklaringen: of de mensen werken minder en hebben daardoor meer tijd om te mantelzorgen, of de mantelzorgers stoppen juist met werken om te kunnen mantelzorgen. Als we uitgaan van het laatste, zou dat ertoe kunnen leiden dat vrouwen minder gaan werken, of zelfs helemaal stoppen, en zo uit hun geëmancipeerde positie worden gejaagd.  

vrouwen voelen zich meer verantwoordelijk voor het welzijn van anderen, ook thuis tijdens hun vrije tijd, en kunnen daardoor nooit echt ontspannen

En zelfs al hebben vrouwen even tijd voor zichzelf, is er vaak nog geen relaxfeest. In ‘Lekker Vrij?!’, het recent gepubliceerde onderzoek van het SCP, concludeert het SCP dat Nederlandse mannen en vrouwen weliswaar evenveel vrije tijd bezitten (belangrijke noot: vrijwilligerswerk telt als vrije tijd), maar dat de vrije tijd van vrouwen kwalitatief minder is.  

De onderzoekers van het SCP vonden daarvoor geen verklaring in de versnippering van de vrije tijd, multitasking tijdens de vrije tijd en kindsgebonden vrije tijd (alias: mamatijd). Ze vonden de verklaring wel in de emotion work: vrouwen voelen zich meer verantwoordelijk voor het welzijn van anderen, ook thuis tijdens hun vrije tijd, en kunnen daardoor nooit echt ontspannen. Ze vragen zich af of hun man geen burn-out krijgt door de stress op zijn werk, of hun jongste kind wel lekker in zijn vel zit op school, of hun beste vriendin wel happy is in haar nieuwe relatie en of ze niet meer uitjes moeten ondernemen met hun moeder die achter de geraniums zit te verpieteren in het bejaardentehuis.

Bij vrouwen met jonge kinderen is dit in combinatie met de tijdsdruk een belangrijke reden om deeltijd te blijven werken. Een verwonderlijke bevinding vind ik dat jonge vaders aangeven dat ze wel minder willen werken, maar dat niet doen omdat zij de kostwinner zijn, in hun werksector deeltijd ongebruikelijk is en het in deeltijd werken ten koste zou gaan van hun carrière.  

Het deeltijdmonster

Speaking about work, het werken in deeltijd is wel een typisch Nederlands dingetje: volgens een onderzoek van het CBS uit 2015 werken er 0,4 miljoen meer vrouwen dan in 2005 (van 3,4 naar 3,8 miljoen), alleen werkt maar liefst driekwart van de vrouwen in deeltijd, tegenover een kwart van de mannen!

Daarmee zijn we absoluut Europees kampioen: in 2014 werkte gemiddeld een derde van de Europese vrouwen deeltijd, tegenover 8,8 procent van de Europese mannen.   Wat is de gedachte hierachter? In een onderzoek gaf bijna de helft van de ondervraagde vrouwen met een kleine of grote deeltijdbaan aan dat de voornaamste reden voor het werken in deeltijd is, tatatatam: ‘zorg voor gezin of huishouden of andere zorgtaken’.  

Een mondiaal probleem is het feit dat vrouwen voor exact hetzelfde werk minder betaald krijgen dan mannen

Gezien de reeds genoemde redenen, zal dat u niet compleet verrassen. Op nummer twee van de belangrijkste redenen om in deeltijd te werken staat dat zij geen deeltijdbaan willen (zo’n 20 procent van de ondervraagden), en het volgen van een opleiding of een studie staat op nummer drie (ongeveer 10 procent van de ondervraagden). 

Een mondiaal probleem is het feit dat vrouwen voor exact hetzelfde werk minder betaald krijgen dan mannen. Het precieze percentage verschilt per onderzoek, maar in een wereldwijd onderzoek bedragen de loonverschillen in Nederland 18,5 procent, dat is meer dan het Europees gemiddelde van 16,2 procent én het mondiale gemiddelde van 18,4 procent!  

Het ITUC-onderzoek concludeerde het volgende: tussen 1960 en 2000 verkleinde de loonkloof tussen man en vrouw, maar er is sindsdien een stagnatie; er spelen veel factoren mee, doch in beginsel geldt hoe lager de arbeidsdeelname van vrouwen, hoe kleiner de loonkloof; mannen profiteren meestal meer van een hogere opleiding dan vrouwen; het krijgen van kinderen doet de lonen van vrouwen dalen en die van mannen stijgen; een deel van de loonverschillen kan worden verklaard, maar er blijft een loonverschil over met discriminatie als enige verklaring (in Nederland 8 procent).  

Het verklaren van dit hardnekkige, gekke verschijnsel kan niet 1,2,3. Dit onderzoek geeft een viertal verklaringen: ten eerste speelt mee dat vrouwen hun carrière onderbreken of minder gaan werken (daar is hij weer: deeltijd) vanwege de zorgplicht voor hun kroost.  

Loesje

Ten tweede werken vrouwen in bedrijfstakken met een gemiddeld lager uurloon en waar zorg en werk beter gecombineerd kan worden.  

Ten derde verdubbelen de loonsverschillen in de ‘eerste werkfase’ (voor de kids) de loonsverschillen in de ‘tweede werkfase’ (na de kids).  

Ten vierde benadelen werkgevers vrouwen; hetzij bewust, hetzij onbewust.  

Het College van de Rechten van de Mens noemt ook nog als oorzaak dat de beloningsmaatstaven die niet direct gelinkt zijn aan het functioneren op de werkvloer vaker negatiever uitpakken voor vrouwen. Bij beloningsmaatstaven moet men denken aan waardering van de werkervaring, salarisonderhandeling en aansluiting bij het laatst verdiende salaris.  

Voor je carrière is het niet aan te raden om zwanger te worden

In een gasthoorcollege van hooglerares Ashley Terlouw over ongelijkheid in rechtssociologisch perspectief dat ik ooit heb gevolgd, gaf ze enkele verklaringen. Ze stelde allereerst dat het voor slachtoffers van discriminatie heel moeilijk is om aan data te komen (je bespreekt niet zomaar je salaris met je collega’s tijdens de koffiepauze), slachtoffers bang zijn voor de negatieve gevolgen van het klagen, vrouwen een zwakkere onderhandelingspositie hebben wegens het ‘gat’ in hun CV en minder ervaring met onderhandelen hebben dan mannen, omdat vrouwen in het algemeen nog maar ‘net’ op de arbeidsmarkt zijn.

Ook blijkt dat het voor je carrière niet aan te raden is om zwanger te worden. Uit onderzoek van het College van de Rechten van de Mens krijgt 45 procent van de vrouwen te maken met zwangerschapsdiscriminatie. Dat uit zich vaak in dat het tijdelijke contract niet wordt verlengd of dat de voorwaarden van het contract veranderen. Het problematische is dat veel vrouwen deze vorm van discriminatie niet herkennen.  

Dus ondanks dat discriminatie van vrouwen op de werkvloer via de Nederlandse wet (artikel 1 Grondwet en de Algemene Wet Gelijke Behandeling), Europese wetgeving (EU-Handvest, EU-richtlijnen), Raad van Europa (EVRM) en internationale verdragen (UVRM, VN-verdragen zoals CEDAW) verboden is, worden vrouwen desondanks gediscrimineerd op de werkvloer. 

Wie spot de topvrouw?

De topvrouw is in Nederland een zeldzame soort. Ook in de landelijke politiek zijn vrouwen op topposities ver te zoeken. Nederland heeft in totaal slechts 33 vrouwelijke ministers gekend, die vaak ook de ‘feminiene’ posten bekleden zoals Onderwijs, Welzijn, Cultuur en Volksgezondheid. Minister Jeanine Hennis op de übermacho post van Defensie is wat dat betreft een verfrissende uitzondering. In de Tweede Kamer is het helaas niet veel beter: we hebben welgeteld 1 partijvoorzitster en van de 150 Tweede Kamerleden zijn er 57 van het vrouwelijke geslacht. Een kleine troost: de beide Kamers hebben wel voorzitsters.  

Mannen selecteren mannen, ook al zijn er genoeg geschikte vrouwelijke kandidates

Eveneens in de academische wereld is het geen rozengeur en maneschijn: hoewel er inmiddels meer vrouwen dan mannen afstuderen, vallen er op de wetenschappelijke carrièreladder aanzienlijk meer vrouwen af dan mannen. En dat riekt sterk naar oude-jongens-krentebrood: mannen selecteren mannen, ook al zijn er genoeg geschikte vrouwelijke kandidates.  

Er doet zich een rare paradox voor: van de hoogleraren is slechts 17,1 procent vrouw, al zijn er wel voldoende gekwalificeerde vrouwelijke wetenschappers. Vrouwelijke wetenschappers werken vaak fulltime. En toch krijgen ook zij nog steeds minder betaald dan hun mannelijke collega’s, bijvoorbeeld 77 procent van de vrouwen zit in salarisschaal 16, tegenover 57,8 procent van hun mannelijke collega’s, en 21,2 procent van de vrouwen en 40,6 procent van de mannelijke hoogleraren zit in salarisschaal 18.
 
Met het aandeel topvrouwen in het bedrijfsleven gaat het eveneens niet top. In de Raad van Bestuur is slechts 9,6 procent vrouw, en in de Raad van Commissarissen 11,2 procent in 2014. Ook al is er een streefcijfer van 30 procent, er is weinig enthousiasme te vinden in de sector voor initiatieven om het aantal vrouwen op te krikken. Dit is misschien een gewaagde politieke uitspraak, maar omdat het bedrijfsleven het niet lukt haar eigen streefcijfer te halen en het verwerven van meer topvrouwen er op een laag pitje staat,lijkt mij meer dan genoeg reden voor een quotum…

[[{“fid”:”51196″,”view_mode”:”default”,”fields”:{“format”:”default”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:”Fokke en Sukke”,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:”Fokke en Sukke”},”type”:”media”,”attributes”:{“alt”:”Fokke en Sukke”,”title”:”Fokke en Sukke”,”style”:”height:363px; width:581px”,”class”:”file-default media-element”}}]]

De vrouw als seksueel object

“Het is ontdaan van alles wat met de advocatuur te maken heeft en het heeft nu meer weg van een euhhh … een madam in een bordeel. Maar misschien is dat vrouwonvriendelijk?”, schreef de website Advocatie.nl over een foto van het advocatenkantoor Van Essen waarop alleen vrouwen staan. Ze dragen een keurige rok tot de knie en geen decolleté, toch ontstaat er een ware rel op sociale media omdat ze met prostituees worden vergeleken.  

De rechterlijke macht is aardig geëmancipeerd met een 56 procent vrouwelijke rechters  en 43 procent advocates in 2014 (zelf ben ik ook een tweedejaars rechtenstudente met de ambitie om advocaat en -als ik oud, grijs en wijs ben- rechter te worden). Het lijkt alsof sommige mannelijke juristen daar nog aan moeten wennen. En blijkbaar mogen alleen prostituees krachtig én vrouwelijk worden geportretteerd. 
Dit voorbeeld is een uiting van het fenomeen dat vrouwen soms nog steeds als slechts een seksueel object worden gezien.

[[{“fid”:”51192″,”view_mode”:”file_styles_artikel_volle_paginabreedte”,”fields”:{“format”:”file_styles_artikel_volle_paginabreedte”,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:”Jennifer Lopez – I Luh Ya Papi (Explicit) ft. French Montana”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:”Jennifer Lopez – I Luh Ya Papi (Explicit) ft. French Montana”},”type”:”media”,”attributes”:{“alt”:”Jennifer Lopez – I Luh Ya Papi (Explicit) ft. French Montana”,”style”:”height:327px; width:976px”,”class”:”file-file-styles-artikel-volle-paginabreedte media-element”}}]]

In de muziekindustrie moeten vrouwen vooral mooi & sexy zijn, zo illustreert Lily Allen in haar nummer ‘Hard out here’ (als reactie op het seksistische nummer ‘Blurred Lines’ van Robin Thicke). Het clipje van het verder onbeduidende nummer ‘I luv ya papi’ van JLo is een prachtige parodie op al dat vrouwelijke, naakte vlees dat zo vaak te zien is in muziekvideo’s. In het intro van de clip zegt een van de achtergrondzangeressen treffend: “Why do men need to objectify the women in every single video? Why can’t we for once objectify the men? In the video, we would start with her on a bed with a bunch of naked guys, for no reason!”

Ook in de beeldvorming in de media ligt niet de nadruk op de intelligentie of professionaliteit van vrouwen, maar op hun gezinsleven en of ze lief en sexy kunnen lachen

Wat volgt is een clipje vol mannen in ballenknijper die onder het schuim een auto wassen, als standbeelden bij haar zwembad staan en fungeren als decoraties op haar jacht. En close-ups van sixpacks natuurlijk. Puur genieten dus!

Ook in de beeldvorming in de media ligt niet de nadruk op de intelligentie of professionaliteit van vrouwen, maar op hun gezinsleven en of ze lief en sexy kunnen lachen. Een onderzoekster bestudeerde 165 foto’s uit Nederlandse kranten, waarvan op 35 procent vrouwen stonden. Het viel haar ook op dat vrouwen ook vaak luisterend worden afgebeeld en in privésfeer, terwijl de mannen (strak in pak) aan het werk zijn.  

Europees gezien doen we het volgens de onderzoekster belabberd, want 0,4 procent van de vrouwen in Nederlandse kranten stond nadenkend op de foto, tegenover 6 procent als Europees gemiddelde. De ernstigere vorm van de seksualisering van de vrouw is echter het (seksuele) geweld. Maar  liefst 45 procent van de Nederlandse vrouwen boven de 15 jaar heeft te maken gehad met seksueel en/of lichamelijke geweld (het Europese gemiddelde is 33 procent).  

Natuurlijk is het waar dat ook mannen slachtoffer zijn van seksueel geweld, maar die percentages staan niet in verhouding met het aantal gevallen waarin vrouwen slachtoffer zijn

Seksuele intimidatie komt voor bij 73 procent van de Nederlandse vrouwen, tegenover het Europese gemiddelde van 55 procent. Een ouder onderzoek uit 2009 meldde dat 11,7 procent van de vrouwen aangaf ooit te zijn verkracht. 9 procent van de ondervraagde vrouwen kreeg ooit ongewenste seksuele aandacht van haar klanten, patiënten of leerlingen, en 3 procent van de vrouwen kreeg die behandeling door haar leidinggevende of collega. Natuurlijk is het waar dat ook mannen slachtoffer zijn van seksueel geweld, en die gevallen zijn niet minder ernstig, maar die percentages staan niet in verhouding met het aantal gevallen waarin vrouwen slachtoffer zijn. 

Bovendien kan het in huiselijke kringen eveneens behoorlijk gevaarlijk zijn voor vrouwen. De crisis deed ook haar duit in het zakje: er kwam meer stress in gezinnen waardoor de dreiging op huiselijk geweld toenam. Daarnaast is meer dan de helft van de vermoordde vrouwen tussen 2009-2014 door (ex-)partnerdoding om het leven gekomen; het is triest dat sommige van die vrouwen wel aangifte bij de politie hadden gedaan wegens bedreiging.  

In landen hier ver vandaan…

Wellicht komen deze cijfers uit Nederland als een onaangename verrassing, maar ik wil toch eindigen met enige relativering: ongelijkheid is immers relatief. Wij boffen enorm dat we als meisjes in Nederland naar school kunnen gaan, onze eigen carrière mogen uitstippelen, economisch onafhankelijk kunnen zijn, politieke rechten kunnen uitoefenen en zelf kunnen bepalen met wie we trouwen. Al zijn onze kansen op sommige punten minder groot dan die van mannen: we hébben in ieder geval die kansen. 

Als mijn wieg niet in dit kleine Kikkerlandje maar bijvoorbeeld India had gestaan, had ik waarschijnlijk mijn middelbare school niet afgerond, was ik nu allang en breed getrouwd en moeder van een paar kinderen geweest…

Als we al vinden dat de situatie in NL nog moet worden verbeterd, is die situatie van meisjes in derdewereldlanden niet al helemaal onacceptabel? 

Girls Takeovers 

Vandaag op Wereldmeisjesdag bezetten vanuit PlanInternational meisjes wereldwijd 160 plekken waar meisjes ondervertegenwoordigd zijn en spreken ze zo regeringen aan om de barrières af te breken die hen hun rechten ontzeggen.
De Girls Rights Watch en Plan Nederland zetten zich in voor meisjesrechten ontwikkelingslanden, de uitvoering van de Sustainable Development Goals van de VN en het tegengaan van seksegerelateerd geweld en de economische uitsluiting van vrouwen. 

Wil je ook wat doen? Dat kan!

Moet de kindbruid niet worden uitgebannen? Vandaag is de laatste dag van de actie Loud About Girls, een actie tegen het kindhuwelijk. Sms GIRLS naar 4333 en doneer eenmalig €1,- !   

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons