Niets maakt de in Nigeria geboren kok Queen Esther (achternaam houdt ze liever privé́) gelukkiger dan mensen die van haar eten genieten. “Ik kan gerust in een hoekje zitten toekijken hoe blij mensen worden van mijn eten.” Dat merk je aan de manier waarop ze met de klanten van haar West-Afrikaanse restaurant Ebony AfroKitchen in Utrecht omgaat. Als ze tijd heeft – tussen het koken, serveren en schoonmaken door – schuift ze desgewenst bij hen aan. “Soms hebben mensen gewoon een luisterend oor nodig. Dat wil ik graag bieden.”
Queen Esther (1976) is geboren in Benin City in Nigeria. In 1999 kwam ze naar Nederland. Nadat ze jarenlang thuis voor haar kinderen had gezorgd, wilde ze graag iets doen met haar talenten. Na een koksopleiding opende ze in 2017 Ebony AfroKitchen aan de Amsterdamsestraatweg. Ze woont met haar man en vier kinderen in Utrecht.
Het restaurant is populair bij klanten met roots over de hele wereld: uit West-Afrika, maar zeker ook Nederland en andere landen. Queen Esther kwam 26 jaar geleden naar Nederland en wilde de mensen hier kennis laten maken met het eten uit West-Afrika. In 2017 begon ze Ebony AfroKitchen, het enige West-Afrikaanse restaurant in Utrecht. Naast de fameuze jollofrijst – “Nigeriaanse jollofrijst is niet per se de beste, maar de mijne wel!” – kun je er onder meer gebakken tilapia, nkwobi (koeienpoot in een pittige saus), yam, bakbanaan en fufu (een gekookte deegachtige substantie van cassave, bakbanaan of yam) bestellen.
Aan de muren van Ebony AfroKitchen hangen kleurrijke schilderijen van Afrikaanse mannen en vrouwen en een poster van Benin City, in het zuiden van Nigeria. Daar groeide Queen Esther op. Koken leerde ze van haar moeder. Ze hoopt dat haar eigen kinderen de traditie voortzetten. “Ik heb een legacy opgebouwd, het is aan hen om dat later voort te zetten. Gelukkig willen ze dat ook.” Een van haar dochters is de manager.
Deel dit
De bank wilde me geen geld lenen, maar ik gaf niet op
Ze wil haar kinderen leren om sterk te zijn, vertelt ze, door het goede voorbeeld te geven. “Toen ik een restaurant wilde openen, wilde de bank me geen lening geven. Ze dachten dat ik het niet vol zou houden omdat ik vier kinderen heb. Maar ik geef niet graag op. Ik spaarde kinderbijslag op en leende geld van vrienden. Waar kom je in het leven als je niet in jezelf gelooft? Ik hoop dat mijn kinderen dat meekrijgen.”
Hoe maak je jollofrijst?
Ingrediënten (4 personen)
500 g basmatirijst
2 grote witte uien, grof gesneden
4 rijpe tomaten
500 g tomatenpuree
3 bouillonblokjes
1 tl zout
1–2 tl cayennepeper of gemalen chilipeper
1 tl gemalen zwarte peper
1 tl kerriepoeder
100 ml zonnebloemolie
250 ml water of kippenbouillon
Bereiding
Meng de tomaten met de grofgesneden uien. Verhit de olie op middelhoog vuur. Voeg het tomaten-uienmengsel en de tomatenpuree toe en laat het geheel 15 tot 20 minuten koken, tot het meeste vocht is verdampt en de olie zich begint af te scheiden van de saus. Voeg de bouillonblokjes, zout, cayennepeper, zwarte peper en kerriepoeder toe. Spoel de basmatirijst goed af met warm water tot het spoelwater helder is. Voeg de rijst toe aan de saus en roer goed door. Voeg water of bouillon toe tot de rijst net onder staat. Dek de pan af en laat de rijst op laag vuur garen. Basmatirijst is meestal gaar binnen 10 tot 15 minuten, maar dit kan per merk verschillen. Roer af en toe door en voeg indien nodig extra water toe.
Dit artikel verscheen in juni 2025 in OneWorld Magazine.
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand
